51
Vis. 1811 - 1813.
Aanschrijving (door Prefect?), 14-5-1811, om de verordeningen aangaande ver
koop en vervoer van vis nauwkeurig op te volgen, ter voorkoming van de verkoop van
bedorven vis.
Geantwoord wordt, dat daarin reeds is voorzien (Missive 18-5-1811).
M18-5-1811, 3.
Index M 181 1/12
fol. 74, N3
(18-5-1811)
Vis. 1814 en later.
Rapport omtrent aangevoerde bedorven vis, die was goedgekeurd door marktmees
ter C. Seth.
Voorstel om in verband daarmee deze wegens hoge leeftijd en trouwe dienst te pensio
neren. R7—7—1817, 8.
Verzoek van P. Leiksma om benoeming als keurmeester zeevis.
20-4-1819, 7.
Verzoek van Piet de Kant om benoeming als keurmeester zeevis.
Besloten de executeur en marktmeester, die deze functie vervult, daarvan te ontslaan
en deze op te dragen aan Piet de Kant. 22-5-1819, 10.
Mededeling Plaatselijke Commissie van Geneeskundig Toevoorzichtdat hier meer
malen de dag na afslag bedorven vis wordt verkocht, die schadelijk is voor de gezond
heid
Besloten door B. en W., de Commissie te verzoeken om middelen ter bestrijding aan de
hand te doen. 30-6-1827, 10.
Inzending van enkele maatregelen, welke aan de Instructie voor de keurmeester
van vis zullen worden toegevoegd. 6-7-1827, 10.
Res. Ged. Staten, waarbij de aandacht wordt gevestigd op het nakomen der Publi
catie van het Dep. Bestuur van Vriesland van 1-8-1804, houdende verbod van verkoop
van bedorven vis
Reeds is hiervoor een nieuwe verordening ontworpen. 24-7-1827, 4.
Raadsbesluit tot vaststelling van een Verordening tegen het verkopen Van be
dorven vis
Met tekst der Verordening.
Verder de jaarwedde van de keurmeester voor de vis te verhogen van 40,op 75,-
R25-7-1827, 16.
Door de Keurmeester voor de Vis, Pieter Kant, is in B. en W. afgelegd de eed
volgens Art. 23 der Publicatie 25-7-1827. 28-7-1827, 11.
Inzending door Commissaris van Politie van 2 vonnissen tegen:
B. Bloemsma en Meindert Jans, veroordeeld wegens aanvoer van bedorven vis, bekeurd
door Keurmeester der vis P. de Kant en Marktmeester H. Pater.
Door B. en W. besloten aan ieder tóe te leggen 1,50.
(Volgens Art. 25 der Publicatie van 25-7-1827). 24-6-1828, 5.
Mededeling door Commissaris van Politie, dat door de Keurmeester der vis,
Pieter de Kant, een actie is ingesteld tegen:
Engele Harmens Dijkstra en tegen Ritske Engels Dijkstra, wonende te Wierum, wegens
verkoop van bedorven gedroogde vis, welke een boete ad 1,hebben gekregen.
Door B. en W. besloten aan Keurmeester Pieter de Kant wegens betoonde activiteit
een beloning van 3,toe te leggen. 25-6-1833, 9.
Door B. en W. besloten het keuren der vis over 1842 op te dragen aan de 2
oudste politiebedienden, tegen 25,beloning voor ieder. 12-4-1842, 7.
Het keuren van de vis, alhier aangebracht, wordt voor 1849 opgedragen aan
de Stads beambten:
J.B. Terguin en J.D. de Graaf. 24-2-1849, 18.
Idem voor 1850 aan de politiebedienden:
H. Voet en G.J. Hunting. 13-2-1850, 31.
Melk.
Besloten ter bevordering der zindelijkheid te verbieden: het verkopen van
melk in niet met een deksel gesloten emmers, en het tijdens de bediening der klanten
laten staan der emmers op de slechten. R13-3-1826, 7.
Geen bedenkingen bij Ged. Staten tegen deze verordening. 1-4-1826, 6.
Mededeling hiervan door B. en W. aan Raad. R10-4-1826, 3.
Verzoek van B. en W. van Groningen om enige inlichtingen aangaande de alhier
bestaande keur op de verkoop van melk, etc.
Gesteld in handen van Secretaris om zo volledig mogelijk aan te voldoen.
1-9-1847, 10.