J. van der Meulen.
Fokke Ferwerda.
Pieter Veening. 28-2-1843, 12.
Op voorstel van Brandmeesters wordt aan:
Tjeerd van der Meer, directeur bij spuit No. 4, eervol ontslag verleend, daar deze
zich geruime tijd buiten de stad bevindt.
In zijn plaats wordt benoemd als directeur:
Johannes Beekman, pijphouder.
In diens plaats benoemd als pijphouder:
Johannes van der Velde. 15-4-1843, 12.
Benoemd als pijphouder bij brandspuit No. 4:
Johannes Heins, in plaats van D.A. Menzes, die is overleden.
17-6-1843, 11.
Benoemd als spuitgasten bij de Brandweer:
Hermanus van IJzeren.
Broekstra.
J.C. de Vries
CMook
G. Dijkstra.
J. Graafstal.
0. Brons.
Tabe Kalp.
Jan van der Heide.
P. Veening.
Bernardus de Vries.
Antoon Weyer. 8-7-1843, 16.
Op voordracht van Brandmeesters benoemd als spuitgasten bij de Brandweer:
Coenraad van der Heide.
Andries van der Veen.
Bernardus Vastenhoudt.
Leffert Heeringa.
Dirk Henstra.
Willem Heins
Johannes Smits. 14-10-1843, 9.
Aantal spuitgasten bij brandspuit:
No. 1 80.
No. 2 80.
No. 3 80.
No. 4 80.
No. 5 100.
No. 6 Minstens 60. Rl-2-1844, 18.
(blz. 47, Art. 49.)
Tot spuitgasten bij de Brandweer worden benoemd:
Jacob van der Veen.
Jan Postmus.
Lieuwe Pieters Hiemstra.
Rintje Dirks Hellinga.
Harmen Polman.
Harmen de Ruiter
Jacob Benning
Gerhardus Kas
Hendrik Hoogerhuis12-8-1844, 10a.
Benoemd als spuitgasten bij de Brandweer:
Pieter van Beemen.
Jacob van der Veen.
Hoseus Slaterus.
G. Dijkstra.
G. van der Wal.
Bokke Bokkes.
Laurens Eekhof.
Hartog Mozes Kramer. 26-11-1844, 20.
Benoemd als spuitgasten bij de Brandweer, ter vervulling van enkele vacatures
en voor reserve:
K.SBleeker.
H. Meyer.
Johs. Calp.
Gerrit de Vries.
Jan Dorenbosch.
O.E. Frank.
Jacob Persijn. 15-2-1845, 9.
Op voordracht van Brandmeesters wordt de pijphouder bij Spuit No.3:
N. Laveleye uit deze betrekking ontslagen. 14-5-1845, 19.
