Verder is hij enige dagen ziek geweest tengevolge van de koude en het modderige water en heeft schade aan zijn horloge. Zie: Verklaringen van HaverschmidtReerik en F. v.d. Meer en "Het Nut". Gratificatie ad 30,-r- wordt aan Raad voorgesteld. 25-6-1816, 4. In Raad. R1-7-1816. Machtiging ontvangen. Wordt Dinsdag a.s. op Raadhuis uitgereikt. 27-7-1816, 7. Besloten medicamenten, etc. voor drenkelingen aan de Burgerwacht te doen brengen. 17-11-1818, 8. Voordracht van de Plaatselijke Commissie van Geneeskundig Toevoorzicht ter regeling van geneeskundige hulp aan drenkelingen. Circuleren onder de leden. 5-1-1828, 15. Ontwerp en uitwerking van een regeling tot het verlenen van hulp aan dren kelingen, zowel bij nacht als bij dag, waarvoor ten allen tijde materiaal in de Waag moet aanwezig zijn, onder toezicht der Plaatselijke Commissie voor Geneeskundig Toe- voorzicht. 22-1-1828, 7. Mededeling door Plaatselijke Commissie van Geneeskundig Toevoorzicht, dat bij inspectie de benodigdheden voor drenkelingen in de Waag in orde zijn bevonden. 4-7-1828, 15. Aan J. Wijnants wordt 28,36^ betaald wegens door hem aangekochte hulpmid delen voor drenkelingen. R17-11-1828, 8. Toezending door Gouverneur van een tractaatje over het nut en gebruik van de reddingshaak naar het ontwerp van Ruerlo Holst te Zaandam. 31-10-1829, 1. Bericht door de Plaatselijke Commissie van Geneeskundig Toevoorzicht al hier, dat het materiaal voor redden van drenkelingen is nagezien en in orde bevon den. 2-1-1830, 9. Aanvraag der Doctoren S. Fockema, J.E. Simon en H.D. Wijndels om 6, voor het verrichten der kunstbewerking bij de drenkeling: Meyer Markus, op 16-3-1830. In advies gehouden. 23-3-1830, 3. Aan elk der 3 doctoren wordt 2,toegelegd. 27-3-1830, 14. Inzending door de geneesheer J.M. Baart de la Faille en de heelmeester J. van Dam, alhier, van een declaratie ad 2,per persoon voor hulp aan de dren keling: Elias Davids Visser, die in de nacht van 12-7-1830 in het"water is geval len Getracht zal worden deze kosten te doen betalen door de ouders, en anders uit de stadskas. 27-7-1830, 3. Inzending door de Stadsheelmeester J. Harkema van declaratie ad 2, wegens hulp aan de drenkeling Willem Scheffer, die in de nacht van 20-9-1830 in het water is gevallen. Wordt voldaan. 8-10-1830, 8. Inzending door Plaatselijke Commissie van Geneeskundig Toevoorzicht van en van bericht, dat de reddingsmiddelen voor drenkelingen in goede staat verkeren. 4-1-1831, 9. Bericht door de Plaatselijke Commissie van Geneeskundig Toevoorzicht, dat het apparaat voor drenkelingen op de Waag is nagezien en in orde bevonden. 17-12-1831, 14. Antwoord van Plaatselijke Commissie van Geneeskundig Toevoorzicht op Mis sive dezerzijds 18-12-1835, N859, aangaande het in hun handen gestelde naamloos ad res, houdende o.a. enige denkbeelden aangaande de behandeling van drenkelingen. Provisioneel in advies gehouden. 11-2-1837, 9. In verband met het besluit van B. en W. 11-2-1837, 9., wordt bepaald: Op enkele plaatsen rondom de stad worden geplaatst enkele touwen, ladders, haken, planken, juffers en houten ballen met lange lijnen, als hulpmiddelen voor drenkelin gen. Deze worden geplaatst bij: M. Feddes, Klanderij, Pachter Verlaat, Huis de Gouden Bal, Stadsbaas Dit geschiedt op advies van de Plaatselijke Commissie van Geneeskundig Toevoorzicht 12-12-1840, 22. Missive van Gouverneur aangaande een kistje instrumenten, bestemd om de schijndoden weer tot leven te brengen. Besloten aan Gouverneur te verzoeken, te bevorderen, dat aan de stad een dergelijk kistje tegen betaling van 31,50 wordt gezonden. 28-10-1837, 3. Moet worden aangevraagd bij de Directeur der Maatschappij tot Redding van Drenkelingen te Amsterdam. Daar wordt het aangevraagd. 11-11-1837, 3.

Historisch Centrum Leeuwarden

Besluiten Leeuwarden 1811-1850 (Repertorium de Roos) | 1811 | | pagina 26