31. Missive door de Procureur Crimineel Directeur der Politie tegen de slapheid in het optreden tegen bedelarij. Opzending van bedelaars verzocht. Ontwerp publicatie aangenomen. R 12-12-1816 7. Aanschrijving van Procureur Crimineel tegen de slapheid hij het optreden tegen bedelarij.. Dringt aan op toepassing van Art.275 van het Lijfstraffelijk Wetboek. In advies tot volgende vergadering. 17-12-1816 4. Afschrift gezonden aan Commissaris van Politie, met last tot uitvoering daarvan. 21—12—1816 5. Missive Ged. Staten, houdende enkele opmerkingen aangaande de ingezonden keur ter wering van vreemde bedelaars etc. Gesteld in handen van Burgem. Wierdsma. 28-12-1816 1. Inzending door Commissaris van Politie van aanmaning aan de burgerij mede te werken de bedelarij te bestrijden, (ter plaat sing in de courant) In advies gehouden. 4-1-1817 1. Missive van de Minister van Binnenl. Zaken, houdende, dat in het bedelaarswerkhuis, opgericht volgens K.B.7-11-1815, in N. Holland, zullen worden ondergebracht bedelaars uit Zuid Hol land, Utrecht, Gelderland, Overijssel, Friesland en Groningen. 12-4-1817 1. Machtiging aan Stads Majoor om vreemde bedelaars terstond te arresteren en via Harlingen naar Hoorn te zenden. 24-1-1818 12. Mededeling door Ged. Staten, dat de stad is aangeslagen in de fl. 100.000,- voor het gesticht te Hoorn boor f1.1114,—, voor 1-4-1818 te betalen bij de Ontvanger Generaal. 14-3-1818 1. Mededeling hiervan in Raad. Burgem. gemachtigd hiejaan te voldoen. R 16-3-1818 1. Missive van Officier Rechtbank over Jan Vol, bedelaar, alhier geboren, zonder vaste.woonplaatsdie in 1814 alhier bij de Militie is geweest. 9-5-1818 9. Aanschrijving, houdende,dat naar Hoorn gezonden bedelaars onderweg in gevangenissen kunnen worden geplaatst, maar dat de gemeenten ze van post tot post moeten geleiden. 2-5-1818 2. Toezending door Ged. Staten van regelement va het bedelaars tehuis te Hoorn. Afschrift gezonden aan Commissaris van Politie met last om vreemde bedelaars te arresteren. 6-6-1818 5. Aanschrijving van Ged., Staten ter uitvoering van K.B. 12-10-1819, houdende voorzieningen aangaande de kosten van bede- laarshuizen. (Prov.. Blad 50 en 60). 7-12-1819 1. Aanschrijving door Gouverneur aan de Grietenij-besturen in verband met toename der bedelarij. (Prov. Blad No.69)«2g_]2_1819 2. Bericht door Ged. Staten aan de plaatselijke besturen,^ dat de Ontvanger Generaal en de Arrondissements-ontvanger gemachtigd zijn tot de ontvangst van door de gemeenten aan enig bedelaarsge sticht verschuldigde gelden. (Prov, Blad No,18). 12-5-1821 1. Opgave door Ged. Staten van door Leeuwarden verschuldigde kosten voor het bedelaarsgesticht te Hoorn over 1820: fl. 223,06. 27-11-1821 4. Medegedeeld in Raad. Gesteld in handen van Burgem. R 3-12-1821 3. Bericht van Ged. Staten, dat de verpleeggelden in Hoorn zijn verminderd op fl.0,25 per dag. 23—11—1821 5. Mededeling hiervan in Raad. Deze oordeelt dit bedrag og te hoog, in vergelijking met gevangenen. Gesteld in handen van Burgem. om op verdere verlaging aan te dringen. R 3-12-1821 4. Door Ged. Staten gezonden declaratie van het gesticht te Hoorn le halfjaar 1821, ad fl.92,-. 27-11-1821 6. Mededeling hiervan in Raad. R 3—12—1821 5. Voorstel van Stads Armvoogdij tot wering der bedlarij door de volgende maatregelen:

Historisch Centrum Leeuwarden

Besluiten Leeuwarden 1811-1850 (Repertorium de Roos) | 1811 | | pagina 31