31
Missive Gouverneur aangaande de opvolging der be
staande verordeningen op de broodzetting»
Missive Commissaris van Politie, te dier zake enige ophelde
ring en terechtwijziging bevattende. 22-6-1839 3»
Toezending door Gouverneur van verzoek van Y, Ypes c.s»,
broodbakkers alhier, aan Z.M. om de verordeningen op het stuk
der broodzetting zodanig te veranderen, dat de aan zetting
onderworpen broodsoorten niet hoger of lager mogen worden ver
kocht, en de overtreders te straffen, om aan de bakkers een
behoorlijk bestaan te verzekeren, en de gezondheid te bevor
deren.
In handen van Burgemeester gesteld. 13-7-1841 7.
Wederom ongunstig advies. 2-8-1841 16.
Missive Gouverneur aangaande de wijze, waarop voortaan
de middelprijzen van de tarwe en rogge, waarnaar de zetting van
de prijs van het tarwe- en roggebrood moet worden geregeld,
in de Leeuw. Courant zullen worden medegedeeld. 11—9—1841 2.
Besluit Ged. Staten aangaande de verkoop van het brood
en het werk der broodzetting, ter uitvoering van K.B. 15-4-1843
No.55 (St. No.13).
In handen Commies Controleur om advies. 23—5—1843 2.
In verband met het besluit van Ged. Staten van 19—5—1843
en 31-5-18^3 aangaande de verkoop van het brood en het werk der
broodzetting, berichten B. en W. aan Ged. Staten, dat zij zich
zeer wel kunnen verenigen met het voorstel, gedaan door zeker
Bestuur, om voor de broodzetting alle gemeenten op gelijke
voet te brengen, en stellen tevens aan Ged, Staten enige ver
beteringen voor. 3-6-18^3 5.
Besluit Ged. Staten aangaande de regeling van het werk
der broodzetting, naar aanleiding van K.B. 15-4-1843 (St. No.13).
In handen van het College van Keurmeesters om advies.
19-8-18^3 1.
Bericht door Directeur van Politie:, dat, aangezien de
vroegere bepalingen op het gebied der broodzetting zijn ver
vallen, en de nieuwe verordeningen nog niet zijn ingevoerd,
gedurende dit trimester geen visitatiën bij de broodbakkers
hebben plaats gehad. 30-9-1843 11.1
2 Besluiten van Ged. Staten aangaande de regeling van
het werk der broodzetting, naar aanleiding van K.B. 15-4-1843
(St. No.13). 14-11-1843 7.
Missive Directeur van Politie, houdende, dat, aange
zien de nieuwe verordening op het stuk der broodzetting nog
niet is ingevoerd, en gedurende dit trimester geen visitatiën
bij de broodbakkers en slijters hebben plaats gehad.
30-12-18^3 11.
Aanbieding door B. en W. van besluit Ged. Staten
aangaande de regeling van het werk der broodzetting, naar
aanleiding van K.B. 15-4-18^3 (St. No.13).
Besloten de hiertoe voorgestelde verordening ter Secretarie
te deponeren, ter inzage der leden, om in de volgende verga
dering finaal te besluiten. R 23-11-1843 2.
Besloten uit de concept-verordening weg te laten de
bepalingen, die ten deze zijn opgenomen in K.B. 15-4-18^3
(St. No.13), en dit besluit mede te delen bij afzonderlijke
publicatie.
De verordening, waarvan de tekst in het besluit voorkomt, op
de gebruikelijke wijze af te kondigen en aan te plakken.
R 7-12-1843 6.
Besluit Gee. Staten, houdende bedenkingen tegen de
door de Raad vastgestelde en aan hun toegezonden verordening
van 1^-12-18^3 tot regeling van het werk der broodzetting, etc.
Verzocht wordt deze verordening te wijzigen als is voorgeschre
ven bij dit besluit, en daarna ter goedkeuring in te zenden.
Ter inzage der leden gelegd.
In de volgende vergadering hierover te beslissen.
R 2*_i_i8**4 3.