274.
Informatie door Gouverneur of op Begroting 1838 niet nog
moet worden aangebracht een post van 250,- voor een
dansmeester, die zich alhier heeft gevestigd.
Is reeds toestemmend beantwoord. 14-111837 2.
Vaststelling door Ged. Staten van Begroting 1839 als volgt:
Ontvang 198.098,67-?
Uitgaaf - 191.760,38
Batig slot 634829-^.
Door B&W wordt het volgende gedaan:
1Aan Schuttersraad Begroting Schutterij gezonden.
2. Aan Stads Armvoogdij gezonden Begroting 1838, onder
opmerking, dat het tekort op medicijnen in 1836 voor
1838 als buitengewone uitgaaf zal worden voldaan.
3. Aan R.K. Armvoogdij Begroting gezonden, onder mede
deling, dat verhoging van het subsidie met 2140,-
niet kan worden toegestaan.
4. Aan Brandmeesters wordt het voor hen beschikbare be
drag opgegeven.
5. Idem aan PI. Schoolcommissie.
6. Aan Voogden N.Stads Weeshuis wordt medegedeeld wat
toegestaan is voor de 3e Stadsschool. 28-11-1837, 8.
Mededeling hiervan in Raad.
Door Raad in verband hiermede besloten om:
1. Over de 4800 voor Oudeschouw niet eerder te beschikken,
dan nadat is beslist over het leggen van een brug al
daar.
2. De gelden, afkomstig van aflossing van grondpachten, te
beleggen in een inschrijving op het Grootboek 2\°/o Schuld.
Een bedrag daarvoor komt in uitgaaf op Begroting 1839.
3. Verder wordt het aanschaffen van brandzaken gewenst ge
oordeeld. R11-12-1837, 1.
Op voorstel der Commissie tot de Financiën wordt Ged.
Staten machtiging gevraagd uit het Fonds Onvoorziene Uit
gaven op Begroting 1839:
1. Wegens verschuldigd voor plaatsing van personen in de
koloniën van Weldadigheid over 1837 - 1166,38.
2. Aan Secretaris, wegens voorgeschoten registratiekosten
voor de acte van afstand van graven en begrafenisrechten
door de Kerkvoogdij. - 147»60.
3. Aan Secretaris, wegens verschotten bij de aanbesteding
van het gebouw achter de Infirmerie alhier, in maart 1838
26^7t
E&W gemachtigd dit bij £ed. Staten aan te vragen. R4-10-1838, 12.
Machtiging verleend. R15-10-1838, 2.
Voorstel door Commissie tot de Financiën om Ged. Staten
machtiging te vragen te voldoen uit het Fonds Onvoorziene
Uitgaven Begroting 1838:
1. Kosten van vertimmering der oude Garnizoensinfirmerie -
1326,19.
2. Voor kleine uitgaven van de Subcommissie van Weldadig
heid alhier - 45,20.
3. Aan W. Oberink, kamerbewaarder, wegens verschotten over
1837 - 132, 25.
4. Voor kosten van het opnemen en waarderen van eigendommen
in Zaailand en Droevendal voor het plan van een Provin
ciaal Gerechtshof. - 64,37t«
5. Aan de Harlinger trekschippers voor onkosten tijdens de
slatting der Harlingervaart- 200,-.
6. Aan de Arrondissementsijker alhier voor een lokaal -
30,00.
7. Aan Mej. J.C. Vernhout, 2e secondante der Stads Franse
Kostschool voor Jongejuffrouwen, voor traktement over
de laatste 5 maanden van 1838. - 62,50.
8. Aan C.H. Wilkeshuis voor huur van een lokaal voor het
Kantongerecht van 2/10 tot eind december 1838 - 48,-.
9. Aan Commissaris van Politie wegens buitengewone bureau
kosten als Ambtenaar Openbaar Ministerie bij het Kanton
gerecht - 27,37-J.
10. Kosten slatting Snekervaart - 53182
B&W worden gemachtigd. R21-2-1839» 23.
Machtiging Ged. Staten. R4-4-1839» 1.
B&W door Raad gemachtigd om van Ged. Staten machtiging te
vragen tot overschrijving van het tekort van enige posten