Benoemd tot Collecterend Voogd in O. en W.
Keimpema Espels:
J.J. Falkenburg, inplaats van:
J. Kingma, aftredend.
Mede op voordracht:
O.T. van Kammen, (reeds op Z. en N.Vliet benoemd
A. Lijklama,
JhrJ.L.T.W. de Puisseau,
A. Ottema,
M. Goslinga. 7-4-1821 15.
Verzoek door Jan Jacob van Valkenburg, pro
visor der apothekerswinkel van Wed. Samuel Draisma,
om ontslag van de post van Bekkenvoogd in 0. en W.
Keimpema Espels, die hij enige tijd heeft waargenomen.
Door Burgem. wordt geinformeerd bij Collecterende
Voogden. 23-3-1822 9.
Afgewezen op grond van onvoldoende motieven
en van aanbieding, gedaan door de gezamenlijke Col
lecterende Voogden. 13-4-1822 5.
Benoemd tot Collecterend Voogd in 0. en W.
Keimpema Espels:
M. Goslinga, inplaats van:
T.B. Feenstra, aftredend. 2-4-1822 6.
Idem van: L. Hamerster, inplaats van:
E. van Driezum, aftredend. 5-4-1823 13»
Verzoek van Collecterende Voogden O. en W.
Keimpema Espels om L. Hamerster te ontslaan, aange
zien deze, benoemd als Surnumerair,/ thans geen vaste
woonplaats alhier heeft, terwijl verder Van Valkenburg
ambulant is, en de collecten niet kan waarnemen, aan
gezien hij thans geen bediende heeft.
L. Hamerster wordt eervol ontslagen onder dankbetuiging,
en in zijn plaats benoemd: R. Atterria. 11-11-1823 11.
Benoemd tot Collecterend Voogd 0. en W
Keimpema Espels:
Mr. J. Schrik, inplaats van:
R. Atterna, die op 23-12-1823 is benoemd tot
Stads Armvoogd. 30-12-1823 10.
Idem van: P.K. Brouwer Jr.inplaats van:
J. van Assen, aftredend. 30-3-1824 11.
Idem van: Mr. U. Folkertsma, inplaats van:
Mr. J. Schik, die op verzoek ontslagen wordt
wegens benoeming als Armvoogd. 4-1-1825 9.
Idem van: B. Alma, inplaats van:
W.0Gorter, aftredend. 12-4-1825 4.
Hoekster Espel.
1811 - 1813.
Inzending door Collecterende Voogden Hoekster
Espel van nominatie voor nieuwe Voogd.
Benoemd: Marius Waller. M. 23-4-1811 8.
I.M. 1811/12. Blz.54. No.6.
(23-4-1811
Benoemd als Collecterend Voogd Hoekster Espel:
Simon van Tuinen,
IJpe Jans IJpes. M. 20-4-1812.
I.M. 1811/12. Blz104a. No.4
(22-4-1812)
Idem van: Harmanus Pommerol, inplaats van:
G.T. van der Meer, aftredend.
Dit wordt tevens bericht aan de praeses.
M. 3-5-1813.
I.M. 1813. Blz.24. No.153.