352.
Toegestaan aan Johannes Posthumus om onder directie van H.G. de Boer en Alexan-
der, leden van het Theatre Fran9ais te Amsterdam, in Mei 1838 in de schouwburg 2
voorstellingen te houden. 15-5-1838, 7.
Toegestaan aan J. Posthumus om begin September met zijn familie een toneelvoor
stelling te mogen geven in de schouwburg. 20-8-1838, 5.
Verzoek van Johs. Posthumus om in zijn schouwburg in Oct1838 6 voorstellingen
te mogen geven door Lehman en Winters.
Toegestaan, hetzij in Oct., hetzij in Nov. 16-10-1838, 4.
Toegestaan aan Johannes Posthumus om in deze en volgende week in de schouwburg
door Le Duc enige voorstellingen te doen geven. 3-11-1838, 16.
Aan J. Posthumus wordt toegestaan tijdens het winterseizoen in de schouwburg
met zijn familie enige toneelvoorstellingen te geven, daar hij met de overkomst van
Le Duc teleurgesteld is. 5-1-1839, 9.
Verzoek van A. Lesandra om in April a.s. alhier 4 toneelvoorstellingen te mo
gen geven.
Toegestaan. 5-3-1839, 20.
Verzoek van E.J. van Bergen van der Grijp om in de Paasweek van 1840, op 21,
23 en 25 April 1840 alhier 3 toneelvoorstellingen te mogen houden met een gedeelte
van het Kon. Nederduitsch Gezelschap te 's Gravenhage.
Toegestaan. 26-10-1839, 14.
Toegestaan aan Johannes Posthumus om in de loop van deze of in het begin van
de volgende maand met zijn familie in de schouwburg een toneelvoorstelling te geven.
11-1-1840, 14.
Toegestaan aan A. Posthumus, huurder der schouwburg, om in de loop dezer maand
aldaar 2 toneelvoorstellingen te doen geven door L.T.J. Rosenveldt c.s.
19-5-1840, 16.
Toegestaan aan Adrianus Posthumus om in zijn lokaal de schouwburg in Nov. enige
voorstellingen te doen geven door D.L. Bamberg te Amsterdam, met een gezelschap
Engelsche Pantomimisten. 27-10-1840, 10.
Toegestaan aan Adrianus Posthumus om in zijn lokaal de schouwburg enige voorstel
lingen te doen geven door Hartlooper, toneeldirecteur te Amsterdam.
5-12-1840, 19.
Verzoek van L. Hartlooper, directeur van het Théatre Vaudevilles, thans alhier,
om vergunning zijn voorstellingen te geven bij C.H. Wilkeshuis op Zondagavonden na de
godsdienstoefeningen.
Afgewezen. 6-2-1841, 24.
Toegestaan verzoek van Alexandre, directeur der Fransche Schouwburg, om in April
a.s. in de schouwburg alhier 3 toneelvoorstelling te mogen geven.
16-3-1841, 9.
Toegestaan aan A. Posthumus om gedurende het a.s. winterseizoen door MejWed.
A.C. Koning in de schouwburg alhier enkele toneelvoorstellingen te doen geven.
23-10-1841, 17.
Toegestaan aan Adrianus Posthumus om vergunning in de loop dezer maand met be
hulp van enige liefhebbers in de schouwburg 2 of 3 toneelvoorstellingen te geven.
5-4-1842, 4.
Toegestaan aan J.W. van Velzen, toneeldirecteur te Amsterdam, om gedurende het
a.s. winterseizoen hier in de schouwburg enige toneelvoorstellingen te geven.
30-7-1842, 12.
Toegestaan aan Adrianus Posthumus om in zijn schouwburg gedurende het a.s. win
terseizoen onder directie van F.J. Rosenveldt enige toneelvoorstellingen te geven.
I-11-1842, 11.
Toegestaan aan P. de Koning en Co., thans te Groningen, om in de schouwburg
alhier 2 toneelvoorstellingen te geven, waarvan de eerste op Zaterdag 7-12-1844.
26-11-1844, 29.
Verzoek van Albert Bakker om gedurende deze winter enige toneel- en muziekvoor-
stellingen te mogen geven.
Toegestaan onder voorwaarde:
1. Voorlopig niet langer dan 2 maanden.
2. Op Zon- en Feestdagen geen toneelvoorstellingen.
3. Op Zon- en Feestdagen geen muziek, dan na afloop der godsdienstoefeningen.
4. Van elke uitvoering vooraf bericht geven aan het Hoofd der Politie.
10-12-1844, 10.
Toegestaan aan P. de Koning en Comp., toneeldirecteur te Groningen, om tijdens
deze winter in de schouwburg, althans de ene week op Dinsdag- en de andere week op
Zaterdagavond, voorstellingen te geven. 21-12-1844, 16.
Verzoek van N.J. Krudener om ten huize van Luit van Noord toneeluitvoeringen
te mogen geven.
Afgewezen. 20-6-1845, 14.
Toegestaan aan Adrianus Posthumus om in a.s. winter in zijn schouwburg onder
directie van Gustave Lambour enige toneelvoorstellingen te geven.
II-10-1845, 13.