Besluit van Ged. Staten waarbij wordt ver klaard, dat het onderstandsdomicilie van Wijtze Tjitzes Steenstra is te Oosterend, en dat vandaar aan Stads Armvoogdij moet worden gerestitueerd de door deze gedane verschotten. 14—5—1842 10 Missive van Stads Armvoogdij aangaande het on derstandsdomicilie van: Jacob Dijkstra, houdende, dat alle verdere correspondentie nutteloos zal zijn, met verzoek om de zaak aan Ged. Staten voor te leggen. B. en gaan hiermede accoord. 25-5-1841 6 Missive van Stads Armvoogdij aangaande het on derstandsdomicilie van: Fetje Tjaarda. Besloten het geringe bedrag van het verschotene niet te verhalen. 25-5-1841 7 Missive van Stads Armvoogdij aangaande het on derstandsdomicilie van: Wilhelmina Beem, houdende, dat de twijfel dienaangaande door de Missive van Min. van BinnenlZaken aan Ged. Staten niet geheel is weggenomen waarom wordt voorgesteld de beslissing van Z.M. te blij ven vragen, mede met het oog op volgende gevallen. B. en gaan hiermede accoord. 25—5—1841 8 Missives van Stads Armvoogdij aangaande ver leende onderstand aan: Gerrit Tobias Huizinga, en Johanna Jacoba Eisma.^,^ 1841 13 Toezending door Ged. Staten van K.B. 6—7-l84l No.33, aangaande de verpleegkosten van: Gerrit ¥illem Nieuwenhuis en gezin, waarbij is verklaard dat Blokzijl het onderstandsdomicilie is, vanwaaruit restitutie van elders uitgegeven gelden moet plaats hebben. (Zie Missive dezerzijds 27-2-1841. No.71/315) Wordt medegedeeld aan Stads Armvoogdij. 7-9—1841 8 Verzoek door: Tjitske Stavinfea, wed. Tilmont, 43 jaar, om onderstand van Stads Armvoogdij voor haar en haar kinderen: Cornelia Van der Bilt, gebte Harlingen 29 12 1827, uit haar en Cornelis Johannes van der Bilt, overleden, en ¥ilhelmina Tilmont, geb. te Soerabaja 25-3-1838, uit haar en Gaspar Tilmont. Stads Armvoogdij wordt gemachtigd. Van de bedeling van het oudste kind wordt kennis gegeven aan Harlingen, ter restitutie. Van de bedeling van het jongste kind, dat door het Rijk moet worden onderhouden, wordt kennis gegeven aan Gou verneur. 19 10—184-1 6 Missive van Stads Armvoogdij aangaande het on derhoud van het kind: Kornelia van der Bildt, onder standsdomicilie te Harlingen hebbende. ¥ordt bericht aan B. en van Harlingen. 27—11—1841 13 Inzending door Stads Armvoogdij van declaratie van verschotten, in 1841 gedaan voor ¥ilhelmina Tilmont. 30-7-1842 7 Missive van Ferwerderadee1houdende erkenning van het onderstandsdomicilie te Hallum van: Hilbrand P. Swart, waarnaar gevraagd bij Missive dezerzijds 18-10-1841. No.71/954. ¥ordt medegedeeld aan Stads Armvoogdij. 2—11—l84l 7 Mededeling door Stads Armvoogdij, dat zij pro visioneel onderstand hebben verleend aan: Johanna van der Veen, omtrent wier onderstandsdomicilie reeds in 1837 verschil is ontstaan, wat nog is hangende bij Ged. Stat en Verzocht wordt aan het betrokken Armbestuur kenneis te geven van de verleende onderstand en stappen te doen ter verkrijging van een beslissing. ¥ordt gevolg aan gegeven. 6—11—l84l 12

Historisch Centrum Leeuwarden

Besluiten Leeuwarden 1811-1850 (Repertorium de Roos) | 1811 | | pagina 223