In de Leeuwarder Courant wordt een advertentie geplaatst, dat op de
a.s. kermis zullen worden geweerd bedelaars, rijfelaars, horoscooptrekkers
en spelen. Kooplieden en kramers die de jaarmarkt willen bezoeken, moeten
zich melden bij de Commissaris van Politie.
Op Maandag 13-7-1829 wordt de harddraverij om de Gouden Zweep gehouden.
13-6-1829, 15.
Verzoek van verscheidene kooplieden om de kermis 3 dagen te verlen
gen, daar deze door de ingezetenen tengevolge van het bezoek van Z.M. zeer
slecht is bezocht.
Verlengd tot en met Vrijdag 30-7-1830. 24-7-1830, 1.
Inzending door Commissaris van Politie van het verslag van de goede
en rustige afloop der gepasseerde kermis. 2-8-1834, 18.
Verzoek van Commissaris van Politie om tijdens de a.s. kermis 1837
weer enige Justitiedienaars ter beschikking te mogen hebben.
Wordt aangevraagd bij Officier van Justitie17-6-1837 21.
Commissaris van Politie wordt verzocht om voor de vergadering van
B. en W. op Dinsdag a.s., wanneer volgens gebruik, de Armengelden zullen
worden bepaald, die door de schouwburgen en spellen moeten worden betaald,
schriftelijk opgave te doen van het meer of minder bezoek, dat de diverse
ondernemingen tijdens de kermis hebben gehad met eventueele opmerkingen,
teneinde een juiste maatstaf te krijgen voor het bepalen dezer armengelden.
20-7-1839, 10.
Antwoord van Commissaris van Politie op het verzoek om mededeling
van het bezoek aan de inrichtingen op de kermis 1839.
In verband daarmee wordt de retributie voor de armen geregeld als in bij
gaande staat is aangegeven. 23-7-1839, 9.
(Deze staat ontbreekt en is ook niet in de minuut aanwezig.
Verslag van Commissaris van Politie aangaande de afloop der kermis
van 1841, erkennende de goede diensten van de politiebedienden, de dienaars
van Justitie, en van de klerk C. Broekhuizen op het bureau.
Als beloning voor de moeilijke diensten tijdens de kermis en het Koninklijk
bezoek, wordt toegekend aan:
de politiebedienden ieder 20,extra, dus in totaal 100,
de justitiebedienden ieder 15,daartoe wordt de ordonnantie verhoogd
met 36, en gebracht op 120,
aan C. Broekhuizen 25,extra. 7-8-1841, 8.
Door de Raad wordt besloten om, indien mocht blijken, dat het bezoek
van Z.M. tijdens de kermis valt, de kramen en dissen, die gewoonlijk geplaatst
worden op de Nieuwestad, Langepyp en naast het Waagsplein, dit jaar te ver
plaatsen naar het Zaailand en Ruiterskwartierwaar volgens opmeting door de
Commissaris van Politie, daarvoor voldoende ruimte is. R19-6-1841, 3.
Missive van brandmeesters, informerende of er ook van hun zijde voor
zorgsmaatregelen gedurende de a.s. kermis moeten worden genomen tegen even
tueel brandgevaar, en, zo ja, hoe?
Door B. en W. wordt geantwoord, dat door hen reeds maatregelen zijn genomen
door het plaatsen der kramen en door het houden van ronden, zelfs tot in de
late morgen, die voldoende geacht mogen worden. 8-7-1843, 15.
Verzoek van verschillende kramers en kooplieden op de kermis, om nog
tot Vrijdag a.s. te mogen blijven staan.
Door B. en W. wordt bepaald, dat de kermis voor dit jaar met 3 dagen wordt
verlengd, dus tot Zaterdag 29-7—1843, 's morgens 8 uur. Dit wordt bericht
aan de le ondertekenaar L. van der Kallen. 22-7-1843, 13.
Antwoord van Ged. Staten op Missive dezerzijds 6-6-1846, N43/623, houdende
dat er geen bezwaar bestaat tegen het gebruik van de grond in Zaailand en Ruiters
kwartier, tot het plaatsen van spellen, wafelkramen, etc. tijdens de kermis.
17-6-1847, 1.
Verzoekt het Raadslid R.DSmeding om de kermis, althans over dit jaar af
te schaffen, in verband met de armoede en de buitengewone uitdelingen.
De kermis geeft, bij een gering voordeel, schade voor de belangen der neringdrij-
vende ingezetenen, verder onnutte uitgaven voor de lagere klassen, en is een
bron van onzedelijkheid. Daarom wordt voorgesteld op dit geschikte tijdstip in
navolging van andere steden in en buiten Friesland, deze af te schaffen.
De raad verenigt zich hiermede niet, en geeft derhalve geen gevolg aan dit
voorstel. R3-6-1847, 13.
Missive van Gouverneur, waarbij in overweging gegeven wordt dit jaar
geen kermis te houden.
Aan de Gouverneur wordt bericht het door de Raad genomen besluit.
9-6-1847, 5.