Inzending door Commissaris van Politie van vonnis,
op 30-^-1828 genomen tegen de Harlinger trekschippers
Hendrik Eichelaar en Machiel IJlstra, wegens het niet voor
handen hebben in het schip van de publicatie van 6-3-1827#
De overtreding is geconstateerd door de agent van politie
De Lang.
Door B. en in advies gehouden of hem al dan niet een be
loning zal worden toegekend. 10-5-1828 15
Beloning van Fl.10,- toegekend. 13-5-1828 11
Op 5-6-1828 is aan de Harlinger trekschippers provi-
sioneel__toegestaan om, neginnende heden, op de dagen der af
vaart der stoomboot "De Onderneming" te Harlingen, zij na
Di., Do.en Za. te half vier van hier een schuit te doen af
varen, waarvoor 2 paarden. 7-6-1828 8
Missive B. en W. Harlingen dienaangaande.
Afgedaan. 1^-6-1828 9
Toezending door Gouverneur van verzoek van de Direc
teur der Amsterdamse Stoombootmaatschappij, om toestemming
indien de schippers Leeuwarden-Harlingen niet te vinden
blijken voor een billijk contract voor aan- en afvoer naar
de boot op Amsterdam, daarin te voorzien door een contract
met andere veerschippers, b.v. Harlingen-Franeker of Har-
lingen-Dokkum.
B. en antwoorden, dat nadere gegevens noodzakelijkzijn
ter beoordeling of het verzoek niet strijdig is met de be
langen der marktschippers Leeuwarden-Harlingen. 29-7-1828 1
Verzoek der trekschippers Leeuwarden—Harlingen om
op de dagen van aankomst der stoomboot te Harlingen van
daar te 5 u. inplaats van te k u. te mogen vertrekken, daar
anders de barge hun bedrijf kan ten gronde richten.
Door B. en in advies gehouden. 10-7-1829 16
Besloten eerst de mening van B. en V. van Harlingen
te vernemen. 18-7-1829 6
Missive B. en Harlingen dienaangaande.
Door B. en alhier in advies gehouden. 28-7-1829 6
Toezending door B. en Harlingen van een verzoek
van Gerben en Jan de Vries, trekschippers Harlingen-Leeu-
warden, wonende aldaar, om toestemming een nieuwe jaag
schuit in de vaart te brengen, met 1e en 2e roef en ruim.
Tarief 1e roef Fl.0,20 boven gewone vracht roef en F11-
meer voor afhuring.
Alvorens een beslissing te nemen vragen B. en nadere in
lichtingen, o.m. of de schuit is gebouwd onder toezicht
van Van Loon. 31-7-1830
Missive van F.N. van Loon dienaangaande.
In advies tot antwoord van B. en Harlingen is gekomen.
3-8-1830 3
Missive B. en Harlingen met inlichtingen.
In advies gehouden, daar op Ma. 9-8-1830 de verzoekers
komen met de nieuwe jaagschuit ter bezichtiging. 7-8-1830 8
Het blijkt dat de schuit niet voldoet aan het model,
Voor ditmaal zal dit over het hoofd worden gezien.
In 't vervolg mogen alleen achepen worden gebruikt, die vol
doen aan het overeengekomen model.
Er mag geen hoger tarief worden ingevoerd.
Dit wordt geantwoord aan B. en Harlingen. 10-8-1830 3
Mededeling door B. en Harlingen, dat de trek
schippers Harlingen-Leeuwarden verzocht hebben de beurt
van 's-morgens 9 u# aldaar en 's-middags 1 u. van hier te
mogen laten liggen, waartegen aldaar geen bezwaar is.
B. en doen onderzoek bij de schippers alhier. 7-1-183^ 7
Mededeling door B. en Harlingen van de keuring
van een nieuw trekschip van de schippers: Nutte Jans Hoede-
maker en Gerben Sijbes de Vries, zomede van het door hen ge
daan verzoek een gedeelte van het ruim door een licht houten
beschot te mogen afzonderen.
B. en antwoorden dat hiertegen geen bezwaar bestaat.
111-6-I83U 15