Honderd jaar geleden: i eerste wielerwedstrijd in Leeuwarden m- (z Op de Parijse wereldtentoonstelling in 1867 werd door Pierre Michaux een tweewielige machine getoond, welke kon worden voortbewogen door kracht uit te oefenen op pedalen aan krukken op de voorwielas. Dit type vélocipède werd het volgend jaar in Amsterdam verkocht en reeds in 1869 bleek het ook in Leeuwarden verkrijgbaar te zijn: tijdens de pauze van een vergadering van de vereniging Nijverheid, in zaal Van der Wielen op 31 maart van dat jaar, kon men een door de koopman S. P. Poslma geëxposeerde vélocipède bezichtigen. Diens collega H. H. Timmer, die te Amsterdam een manege voor het leren berijden stichtte, adverteerde ook hier zijn vélocipèdes (driewielige 85,tweewielige 70,tot 80,voor kinderen 27,50): „voor buitenplaatsen is dit rijtuig onmisbaar, de oefening aangenaam en het gebruik versterkend". De burgemeester van het Het Bildt, H. J. van Aisma, werkend lid van het Natuurkundig Gezelschap te St. Annaparochie, schijnt een exemplaar te hebben tentoongesteld; de dorps smid van Oudebildtzijl slaagde er in dit model na te bouwen. Dat was niet zo merkwaardig, want twintig jaar eerder fabriceerde de boer en werktuigkundige Roelof Hommema te St. Annaparochie al driewielers. Er was wel afzet voor deze Michaux-vélocipèdes en de kopers bleken gaarne bereid hun krachten daarop te meten. In de Leeuwarder Courant van 17 sep tember 1869 werd aangekondigd een „wed strijd met tweewielige vélocipèdes te Oude bildtzijl op Zondag den 19 September a.s. Prijs eene fraaije pendule, premie een schildpadden cigarenkoker. Aangifte bij F. du Houx, vóór 's namiddags 1 uur". Reeds eerder waren er in deze provincie wed strijden op loopfietsen en driewielers gehou den, eveneens om prijs en premie. Deze kracht metingen waren echter minder met harddra ven, hardrijden, hardlopen en hardzeilen te vergelijken dan met zaklopen en vaatjekruien: activiteiten, waardoor kasteleins klandizie trachtten te trekken. De nieuwe sport werd door de courant echter even serieus verslagen als b.v. de harddraverij: „Oudebildtzijl, 19 Sep tember. Heden had alhier een wedstrijd plaats met vélocipèdes, zeker de eerste, welke in deze provincie gehouden is. Twaalf liefheb bers betwistten elkaar de overwinning, in In 1891 werd T. Konier jr. kampioen van Friesland over een afstand van 25 km. Hij reed over deze afstand 51 minuten 27 2/5 seconde. Deze prestatie werd gele verd op cushion-banden; nummer 2, S. Feenstra, kwam 1/5 seconde later binnen. Hij reed op luchtbanden. P. Bokma werd derde en G. B. Looienga, die bandenpech kreeg, wist desondanks de vierde plaats te bezetten. Dit is een foto van de start op de Harlingerstraatweg, even buiten Marssum, vanwaar in de richting Franeker werd gereden. De rijders zijn, van links naar rechts, Piet Bokma, Dirk de Haan, Tjip Konter, G. B. Looienga en Siep Veenstra. Naast Bokma starter Roelof Buisman. tegenwoordigheid van eene menigte toeschou wers, die eindelijk behaald werd door W. H. Bierma, terwijl J. P. van der Weit de winnaar van de premie werd. Beiden, prijs- en premie winnaar, maakten gebruik van vélocipèdes, die gemaakt zijn door P. J. van der Weit te Oudebildtzijl, die daardoor getoond heeft, dat, hoewel Oudebildtzijl slechts een gehucht is, het toch niet achter behoeft te staan bij vele aan zienlijke plaatsen in de provincie". Eerste wedstrijd in Leeuwarden. Blijkbaar viel het schouwspel in de smaak bij het publiek, want op 27 september van het zelfde jaar 1869 werd er een „wedstrijd met wieiers" gehouden te St. Jacobiparochie, op 5 oktober te Finkum, op 10 oktober te Wier en op 11 oktober