394. Mededeling door Commissaris van Politie, dat aan A. van Barneveld 's nachts materialen op de Spanjaardsdijk worden ontvreemd (planken, kruiwagens, etc.). Verzocht wordt de maatregelen van 11-10-1830, 3. in werking te brengen en tevens de Ratelwacht omgangen te laten maken. Aan het eerste wordt geen gevolg gegeven en het tweede in advies gehouden. 4-12-1830, 12. Bepaald wordt, dat de Ratelwachts voortaan in Dec., Jan. en Febr. tot 6 uur op hun post zullen blijven en rondes maken. 7-12-1830, 19. Door de Commissaris van Politie wordt de order aldus uitgelegd: 6 uur laatste ronde doen, door de Wachtmeester der Ratelaars: 6 uur inrukken. Door B. en W. wordt beslist: 6 uur inrukken. 10-12-1830, 7. Aan de Wachtmeester der Ratelaars wordt uitgegeven een order tot betaling ad 28,50, voor beloning der Ratelaars voor de wacht bij de Nieuwe Kazerne van 1 Dec. tot 21 Dec. 1830 tegen 0,75 per post van 12 uren. 21-12-1830, 17. Verzoekschrift van de Ratelaars om in de 5 zomermaanden bevrijd te worden van de schilderuren. De Wachtmeester wordt hierover gehoord. 15-3-1831, 10. Het verzoek om van het ene uur des morgens langer ronden in de 3 wintermaan den, en van het schilderen onder de Waag gedurende 5 zomermaanden te worden bevrijd, wordt afgewezen. 19-3-1831, 8. Bepaald wordt, dat de Ratelaars in Dec., Jan., Febr. weder op haar post zullen blijven en hun rondes doen tot 6 uur 's morgens. 29-11-1831, 12. Verzoek van de gezamenlijke Ratelaars om: 1. Ontheffing van de verplichting in Dec., Jan. en Febr. tot 's morgens 6 uur te ron den, welke verplichting dateert uit 1830, de Belgische Opstand. 2. De particuliere wekkers te verbieden 's zomers voor 3 uur, en 's winters voor 4 uur 30 te wekken, daar licht misbruik ontstaat. 3. Bij weigering van 1. een hogere bezoldiging. 1. en 2worden afgewezen, en 3. toegestaan, t.w. 0,05 soldij voor iedere nacht, dat de ronde tot 6 uur duurt. R6-1-1834, 14. Klacht van Opperbrandmeesterdat dikwijls de Nachtwachten, Brandmeesters en personen tot de brandspuiten behorende, niet tijdig wekken. Wordt ter kennis gebracht van de Wachtmeester der Ratelaars, en deze gelast om de orders aan zijn manschappen te vernieuwen. 16-12-1837, 25. Rapport Raads Commissie in opdracht van Raadsbesluit R8-1-1838, 12., in hoe verre thans moet worden voldaan aan het rapport uitgebracht in R24-2-1834, 4., waarbij is besloten aan de Lantaarn-, Brandspuit- en Nachtwachtgelden een zodanige uitbreiding naar buiten te geven als de Raad nader zal bepalen. Voorgesteld wordt thans de verlichting en beveiliging uit te breiden over Vliet en en Grachtswal, maar niet over de andere buitenwijken, daar deze een te grote uitge breidheid hebben. Per 1-1-1839 dient de brandspuit op Vliet en Grachtswal onder het behoor der Brand meesters in de stad te komen, en dient daar een Nachtwacht te worden geplaatst, en dienen daar tevens de nodige réverbères te worden aangebracht. Voor 1839 dient het kohier der bovengenoemde belasting te worden uitgebreid over Vliet en Grachtswal. Aldus besloten door Raad. B. en W. met de uitvoering belast. R4-10-1838, 8. Rapport van B. en W. aangeboden aan Raad. R4-4-1839, 5. (Dit rapport is niet aanwezig in minuut). Tengevolge van de invoering der Nachtwacht op Grachtswal, Zuid en Noord Vliet, (R24-10-1839, 4., blzblz. 128 15.) zullen 6 extra Ratelaars nodig zijn boven het bestaande aantal van 16. Dus de totale sterkte wordt 22 man. De kosten van de Nachtwacht, die thans 4490,bedragen, worden dan verhoogd met 735, R24-10-1839, 4. (blz. 135, 54.) Hiertoe moeten 3 Ratelaarshuisjes worden gebouwd. R24-10-1839, 4. (blz. 135, 55.) Verzoek van de Agent van de Algemeene Rijkskassier alhier, om voor de veiligheid van zijn bureau het wachthuis van de Ratelwacht in de Kerkstraat, naast de Manege, te verplaatsen naar de Groeneweg op de wal tegenover het huis van de timmerman Hoekstein, echter juist achter het huis, aangekocht van Quaestius, dat hij met Mei zal betrekken. Toegestaan. 18-4-1840, 9. Op de Stadswaag zijn thans gevestigd de Muziekschool en de Ratelaarswachtdie last van elkaar hebben, en in 2 bedompte vertrekken zijn ondergebracht. De bedoeling is nu om de nachtwacht te verplaatsen naar onder de Nieuwe Toren, waar een goede gelegenheid is, terwijl de Muziekschool de beschikking kan krijgen over de beide vertrekken. Kosten 1186, R29-10-1840, 3. (blz. 133, 102. 9.)

Historisch Centrum Leeuwarden

Besluiten Leeuwarden 1811-1850 (Repertorium de Roos) | 1811 | | pagina 68