241. Onderhoud Besloten door B. en W. om, in verband met het rapport van de Secreta ris omtrent de staat en het onderhoud der openbare vaarwaters (in opdracht van Res. B. en W. 10-10-1829, 1.), te informeren bij Tietjerksteradeel naar het onderhoud van het Oude Deel, tussen deze gemeente en die grietenij. 3-11-1829, 4. Door Tietjerksteradeel is geantwoord, dat het onbekend is, door wie de slatting vroeger plaats vond. Daarom door B. en W. besloten het Oude Deel te beschouwen als onderhoudsplich tig voor beide gemeenten. 14—11—1829, 6. Aanschrijving door Ged. Staten aan Leeuwarden, Leeuwarderadeel en Tiet- jerksteradeel om in het nu aanstaande gunstige jaargedtijde het Ouddeel te slatten, vanaf het Langdeel tot aan de Kurkemeer. Door B. en W. provisioneel in advies gehouden, 16-5-1835, 5. Verzoek van Leeuwarderadeel tot het houden van een conferentie op Vrij dag 12-6-1835 a.s. aangaande de bespreking der slatting van het Ouddeel. Besloten een commissie van 2 leden af te vaardigen. 6-6-1835, 11. Medegedeeld is, dat de stad voor een gedeelte moet bijdragen in de slat ting, en.dat besloten is om wederzijds 2 gecommitteerden te benoemen. Voor de stad zijn benoemd: Heere Harmens Poelsma en Johan Sjerps Jellema. Hiervan aan Leeuwarderadeel kennis te geven. 15-6-1835, 25. Toezending door Leeuwarderadeel van door Gouverneur aldaar toegezonden missive van Hoofd-Ingenieur Waterstaat aangaande het aanhangige slattings- werk van het gedeelte Ouddeel tussen Langdeel en Kurkemeer, met rapport. Goedkeuring wordt verzocht. B. en W. gaan accoord, behoudens dat een kleine wijziging wordt voorgesteld. 26-9-1835, 12. Aanschrijving door Ged. Staten om in overeenstemming met Leeuwardera deel en Tietjerksteradeel te bevorderen, dat nog dit jaar de slatting van het Ouddeel vanaf Langdeel tot Kurkemeer plaats heeft. R28-9-1835, 11. Door Leeuwarderadeel wordt voorgesteld een conferentie op het Raadhuis aldaar op Vrijdag 9-10-1835, waaraan is deelgenomen door Burgemeester en S. Salverda. 10-10-1835, 7. Toezending doör Leeuwarderadeel van een afschrift van Res. Ged. Staten, en mededeling, dat door Leeuwarderadeel zal worden gezorgd voor het uitnemen der dammen. 27-10-1835, 4. Toezending door Leeuwarderadeel van proces-verbaal, ingediend door de Commissie, belast met het beheer ovdr de opneming van het Ouddeel. 14-11-1835, 8. Toezending door Leeuwarderadeel van de rekening der volbrachte opgra ving, met verzoek 2 exemplaren terug te zenden, en het 1/4 gedeelte van het voorschot van 97,26 ad 24,31^ toe te zenden. Besloten door B. en W. om het gevraagde bedrag over te maken, onder opmer king, dat B. en W. aan zich voorbehouden om later hun vermeend recht van niet verplicht te zijn tot deze betaling, te handhaven. 29-12-1835, 9. Voorstel Leeuwarderadeel tot een conferentie op Vrijdag 23-9—1836, in verband met missive Gouverneur omtrent uitdieping van het Ouddeel. Op deze conferentie is besloten Gouverneur te antwoorden, dat men wel gene gen is het werk uit te voeren, maar in verband met het gevorderde seizoen wilde wilde wachten tot Juni 1837. 24-9-1836, 10. Toezending door Leeuwarderadeel van een afschrift van Res. Ged. Staten, waarbij genoegen wordt genomen in het laatstelijk door de besturen genomen be sluit ter zake van de het volgend jaar uit te voeren uitdieping. 22-10-1836, 12. Toezending door Leeuwarderadeel van Res. Ged. Staten aangaande de verdere uitdieping van het bewuste gedeelte van het Ouddeel. 5-8-1837, 13. Res. Ged. Staten, houdende beslissing, dat Tietjerksteradeel verplicht is tot het hoeden der slatting van het Ouddeel, vanaf Langdeel tot Kurkemeer, en derhalve aan Leeuwarderadeel en Leeuwarden zal moeten restitueren het door deze gemeenten voorgeschotenein voldoening aan Res. Ged. Staten 7-5-1835. 14-5-1839, 4. Aanschrijving door Ged. Staten om voor 15-8-1840 te berichten, wie de onderhoudsplichtigen zijn van het Ouddeel en de Kurkemeer. 14-7-1840, 1. Res. Ged. Staten aangaande de slatting van het Ouddeel en de Murk, en het opmaken van een legger, voorzover deze gemeente betreft. Door B. en W. besloten hieraan gevolg te geven. Burgemeester verzocht te fungeren als Commissaris voor de slatting. 2-4-1844, 5a.

Historisch Centrum Leeuwarden

Besluiten Leeuwarden 1811-1850 (Repertorium de Roos) | 1811 | | pagina 184