te Leeuwarden. Deze laatste werd georganiseerd door de herbergier van „Veldzigt en Buitenlust", beter bekend als „De Kleine Bontekoe", aan de Breede Dijk naar Stiens, de huidige Mr. P. J. Troelstraweg. „Alle liefhebbers worden uitgenodigd voor deze groote wedstrijd op vélocipèdes, opge luisterd door muzijk." De Leeuwarder Courant meldde: „De vreemde vertooning van een wedstrijd met vélocipèdes had heden namiddag eene talrijke menigte naar den Stienser straatweg gelokt, alwaar van wege den kastelein Radersma zoodanige wedstrijd werd gehouden. Het getal mededin gers was zes. De prijs, een zilveren inktstel, werd behaald door Bierma, van Oude Bildt- zijl, met eene vélocipède, vervaardigd door Pieter van der Weit aldaar, waarmede ge noemde persoon in korten tijd nu reeds drie prijzen heeft gewonnen". De winnaar, Watze Hessels Bierma, was de 26-jarige zoon van een gezeten landbouwer te Oudebildtzijl; hij werd aldaar in 1876 steen- en pannenfabrikant en vestigde zich dertig jaar later te Leeuwarden, waar hij in 1919 overleed. Hij was kennelijk zoveel sterker dan zijn medestrijders, dat er bij de volgende wedstrijden (14 oktober Ried, 18 oktober Ternaard, 20 oktober Ferwerd, 21 oktober Voorstraat, Franeker enz.) werd be paald, dat zij, die reeds een prijs hadden ge wonnen, niet werden toegelaten. Van elders in den lande zijn uit die jaren nau welijks wedstrijden bekend, zodat ook deelne mers van buiten de provincie zich aanmeld den, b.v. voor de „hardrijderij op tweewielige vélocipèdes" op 31 augustus 1874 te Bolsward (prijs een gouden horologie of 35 gulden, pre mie 10 gulden of een voorwerp, ter keuze van den winnaar). De courant zei hiervan: „De ver wachting van dit feest was over het algemeen zeer gering, doch de uitslag heeft zulks anders bewezen. 36, uit alle oorden van Friesland, ja zelfs 2 leden van de Deventer vélocipèden-club „Immer Weiter", dongen naar de uitgeloofde prijs en premie, die na een hardnekkigen strijd eindelijk behaald werden door Jelle de Boer, van Koudum, en S. van Delden, lid van ge noemde vélocipèden-club te Deventer". De eerste nationale wielerwedstrijd werd in 1885 georganiseerd op de. Wassenaarseweg te 's-Gravenhage door de plaatselijke club „De Ooievaar". De enige deelnemende Fries, de 24-jarige Leeuwarder Simon Beekkerk, had „op Burgers" ingeschreven voor de wedstrijd „langzaam rijden voor bicycles". Deze vroege wielrenners maakten meer en meer gebruik van de producten van Burger's Eerste Neder- landsche Fabriek van Vélocipèdes, in 1869 te Deventer opgericht. De eerste vijftien jaar vervaardigde deze fabrikant vélocipèdes met houten wielen: naaf, velgen en spaken. Het voorwiel was iets groter dan het achterwiel; beide waren voorzien van ijzeren banden. Het zadel, ongeveer op dezelfde hoogte als dat van de huidige fiets, was vastgeschroefd op een verende horizontale stalen band. Als reeds gezegd, werkten de trappers onmiddel lijk op de as van het voorwiel. Scholieren op de vélocipède. Op dergelijke machines werd ook het figuur rijden beoefend. Zo trad op 30 augustus 1871 en volgende dagen in de zaal Van der Wielen op „de beroemde vélocipèdist A. Kiel met zijne vélocipèdistinnen in gala costuum". „De heer Kiel heeft het vélocipède-rijden tot eene hoogte gebragt, die men zich moeijelijk kan voorstellen. Hij beheerscht zijn voertuig vol- H -■ 1 Dit de de Ne de ko toe ziji vIl stu Al gy sav va tee let ko als ve lijl Sc de me nie gy stc cip vo ge ni< he bl vo ne on m< al on he w op ge tu Le ge zo 18 bi ee di D pe VI ee 3C „t hi ja k w d e te h Ir st O V L V

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1969 | | pagina 6