Leeuwarden heeft door de eeuwen
heen heel wat grote gebeurtenissen
binnen zijn stadspoorten gehad. De
week van 21 tot en met 27 juni van
het jaar 1863 stond Leeuwarden in
het teken van het XVIIle Neder
lands Landhuishoudkundig Congres,
dat niet alleen voor de betrokken
260 congressisten een groots feest
met vele diners, ontvangsten en ver
gaderingen was, maar ook voor de
Leeuwarder bevolking een feestweek
betekende.
Op dinsdag werd na een ontvangst
in de raadzaal van het stadhuis voor
het eerst vergaderd in de sociëteit
Amicitia. „De zaal zelve leverde een
fraai gezigt op. Overal attributen
van den landbouw", schrijft de krant
erover, 's Avonds werd in de Prin
sentuin door de schutterijmuziek ge
concerteerd. Naast de 260 deelne
mers kwamen 4500 Leeuwarders
op de koperklanken af. Het was die
dinsdag dan ook „de schoonste avond
van het seizoen", waarbij het licht
van de maan terzijde werd gestaan
door „Bengaalsch vuur en elektrische
verlichting".
Hoogtepunt van deze agrarische
week was de donderdag. De repro
ductie op de binnenpagina's geeft
daar een beeld van. Op het Zaailand
werd, ter ere van het 18de congres,
een enorme tentoonstelling van land
bouwproducten en landbouwwerk
tuigen gehouden. De veemarkt aan
de Lange Marktstraat bestond toen
nog niet (die werd in 1874 in gebruik
genomen) en dus werd al het vee,
dat op de officiële keuring ver
scheen, op het tentoonstellingster
rein gezet.
De tentoonstelling en keuring gingen
gepaard met volksfeesten. „Mast-
klimmen nevens de Waag was één
activiteit, het tobbenspel of kuipjes-
steken op de Langepijp en het tal-
houtrapen op het Waagplein waren
de andere. De krant schrijft in die
dagen: „In sommige gedeelten der
stad was het wezenlijk moeilijk an
ders dan uiterst langzaam te passe
ren. Ondanks duizenden menschen
viel er niet alleen geen ongeluk voor
maar liep het feest in alle orde af."