Tltiikniii
1898
HELLEMA zzn
SincL
KLEEDKUNST
MAKELAARSKANTOOR
19
school. Op zijn verzoek speelde de gerefor
meerde vaandrig op het orgel tijdens de mis
in de parochiekerk. Thuis in Exmorra werd de
vrees, dat de zoon in het verre Brabant nei
gingen tot het katholicisme ging vertonen ver
sterkt, toen bleek, dat hij zich herhaaldelijk in
een klooster ophield. Maar dat was een vrien
dendienst, bewezen aan een familie, die een
dochter in dit klooster had en haar slechts
eens per jaar mocht bezoeken. De gerefor
meerde vaandrig mocht daar merkwaardiger
wijs tweemaal per week komen en al gauw kon
hij met het meisje praten zonder dat moeder
overste daarbij aanwezig was.
Bijna vanzelfsprekend werd vaandrig Camping
dirigent van het muziekkorps van het regi
ment. Op 18 juni 1917, op Waterloodag, werd
op een Tilburgs plein een feestconcert gegeven.
Ontstemd over de slechte ligging begonnen
militairen herrie te schoppen, een wachthuisje
raakte in brand en de cavalerie verrichtte een
charge. Dirigent Camping en zijn wakkere mu
zikanten gingen tijdens het rumoer onverdroten
voort met het ten gehore brengen van de
ouverture Slag bij Waterloo.
Een onverschrokken militair en muzikant dus.
Als militair had de heer Camping overigens
de in het leger veelal minder gewenste ge
woonte eigen initiatieven te ontwikkelen. Op
een snikhete zomeravond gaf hij zijn mannen
toestemming om elf uur, in plaats van om tien
uur, onder de wol te kruipen. Het hoogste ter
plaatse aanwezige militaire gezag constateerde
dit landsbedreigende vergrijp tegen orde en
tucht en strafte de vaandrig met veertien
dagen tentarrest.
De oorlog eindigde met een demobilisatie als
tweede luitenant, maar voordat de schoolbel
weer ging luiden volgde er nog een enerve
rende reis naar Den Haag, waar de socialisten,
onder aanvoering van Troelstra, naar buiten
lands model tot revolutie probeerden te gera
ken. Luitenant Camping en veel van zijn oude
wapenbroeders begaven zich ijlings naar de
bedreigde residentie, alwaar sommigen zelfs de
eer en het genoegen hadden met H.M. in con
tact te komen. ,,Waar komt u vandaan?" vroeg
de koningin aan een der landstormers. „Uit
Birdaard, majesteit", was het antwoord. Waar
op de koningin: „Ik ben wel bedaard, maar
waar komt u vandaan?"
En toen werd luitenant Camping weer meester
Camping. Hij trouwde („de huwelijksreis ging
naar Exmorra"), maar huizen waren er niet.
Dat lukte pas in Dokkum, waar de heer Cam
ping tot 1936 leraar was aan ulo en kweek
school. Vakken: zang, tekenen en uiteraard
biologie. Het creatieve werk lag hem het best.
In 1936 volgde de verhuizing naar Leeuwarden,
waar het gezin (vier zoons) in de Vincent van
Goghstraat kwam te wonen en waar het hoofd
van het gezin hoofd van de Johan Willem
Frisoschool werd. Het leven van de heer Cam
ping zou daarna waarschijnlijk in alle rust zijn
vergleden naar de pensioengerechtigde leef
tijd, indien er geen tweede wereldoorlog was
gekomen.
In 1940, bij de mobilisatie, dient het hoofd van
de Johan Willem Frisoschool militair te worden
aangesproken met kapitein. Hij krijgt bij Am
sterdam (fort Uitermeer bij Naarden) het bevel
over een compagnie Amsterdammers, wier
humor sterker is dan de angst, wanneer de
oorlog hier uitbreekt. Als een dezer mannen op
die rampzalige ochtend dreigt onder te gaan
aan een gebrek aan courage, dan zegt een van
zijn makkers: „Hadden ze je wijf maar ge
stuurd, inplaats van jou. Daar hebben we meer
aan". Maar er is ook de vertwijfeling van de
capitulatie, enige dagen later. Kerels huilen
als kinderen en één zegt: „Ik voel me net als
toen ik mijn kind begroef".
Terug naar Leeuwarden en terug naar school.
Maar het duurt niet lang of de heer Camping
belandt in het verzet. Aan het eind van de
oorlog is hij chef-staf van de Binnenlandse
Strijdkrachten, nadat hij gaandeweg steeds nau
wer bij de illegaliteit betrokken is geraakt.
