lie brand van de eeuw. Onder de toeschouwers bij de kazernebrand bevond zich de Leeuwarder schilder W. Troost, die het hoogtepunt van de brand op het doek heelt vastgelegd. In deze zwart-wit reproductie ontbreekt het vlammende rood, maar tóch krijgt u een goede indruk van deze vuurzee. In I860 ging <le kazerne in vlammen op. Op de avond van donderdag 14 juni 1860 wordt eerst het oosten van Leeuwarden en kort daarna de hele stad opgeschrikt door brandalarm. Vuur en rook komen uit het dak van de Prins Frederikkazerne op de Amelandsdwinger. De hele brand weer wordt gealameerd; kort na de ont dekking van het vuur zijn alle spuiten, met hun bemanningen, op het kazerne terrein aanwezig. Inmiddels heeft de brand zich uitgebreid. De bewoners van de kazerne zijn voor het grootste deel in hun eerste slaap gestoord en proberen te redden wat er te redden valt. Wanneer het vuur met ongekende snelheid door het hele gebouw wordt gezogen, dan kan men al gauw niet méér doen dan het vege lijf redden. De toegestroomde kijkers vragen zich met angst af, of dit ieder ge lukt zal zijn. De kazerne is dicht bevolkt met militairen, van wie 22 hun gezinnen bij zich hebben. Al deze mensen, ongeveer 1900 in getal, slagen er in ongedeerd het brandende gebouw te verlaten. In Leeuwarden gaat die nacht vrijwel niemand naar bed. Vele duizenden ver dringen zich op de Oosterkade en omge ving en kijken geboeid en angstig naar het fel brandende gebouw. Om een uur of één in de nacht heeft de brand het hoogte punt bereikt. De vlammen laaien hoog op boven het hele dak en achter alle 140 vensterramen is de rode gloed van het vuur te zien. Er is gelukkig geen wind en het gebouw staat vrij. Daarom loopt de omgeving weinig gevaar. De brand ver spreidt zo n fel licht, dat men op grote af stand kan lezen. Af en toe klinken explo sies van munitie, maar het kruitmagazijn is ontruimd. De vaten kruit staan op de rand van de stadsvijver, aan de overkant van de gracht. Terwijl de kazerne bezig is tot de grond af te branden, doen zich een paar vrese lijke ongelukken voor. Brandmeester J. van der Horst van spuit nr. 4 is met de slang in de 14 meter hoge dakgoot ge klommen om daar het vuur te bestrijden. Is hij gestruikeld of bedwelmd? De om standers zien hoe hij het evenwicht ver liest en valt. Vrijwel onmiddellijk is hij dood. De 52-jarige Van der Horst, timmer man en aannemer, laat een vrouw en vijf jonge kinderen achter. Hij heeft zijn grote Kor cur

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1969 | | pagina 14