214
Missive Commies Controleur, waarnemend Hoofd Commies der Belastingen, houdende:
1. Transactie met Jarig de Vries, turfschipper, wegens contraventionele lossing van turf
Kosten 154-^
2. Transactie met Sije Minnes Dijkstra, wegens invoer van kalfsvleeschkosten 2,70-k en
confiscatie
3. Mededeling, dat Auke Romkes en Binne Romkes, schippers te Oenkerk, steeds weigeren
de transactie met de Hoofdcommies van 2 1-5-18 19, wegens invoer van spek te voldoen.
De beide eerste gevallen worden goedgekeurd door Burgemeesterenhet laatste geval ge
steld in handen der Justitie. 6-5-1820, 4.
Officier van Justitie is van oordeel, in antwoord op Missive dezerzijds 10—5
1820, N166, dat het procesverbaal tegen Auke Romkes en Binne Romkes ten onrechte is op
gemaakt. 16-5-1820, 3.
In antwoord op Missive dezerzijds 17-5-1820, N174 worden door Officier de stukken
aangaande Auke en Binne Romkes toegezonden. 20-5-1820, 2.
Inzending door Commies Controleur, waarnemend Hoofd Commies der Belastingen, van
een transactie met J.H. Kingma alhier.
Goedgekeurd. 20-5-1820, 5.
Inzending door Commies Controleur, waarnemend Hoofdcommies der Belastingen, van
transactie 1swegens ontduiking, met:
1. Oeds Dijkstra, Türfvoerder van Twijzel: invoer spek.
2. J.G. Nassette, te weinig opgegeven brandewijn.
Goedgekeurd. 29-8-1820, 9.
Inzending door Commies Controleur, waarnemend Hoofdcommies der Belastingen, van
transactie's met:
1. J.A. Drielsma, wegens invoer van jenever. Boete 20,met belasting en kosten.
2. G. van Wageningen, wegens invoer van een ham. Boete 4,met de impost en kosten.
3. J.C.H. van Harinxma, wegens invoer van brandewijn. Boete 16, met de impost en
kosten
Goedgekeurd. 30-9-1820, 5.
Inzending door Commies Controleur, waarnemend Hoofd Commies der Belastingen, van
de navolgende transactiën met:
1. Berend Mulder, molenaar alhier en J.S. van den Akker, arbeider te Warga. Hier wordt
voorgesteld de zaak te schikken, daar de tarwe verbrand is, en niet als menselijk
voedsel te gebruiken. Kosten 2,50.
2. J. van der Horst, slager, wegens invoer van 280 pond rundvlees. Boete 50,en
kosten 2,70.
3. H. Leeman, koopman. Verzocht wordt de zaak tegen deze verklaarde fraudatuer te stel
len in handen der Justitie.
De beide eerste gevallen worden goedgekeurd. Het laatste in advies gehouden.
7-10-1820, 6.
De zaak H. Leeman gesteld in handen der Justitie. 10-10-1820, 6.
H. Leeman is door de Rechtbank te Leeuwarden tot 100,boete veroordeeld,
maar deze zaak is daarna verwezen naar de Rechtbank te Zwolle, die hem vrijsprak.
13-3-1821, 2.
Inzending door Commies Controleur, waarnemend Hoofd Commies der Belastingen
van 2 gevallen van ontduiking:
1. L. van der Laan te Franeker.
2. G.B. ten Brink, alhier.
Aangezien geen van beiden fraude behelst, wordt geadviseerd te volstaan met betaling
der kosten.
Goedgekeurd. 21-11-1820, 4.
Inzending door Commies Controleur, waarnemend Hoofdcommies der Belastingen,
van de volgende transactie's wegens ontduiking:
1. Wed. Pieter Sijtzes Hiemstra, worstverkoopster onder Huizum: invoer van 15 pond
worst. Boete 8,met onkosten en confiscatie.
2. Wed. de Warm, tappersche, wegens uitvoer van jenever. Boete 12,met de kosten.
3. G.M. Nijenhuis, tapper, wegens uitvoer van jenever. Boete 25,met kosten, en
betaling der impost.
4. Jacoba Rodenburg, tappersche wegens invoer van drank. Boete 20,met de kosten
en betaling der impost.
Goedgekeurd. 28-10-1820, 12.
Aangaande de zaak van Pier Gerbens Vellinga is na rapport van het verhoor
der commiezen de President Burgemeester gemachtigd de zaak zo voordelig mogelijk af
te doen en anderszins de eis van de beklaagde af te wachten. 9-12-1820, 11.
Zaak is in der minne geschikt en afgedaan. 16-12-1820, 15.