365. Besluit Ged. Staten van 28-8-1827 aangaande het niet begraven van lijken in kerken, benevens het aanleggen van nieuwe begraafplaatsen. In handen der Commissie, benoemd bij besluit R9-4-1827, 12. 4-9-1827, 1. Rapport Commissie voor 2e begraafplaats alhier: Het Oldehoofster Kerkhof bevat, volgens opgave door koster Corée 4.660 graven, waar van 1.460 particulier eigendom zijn en 3.266 stadseigendom. Per jaar overlijden in de stad ca. 500 mensen. Tot vorig jaar werden.deze, behalve op het kerkhof, begraven in Wester- en Galileërkerk, of te Huizum, Lekkum, Jelsum of el ders De capaciteit van het Oldehoofsterkerkhof is voldoende: er is geen 2e begraafplaats op de Wissesdwinger nodig. Besloten het rapport op grond van maatregelen van het Gouvernement vervallen te houden en het besluit van Ged. Staten-van .22-8-1827N19 in advies te houden. R17-9-1827, 1. Besloten aan Z.M. te verzoeken voorlopig de thans hier bestaande begraafplaats bij de Oldehove te mogen behouden. R1-10-1827, 1. Besloten op grond van Raadsbesluit R1—10—1827, 1., aan Z.M. toestemming te verzoeken om de begraafplaats bij de Oldehove voorlopig te mogen behouden als zodanig. Met tekst van het adres. 2-10-1827, 4. Besluit Ged. Staten, waarbij B. en W. diligent worden gehouden met betrekking tot besluit Ged. Staten 28—8—1827, N19., totdat door Z.M is beslist op het verzoek de begraafplaats bij de Oldehove voorlopig te mogen behouden. In Raad mededelen. 29-12-1827, 9. Mededeling in Raad. R7-1-1828, 1. Toezending door Ged. Staten van beschikking van het Dep. van Binnenl. Zaken, waarbij is afgewezen het verzoek om voorlopig van het Oldehoofster Kerkhof als begraaf plaats te mogen gebruik maken. Mededelen in Raad. 23-1-1829, 6. Door Raad aan B. en W. opgedragen een voorstel te doen omtrent een nieuwe begraafplaats. R2-2-1829, 3. Mededeling door B. en W. van Sneek, omtrent de nieuw aangelegde begraafplaats aldaar Tekening opgevraagd, volgens aanbieding. 2-5-1829, 9. Toezending door B. en W. van Sneek van een tekening der begraafplaats aldaar. Kosten 5, 16-5-1829, 17. Op voorstel van B. en W. is door Raad besloten de Begraafplaats, die buiten de kom der gemeente moet worden aangelegd, aan te leggen op de terp of hoog stuk land ten Noorden der Spanjaardslaan, behorende aan Erven P.A. de Vries, groot 4 bunders, 64 roeden, 10 ellen, met ten Oosten O.R. Nollides, ten Zuiden de Spanj aards dijk, ten W. J. Vitringa Coulon, ten Noorden de eigenaars. B. en W. gemachtigd tot onderhandse aankoop, of, bij weigering, tot onteigening ten algemenen nutte. R31-8-1829, 12. B. en W. gemachtigd om mettierven. P.A. de Vries 4 bunders, 64 roeden, 10 ellen land te ruilen tegen ongeveer 6 bunder land van de nabijgelegen plaats te Bilgaard, en dan deze plaats, getaxeerd op 30.737,verminderd met deze 6 bunder, ten spoedigste publiek te verkopen: betaling in Mei en Nov. 1830. R6-10-1829, 6. Door Raad besloten te ruilen met Johannes Hermanus Haverschmidt te Dokkum, en medeéigenaren: het land ten Noorden der Spanj aards dijk (4 bunders, 64 roeden, 10 el len) met ten Oosten land van Oeble Rienks Dijkstra, e.a., ten Westen van Julius Vitrin ga Coulon, tegen 3 stukken land van de stadsplaats te Bilgaard: a. 3 bunders, 90 roeden, 50 ellen, begrensd door: ten Oosten de Stad, ten Zuiden Erven Gerben Doedes Miedema, ten Westen en Noorden de dijk, b. 2 bunders, 30 roeden, 40 ellen land met ten Oosten en Noorden de Stad, ten Zuiden Erven Pieter Aukes de Vries, ten Westen erven Gerben Doedes Miedema, c. 1 bunder, 46 roeden, 90 ellen land, omringd door Stadsland. Beide ruilobjecten zijn getaxeerd op 10.863,52, zodat ruiling met gesloten beurzen plaats vond. Taxateurs: Pieter Broers Plantenga, voor de stad. Simon Atses Sinnema, idem. Johan Jellema te Lekkum, voor de anderen. Goffe Beerts van der Meij te Janum, idem. R19—10— 18293. Goedgekeurd door Ged. Staten. Mededelen in Raad. 7-11-1829 3. Mededeling hiervan in Raad. R9-11-1829, 1. In verband met de goedkeuring door Ged. Staten van Raadsbesluit R19—10—1829, 3., is door B. en W. de Ontvanger aangeschreven, een ontvangst van 10.863,52 te stellen wegens getaxeerde waarde van 3 stukken grond van: de stad, geruild met J.H. Haverschmidt, acte voor notaris E.E. Wielinga van Scheltinga alhier, en een gelijke som voor uitgaaf voor kosten aanleg Begraafplaats. 12-1-1830, 5.

Historisch Centrum Leeuwarden

Besluiten Leeuwarden 1811-1850 (Repertorium de Roos) | 1811 | | pagina 116