Het begint primitief, met primitieve risico's.
„Er staan te vaak fietsen voor je deur", is de
waarschuwing van iemand, die het goed meent
met de heer Camping en weet, dat hij thuis
vaak besprekingen voert die voor de Duitsers
verborgen moeten blijven. De organisatie wordt
ingewikkelder en ook wordt het steeds moei
lijker na te gaan waar lekken de waterdichtheid
van de organisatie bedreigen. De klap komt na
een vergadering van de Binnenlandse Strijd
krachten in de gereformeerde kerk aan de
Schrans. Daar zijn Groningers bij, die wapens
nodig hebben uit de boven Friesland door vlie
gers uitgeworpen voorraden. De volgende dag
worden de Groningers in hun eigen woonplaats
gearresteerd. Hoe dat allemaal in elkaar heeft
gezeten blijft onopgehelderd, maar ook in Leeu
warden volgen arrestaties. De dominee en de
koster van de gereformeerde kerk worden op
gepakt. Ook de heer Camping staat op de lijst,
maar hij is wijselijk niet thuis. Op straat hoort
hij, dat zijn vrouw en haar zuster zijn mee
genomen uit het huis in de Vincent van Gogh
straat. De heer Camping kan niet anders doen
dan zeer diep onderduiken. Vervuld van grote
angst over het lot van zijn vrouw belandt hij
op Schilkampen, waar hij als gevluchte ver
zetsstrijder de buurman wordt van de Duitse
Wasserpolizei. De Duitse bureaucratie verhin
dert dat dit gevaarlijk wordt. Met de Duitse
S.D. heeft de Duitse Wasserpolizei niets te
maken.
Inmiddels wordt mevrouw Camping in het
hoofdkwartier der Duitse Sicherheitsdienst let
terlijk blootgesteld aan een ijskoude water
straal. Onderbroken door verhoren ondergaat
ze enige malen deze mishandeling, maar ze
heeft niets te vertellen wat de verblijfplaats van
haar man kan onthullen. Tenslotte worden de
arrestanten naar de Groninger gevangenis ge
bracht. Pas na de bevrijding komt een eind aan
de wederzijdse onzekerheid over de vraag wat
er verder is gebeurd. Voor de heer Camping
komt deze spanning bij alle emoties, die van
hem worden gevergd, wanneer de dagen der
Duitsers zijn geteld. Hij wordt commandant
van de gezagstroepen in Friesland, requireert
op de dag van de bevrijding het Burmaniahuis
en zit middenin het meest enerverende werk
van zijn leven, wanneer uit Groningen het be
richt komt, dat zijn vrouw, met nog enige an
deren, uit de gevangenis is verlost. „Bestel
een diner, al kost het ook duizend gulden", zo
staat er in de brief.
Na een paar maanden wordt het weer de Johan
Willem Frisoschool en keert majoor Camping
naar zijn oude werk terug. Even lijkt het er
op, dat hij het Fries bataljon naar Indonesië
zal vergezellen, maar anderen zitten dichter
bij het Haagse vuur. Leeuwarden kent de heer
Camping in het vervolg als hoofd der school
(tot zijn pensionering in 1960), als voorzitter
van Oranje Nationaal en van het Comité Be
vrijding, dat eens in de vijf jaar voor het feest
op 5 mei zorgt. Nu is het zo ver, dat hij
daarmee ophoudt. De last der jaren gaan druk
ken, zij het niet in die mate, dat hij voortaan
voor het raam van zijn woning in de Vincent
van Goghstraat gaat zitten uitkijken naar het
riante Julianapark voor zijn deur. Daarvoor
blijft hij te beweeglijk. Over een paar maanden
stapt hij op het vliegtuig naar Canada, waar
een van zijn kinderen woont. Het wordt zijn
derde reis naar dit land. Het is waarschijnlijk
net iets te ver om ook nog even door te rei
zen naar zijn oudste kleinzoon, die in Alaska
poolhonden africht, daartoe ongetwijfeld ge
dreven door de beweeglijke geest, die hij best
van zijn Leeuwarder grootvader kan hebben
geërfd.
t 1/an ouds Wigersmo
jmM sinds 1855
t DAMES- EN HERENMODE
''•h6aüw8 leeuwarden
NIEUWEWEG 7 9 TEL.31215 LEEUWARDER
UAKELAAHS-IAXAJEURS N ONROERENDE OOEDEREN LEDEN N.BAL