Door B. en W. is Jan Marks Rijpstra, die de helft in het trekveer Leeuwarden-Har1ingen heeft gekocht, aange steld als schipper in dat veer. 26-2-1825 8 Verzoek van Machiel Wessels IJlstra alhier, om het trekveer Harlingen-Leeuwarden, waarvan hij de helft heeft aangekocht van Klaas Bonga, te mogen bevaren in persoon. Advies Commissaris Politie gevraagd door B. en W.11-6-1825 11 Toegelaten. 18-6-1825 9 Schipper Van der koude, te Harlingen thuis behorende, schipper in het trekveer Leeuwarden—Harlingen, berekende van een kalfsvel voor Leeuwarden de vracht te hoog, en hield dit onder zich. 17—10—1826 7 Door B. en V. Harlingen ordemaatregel genomen. 28-10-1826 14 Door B. en W. is aan B. en V. Harlingen bericht, dat de Harlinger trekschipper Johannes Steunebrink, die: reeds aanleiding heeft gegeven tot veelvuldige klachten, weigerde te Dronrijp zijn tolcedul te laten zien. 14-8-1827 7 Door B. en V. van Harlingen wegens slordigheid, bru taliteit en dronkmanschap gestraft met intrekking der toe lating. 21-8-1827 3 Over de Harlinger trekschipper Jan de Vries werd ge klaagd wegens te late aankomst. Hij heeft zich echter bij B. en W. Harlingen deswege kunnen verontschuldigen. 13-10-1827 25 Verzoek van Feike Bruinsma, koopman, om zijn zoon Jacobus Bruinsma toe te laten als Harlinger trekschipper, van welk hij de helft bezit. In handen Commissaris van Politie gesteld. 12-1-1828 18 Jacobus Bruinsma aangesteld. 19-1-1828 16 Vonnis tegen de Harlinger schippers Hendrik Eichelaar en Machiel IJlstra, wegens het niet voorhanden hebben van een publicatie van 6-3-1827 in het schip. 10-5-1828 15 Door de trekschippers Gerben en Jan de Vries, wonende te Harlingen, werd toestemming gevraagd een nieuwe jaag schuit in de vaart te brengen. 31-7-1830 4 Verzoek van Suibertus Johannes Terhorst om toelating als trekschipper Leeuwarden-Harlingen, van welk hij de helft heeft gekoscht, en dat laatst is bevaren door Pieter Vellinga. Aanstelling verleend. 5-10-1831 2 Door B. en W. is op zijn verzoek Halbe Sipkes Hebbes aangesteld als trekschipper in het veer Leeuwarden-Harlingen inplaats van wijlen Jacobus Bruinsma. 19-12-1831 10 Door B. en W. op diens verzoek aan Arjen Riek Beers toegestaan om de beurt in het Harlinger trekveer waar te ne men voor de trekschipper Machiel Wessels IJlstra, thans als plaatsvervanger in Schutterdienstonder voorwaarde, dat hij bij slecht weer etc. behalve zijn confrater, nog iemand ter assistentie zal meenemen. 16-6-1832 17 Door B. en W# toegelaten als trekschipper Leeuwarden- Harlingen Fedde Simons Houtstra, wiens vader Simon Feddes Houtstra, voor hem het trekveer heeft gekocht van Jacob Frank. 4-3-183*1 10 Door B. en W. op diens verzoek aangesteld als trek schipper in het veer Le euwarden-HarlingenNette de Boer, vroeger te Vlieland, thans alhier, inplaats van Sijtze Ter Horst, wiens trekveer hij voor de helft heeft aangekocht. 19-4-1834 13 Mededeling door B. en W# Harlingen van de keuring van een nieuw trekschip voor de schippers Nutte Jans Hoede- maker en Gerben Sijbes de Vries. 14-6-1834 15 Verzoek van Hessel Wiemers, koopman alhier, om toe lating als schipper Leeuwarden-Harlingen, daar hij een helft veer van Hendrik Eichelaar heeft gekocht. Toegelaten. 28-3-1835 13

Historisch Centrum Leeuwarden

Besluiten Leeuwarden 1811-1850 (Repertorium de Roos) | 1811 | | pagina 87