203 In verband met het rapport der Raads Commissie, benoemd bij Raadsbesluit R3-2-1834, 1., is door Raad besloten: 1. De thans bestaande belasting zal, bij gebrek aan een ander geschikt middel, blijven bestaan tot zodanige som en als eigen.middel worden ingevoerderdgelijk bepaald bij voorgesteld reglement. 2. Het reglement op te zenden aan Ged. Staten ter goedkeuring. R18-2- 18346. Besluit Ged. Staten aangaande de door Raad ingezonden voordracht voor de belas ting op de brandstoffen. Het Reglement is niet aan de goedkeuring van Z.M. onderworpen, het tarief wel. 25-3-1834, 12. Besluit Ged. Staten aangaande het door de Raad ingezonden reglement van plaatse lijke belasting op Turf, etc. In Raad gebracht. 29-3-1834, 8. Opmerkingen van Ged. Staten, die door de Raad zijn overgenomen in het concept reglement. Rl-4-1834, 1. Missive Gouverneur aangaande de vrijdom van accijns voor turf voor sommige fabrie ken en trafijken. Besloten Commies Controleur opgave te vragen van de fabrieken alhier, waarvoor deze vrijdom zou kunnen verleend worden. Verder Commandeur Turfwerkers opgave te vragen van de turfmeters en hun woonplaatsen Hiervan zal Gouverneur mededeling gedaan worden. 5-4-1834, 5. Besluit Gouverneur aangaande de betaling van meet- en weeglonen bij de invoer van steenkolen. 15-4-1834, 2. Besluit Ged. Staten aangaande het op 18-2-1834 door de Raad vastgestelde Regle menten der Plaatselijke Belasting op Turf en Steenkool. In Raad medegedeeld. 10-5-1834, 15. Mededeling door Ged. Staten, dat zij in hoofdzaak accoord gaan met het voorge stelde Reglement op de Belasting op Turf en Steenkool, maar enkele wijzigingen verzoe ken aan te brengen. Hieraan zal worden voldaan. R29-5-1834, 1. Verzoek van Anastasius Josephus Bruinsma, koopman, die voornemens is per 1—10— 1834 alhier op te richten een fabriek van ruwe katoen, om vrijdom van belasting op de turf, hoewel die slechts dient tot verwarming der werklokalen. Afgewezen, daar. Commies Controleur mededeelt, dat dit niet mogelijk is, zolang Art. 9 van het Reglement van 6-2-1827 van kracht is. R15-6-1834, 8. Besluit Gouverneur aangaande de afgifte van certificaten van gegoedheid ten behoeve der borgen voor de accijns op turf. Deze zijn, bij afzonderlijke afgifte, onderworpen aan zegel en registratie. 21-6-1834, 2. Besluit Gouverneur, waarbij aan enige plaatselijke bedienden de bevoegdheid wordt verleend tot de aftekening der biljetten, vereist volgens Art. 7. van het Reglement van vrijdom van accijns op tarief voor fabrieken, etc., met verzoek om deze personen hun handtekening te doen plaatsen op 5 vellen papier en deze in te zenden. 19-7-1834, 4. Verzoek van Anastasius Josephus Bruinsma, koopman, om ten behoeve van zijn per 1-10-1834 op te richten fabriek van ruwe katoenen voor zijn op te slaan 500 ton gesto ken lange turf vrijdom van accijns te mogen ontvangen. Gebracht in Raad en in handen van Commies Controleur gesteld. 30-8-1834, 16. Besluit Ged. Staten aangaande herziening van de door sommige plaatselijke be sturen gedane voorstellen tot invoering van een plaatselijke belasting op turf en steenkool, onder terugzending tevens, te dien einde, van Raadsbesluit R18-2-1834, 1. Gesteld in handen der Commissie, vroeger hiermede belast, met verzoek om rapport in de Raad. 4-10-1834, 8. Door Raad besloten om, met wijziging van het vroeger ingezonden Reglement der Belasting op Turf en Steenkool, vastgesteld in de vergadering van 29-5-1834, dit nu veranderd vast te stellen in de geest, door Ged. Staten aangegeven, met verzoek aan Ged. Staten om te bevorderen, dat het tarief aan de goedkeuring van Z.M. wordt onder worpen. R20-10-1834, 3. Goedkeuring door Ged. Staten van het bij Missive dezerzijds 20-10-1834, N12/72, ingezonden Reglement voor de heffing van een plaatselijke belasting op turf en steen kolen, vastgesteld bij Raadsbesluit R20-10-1834, 3. Machtiging tot in werking stellen per 1-3-1835. In Raad medegedeeld. 24-1-1835, 11.

Historisch Centrum Leeuwarden

Besluiten Leeuwarden 1811-1850 (Repertorium de Roos) | 1811 | | pagina 208