111.
rente, zijnde de dag van dagvaarding der pachters: Ijnze
Douwes Koopmans, Johannes Wiemers en Hessel Vieraers.
Verder van Fl.15.l40,- wegens 2-g- jaar pacht vanaf 1 Juli 1834
tot 31 Dec. 1836, waartoe IJnze Douwes Koopmans zich bij de
verpachting op 22-9-1829 verplicht had.
Bij deurwaardersacte zijn weduwe en erven gedagvaard om te
verschijnen voor de Rechtbank.
Door Raad worden B. en V. gemachtigd tot uitvoering van dit
voortstel. R 6-6-1839 7.
Goedkeuring door Ged. Staten. R 25-7-1839 2.
Verzoek van Vardo Pieters, Wed. IJnse Douwes Koopmans,
winkelierse, om de hangende procedure door minnelijke schik
king uit de weg te ruimen.
Aan Raads-commissie is verzocht te bevorderen, dat deze
zaak, die op 1-10-1839 zou moeten dienen, provisioneel wordt
uitgesteld.
Commissie wordt gemachtigd haar voorstel aan te horen.
R 26-9-1839 12.
Door partijen is aangeboden te betalen Fl.2000,- en
de eigen praekosten, terwijl de stad haar proces-kosten
voor eigen rekening neemt.
Besloten hiermede genoegen te nemen, aangezien dit in ver
band met het onvermogen der betrokkenen de voor de stad
voordeligste oplossing is. R 24-10-1839 9.
In verband met het contract van 10-10-1839 tussen
Commissie en pachters is besloten Ged. Staten machtiging
te vragen om deze zaak af te doen. R 14-11-1839 13.
Toestemming door Ged. Staten. R 19-12-1839 3.
Verzoek van Sjouke Sipkes Postma, koopman alhier,
dat geen marktgeld mag worden geheven van waren, die hier
niet ter markt komen, en dat aan het dwangbevel van 21-10-1839
tegen A.A. Dijkema te Akkrum geen verder gevolg mag worden
gegeven.
Rapport Raads-Commissie: Tegen A.A. Dijkema is procesver
baal opgemaakt wegens ontduiking door invoer van 500 mud
appels, waarvoor Fl.25,- was verschuldigd volgens Publica
tie van 27-12-1836. Hierop is een dwangbevel gezonden aan
de deurwaarder te Akkrum.
Postma bemoeit zich met een zaak, die hem niet aangaat, daar
Dijkema in de gelegenheid was zich te verzetten tegen het
dwangbevel, maar dit niet heeft gedaan, en Postma's tussen
komst niet heeft ingeroepen. Hij moet nu zelf de nadelige
gevolgen dragen.
Verder is het onjuist, dat dan voor deze appels bovendien
nog marktgeld moet worden geheven; daartoe is de controle
door de ambtenaar Bouke Douwes Camstra te nauwkeurig.
Verzoek afgewezen. R 28-11-1839 12.
Verzoek van Ate Abes Dijkman, schipper te Akkrum
en Sjouke Sipkes Postma, koopman alhier, om hun zaak op
nieuw in overweging te nemen en het dwangbevel niet uit
te voeren. Dat verder van appels, hier nog niet ter markt
gebracht, voortaan geen marktgeld mag worden geheven, of,
indien dit noodzakelijk moet zijn, dat dan dit voorschot
mag worden teruggegeven, indien de appels niet ter markt
komen, of wel opnieuw het marktgeld daarvan wordt voldaan.
Gesteld in handen der Commissie voor de Groentemarkt.
R 19-12-1839 7.
Rapport der Commissie voor de Groentemarkt, dat
deze over 1839 heeft opgebrachtFi695824Na aftrekken
der praeceptiekosten blijft over F155^0,18.
Gestort in kas van Ontvanger. R 9-1-1840 7«
Op voorstel der Raads-commissie, die heeft behandeld
het verzoek van Sjouke Sipkes Postma, om:
1. Voor ingevoerde appelen 13 marktgeld te betalen.
2. Voor aardappelen, hier verkocht en buiten afge
leverd, geen marktgeld te betalen.