124.
Hendrika Klaassen, en
Maria Elisabeth Tjllenburg,
beide alhier onderstandsdomicilie hebben.
Dat de kosten der eerste, van 1-1-1820 tot 31-12-1821
verpleegd in het bedelaarsgesticht te Hoorn, bedragende
fl.230,33» ten laste komen der Stads Armvoogdij.
Dat de kosten der tweede, verpleegd van 1-1-1820 tot
7-6-1821 in het bedelaarsgesticht te Hoorn, bedragende
fl.123,23, komen voor rekening der R.K. Armvoogdij.
Dat de Stad zich vooralsnog niet kan belasten met de
betaling der kosten ad. fl.7»50 voor Jan Fritzen
Wettinzon, voor verpleging van 15-2 tcTt 17-3-1821 in
dat gesticht. 30-7-1822 6.
Verzoek Ged. Staten om aan te schrijven te
voldoen aan het bedelaarsgesticht te Hoorn:
1. Stads Armvoogdij: fl.230,33 voor de verpleging van
Hendrika (Hinke) Klazes.
2. R.K. Armvoogdij: fl.123,23 voor de verpleging van
Maria Elisabeth Tillenburg.
5-10-1822 6.
Mededeling van het Bestuur van het bedelaars
gesticht te Hoorn dat aldaar is opgenomen:
Willem Jeelhof, zoon van wijlen: Philip Jeelhof en
Johanna van Kooten, ingezonden door Burgem. van Hoorn.
Betrokkene is geboren te Leeuwarden op 8-11-1787.
9-11-1822 9.
Door Ged. Staten wordt gevraagd waar het
domicilie van onderstand is, en of betrokkene door
een Armbestuur wordt onderhouden. 2-9-1823 6.
Toezending door Ged. Staten van staat van
wat het bedelaarsgesticht te Hoorn toekomt wegens on
derhoud o.a. van V. Jeelhof, hier onderstandsdomicilie
hebbende. 14-10-1823 5.
Willem Jeelhof, man van Elisabeth Verdries,
welke hij voor ruim 4 jaar heeft verlaten; domicilie
van onderstand alhier. Heeft nooit onderstand genoten.
Zou eventueel door Ev. Luth. Armvoogdij moeten onder
houden worden. Hij en zijn vrouw, die een goede huis
moeder is, zijn beide leden dier gemeente.
Liederlijk gedrag is reden der detentie. 6-1-1824 2.
Aanschrijving door Ged. Staten om de Ev.
Luth. Armverzorgers te gelasten te betalen aan het Hoofd
bestuur van het bedelaarsgesticht te Hoorn voor de ver
zorging van Willem Jeelhof gedurende het 2e halfjaar
1822 en 1e halfjaar 1823: f11612 f1.15,25.
8-5-1824 1.b
Ev. Luth. Armvoogdij heeft hiertegen gegronde
bezwaren; deze moeten gericht worden aan Ged. Staten.
15-5-1824 10.
Ev. Luth. Armvoogdij zal zich richten tot
Ged. Staten met bezwaren. 22-5-1824 7.
Door B. en W. wordt aan Ged. Staten geadvi
seerd, dat Ev. Luth. Armvoogdij zeer arm is, en deze
kosten iegenlijk niet kan betalen. 20-11-1824 4.
Door B. en W# wordt aan Ged. Staten bericht,
dat Ev. Luth. Armvoogdij niet heeft betaald voor Willem
Jeelhof. 25-5-1824 3.
Mededeling door Ged. Staten, dat zij de Ev.
Luth. Armvoogdij niet kunnen ontheffen van betaling voor
Willem Jeelhof, in het bedelaarsgesticht te Hoorn, maar
dat verzoek aan Z.M. mogelijk is. 8-1-1825 1.
Toezending door Ged. Staten van declaratie
der verpleegkosten te Hoorn van Willem Jeelhof voor Ev.
Luth. Armvoogdij: 2e halfjaar 1823 (23 dagen fl.0,25)
is fl.6,25. 26-11-1825 5.