Toezending door GedStaten van het vastgesteld en executoir verklaarde
kohier van belasting op het Rundvee in Friesland, gemeente Leeuwarden, over 1849,
met aanschrijving in deze te werk te gaan, gelijk is aangegeven. 9-1-1850, 5.
Verzoek Ged. Staten om ter vervanging van Aldrik Arends Bekker, die voor de
benoeming van 3e taxateur, bedoeld bij Art. 4 der bepalingen ter invordering der be
lasting op de Runderen heeft bedankt, een nieuwe voordracht in te zenden, na vooraf
de voor te dragen persoon te hebben verstaan omtrent zijn genegenheid die betrekking
op zich te nemen.
Door B. en W. besloten tevoren Ged. Staten inlichtingen te vragen de beloning, toe
te kennen aan de taxateurs (Missive dezerzijds N51/56). 9-1-1850, 7.
Inzending door Ontvanger van kwitantie van storting over Jan. ad 359, 51,
wegens ontvangen belasting op de Runderen. 5-2-1850, 9.
Besluit Ged. Staten, houdende vaststelling van het Kohier 1850 der belasting
op het Rundvee binnen Friesland, betreffende deze gemeente. 18-12-1850, 14.
Mededeling door Ged. Staten van de door Z.M. goedgekeurde wijzigingen en aan
vullingen der bepalingen op de invordering der belasting op het rundvee in deze
provincie, en de reglementen ter voorkoming der verspreiding van de besmettelijke
longziekte onder het rundvee, alsmede aangaande de te verlenen schadevergoeding
door de provincie. 28-12-1850, 13.
Besluit Ged. Staten ter uitvoering van K.B. 26-7-185 1, N4 en 5, houdende
goedkeuring der door Prov. Staten vastgestelde bepalingen voor de heffing van 2
Provinciale belastingen voor 185 1, en 2e Suppletoire Begroting der Prov. inkomsten
en uitgaven over 185 1. (Prov. Bladen 95 en 96). 13-8-185 1, 9.
Besluit Ged. Staten, houdende aanschrijving tot het inzenden van een voordracht-
ter aanwijzing van deskundigen, bedoeld bij Art. 3 der goedgekeurde bepalingen voor
de heffing over 185 1 van 2 provinciale belastingen.
Opgegeven zijn: Jan Andries Jorna.
Pieter Heeres Poelsma.
Jurjen Thomas Terpstra.
Lieuwe Pieters Zondervan. 16-9-185 1, 10.
Besloten Ged. Staten, houdende bepaling van de termijn der invoering van de
door Z.M. goedgekeurde bepalingen voor de heffing over 1851 van 2 provinciale
belastingen, en vaststelling van een Instructie en modellen voor de invordering
der belasting op het Rundvee. 29-9-185 1, 2.
Drank
Missive Gouverneur, herinnerende aan het Besluit van Ged. Staten 23-1-1840,
15., waarbij B. en W. werden gevraagd om hun gevoelen aangaande de toe te kennen
vergoeding aan de Gemeente Ontvangers voor hun werkzaamheden voor de heffing van
de opcenten op Wijn en Gedestilleerd voor de provincie, benevens toezending van de
staat der kortingen over 1840.
Onder inzending van de staat wordt door B. en W. medegedeeld, dat gedacht wordt
aan een percentage van 3% der overstortingenhetzelfde bedrag, dat de Rijksontvan
ger geniet voor de invordering der Stedelijke opcenten.
Eigenlijk is deze beloning te hoog, in verband met de grootte der over te storten
bedragen. 8-5-184 1, 7.
Inzending door Ontvanger van Rekening 184 1 wegens de ontvangsten en uitga
ven van de Provinciale Belasting op de Dranken, met bijlagen.
Na weibevinding deze gezonden aan Ged. Staten. 9-4-1842, 17.
Inzending door Ontvanger van Rekening 1843 van de Provinciale Belasting
op Wijn en Gedestilleerd, met bijlagen.
Toegezonden aan Ged. Staten. 12-3-1844, 3.
Goedgekeurd door Ged. Staten. 6-4-1844, 3.
Inzending door Ontvanger van de rekening over 1844 van de Provinciale Belas
ting op Wijn en Gedestilleerd, met bijbehorende kwartaalstaten, etc.
Aan Ged. Staten gezonden. 5-4-1845, 17.
Besluit Ged. Staten, houdende goedkeuring van de ingezonden rekening van de
Stedelijke Ontvanger van de hem bij K.B. 2 1-12-1843, N49 ten behoeve der Provincie
toegestane heffing van opcenten op Wijn en Gedestilleerd over 1844.
26-4-1845, 7.
Aanschrijving door Ged. Staten om Ontvanger te machtigen uit de bij hem ont
vangen Provinciale opcenten op Wijn en Gedestilleerd over 1846 aan B. en W. te Har-
lingen tegen kwitantie te betalen 77,68, en 4,88-^ voor het nader omschreven
doel, en deze bedragen in zijn rekening in uitgaaf te verantwoorden.
Ontvanger gemachtigd. 19-12-1846, 13.
Inzending door Stads Ontvanger van de rekening 1846 van Ontvang en Uitgaaf
der provinciale belasting op Wijn en Gedestilleerd.
Gesteld in handen van de Secretaris ter weibevinding en daarna aan Ged. Staten ge
zonden. 13-4—1847, 12.
