65.
Voor vernieuwing en herstelling van onderscheiden leuningen is 600,
uitgetrokken. R19—10—1835, 2.
(blz138, 90>)
Verzoek Commissaris van Politie om mededeling van de tijd, waarop de publie
ke wegen door de daartoe verplichten voor dit jaar moeten zijn in orde gebracht,
teneinde nalatigen te kunnen vervolgen.
Zal t.z.t. aan voldaan worden. 25-3-1837, 11.
Besloten alle daartoe verplichte landbouwers te doen aanzeggen, om de wegen
ieder voorzoveel hem aangaat, binnen 8 dagen behoorlijk in orde te brengen, zodat
zij schouwbaar zijn. 15-4-1837, 14.
Commissaris van Politie aanschrijven om namens B. en W. de daartoe verplich
ten te gelasten, dat de wegen binnen de gemeente onverwijld in goede orde moeten
worden gebracht, zodanig, dat zij met 8 dagen schouwbaar zijn, en daarover rapport
aan B. en W. uit te brengen. 28-4-1838, 9.
Commissaris van Politie bericht, dat de wegen in orde zijn, voor zoverre de
nog natte grond op sommige plaatsen dat veroorlooft. 8-5-1838, 6.
Door Raad besloten het voorstel van Mr. H. van Boelens, Mr. N. Fockema en
H. Bolman in Raad op 20-10-1837 gedaan, om de functie van Stads Keizelaar te la
ten vervallen en de keizei te verpachten, niet uit te voeren, zodat alles blijft
gelijk het was. R15-10-1838, 8. 1
Mededeling door Ged. Staten, dat Missive dezerzijds 24 11 1847N77/1433 en
daarbij ingezonden afschriften der Publicatie van 23-11-1847, houdende een door de
Raad vastgesteld reglement voor de passage der straatwegen door de stad, voor ken
nisgeving is aangenomen. R6-1-1848, 3.
Leggers.
Besluit Gouverneur, houdende verlenging van de termijn voor de herziening
der leggers der Rij- en Voetbruggen, etc.
(Prov. Blad 1836, N81tot 1-7-18381 1-1 1-1837, 7.
Besluit Ged. Staten, waarbij de termijn voor de herziening en opmaking der
leggers van Rij- en Voetbruggen nogmaals wordt verlengd. 22-9-1838, 2.
Verzoek Ged. Staten om "te berichten in welke stand van behandeling de ter
fine van redres teruggaande legger dezer gemeente zich bevind.
Is reeds gevolg aan gegeven. 2-12-1843, 5.
Verzoek Ged. Staten om inzending der leggers dezer stad voor 15-1-1844.
Zal aan voldaan worden. 2-1-1844, 7.
Verzoek Ged. Staten om van sommige leggers dezer gemeente, indertijd inge
zonden bij Missive dezerzijds 9—1-1844, N34/38, nadere inlichtingen te zenden voor
1-5-1844.
De overige leggers zijn goedgekeurd. 19-3-1844, 6.
Besloten een Commissie te benoemen tot herziening van de bestaande leggers
in deze gemeente, waaromtrent dit jaar aan Ged. Staten moet worden bericht.
Benoemd zijn: Mr. C.J. van der Veen en de Secretaris. 10-7-1850, 17.
Besluit Ged. Staten aangaande de inzending der herziene leggers van onder
houdsplichtigen van wegen, etc. 22-1-1851, 15.
Aanbieding door B. en H. van de herziene leggers dezer gemeente, uitgezon
derd die van de Dokkumer Ee en van rijweg en voetpad Achter de Hoven, waaromtrent
nader zal worden beslist. R10-4-1851, 6.
Besloten de leggers na bekendmaking 2 maanden ter inzage van belanghebben
den te leggen. Rl-5-1851, 5.
Rapport B. en W., dat de herziene leggers der onderhoudsplichtigen der
vaarten, waterlossingen, wegen, bruggen, etc. der gemeente, ingevolge Raadsbe
sluit Rl-5-1851, 5., 2 maanden ter visie hebben gelegen, en dat er geen reclame
is ingekomen.
Vastgesteld en aan Ged. Staten gezonden ter goedkeuring. R7-8-1851, 2.
Straten Stad.
Algemeen. 1811 - 1813.
Toezending van verzoek van:
H. Hanekamp en Sijtske Ruurdsom uitbetaling van hun traktement als schoonmakers
der straten, over de laatste 7 maanden van 1811.
Gesteld in handen van Griffier.
Rapport bij Missive N287. Index M
17-10-1812, N336