Mededeling door B. en W. van Harlingen, dat bij N.H. Dia-
konie aldaar aanvraag is gedaan aangaande geneeskundige hulp ten be
hoeve van: wed. A.A. Katoen, geb. Nagel.
Gesteld in handen van N.H. Diakonie alhier. 11-6-1836 13.
Antwoord van N.H. Diakonie. Gezonden aan Harlingen.
25-6-1836 13.
Antwoord van Harlingen. Gesteld in handen van N.H. Diakonie,
23-7-1836 11.
Bericht van N.H. Diakonie alhier aangaande de onderstand
van betrokkene. 2-8-1836 10.
Toezending door B. en W. van Harlingen van afschrift van
Missive van N.H. Diakonie aldaar, in antwoord op Missive van N.H.
Diakonie alhier, aangaande wed, van der Heg, alhier, en wed. A.A.
Katoen, geb. Nagel, te Harlingen.
Gesteld in handen van N.H. Diakonie alhier. 17-9-1836 8.
N.H. Diakonie blijft bij haar standount, maar laat N.H.
Diakonie te Harlingen vrij zich te wenden tot de bevoegde autoriteit.
8-10-1836 12.
Gouverneur verzoekt N.H. Diakonie op haar weigering terug
te komen; deze heeft zich ten onrechte onttrokken aan haar plicht;
billijke schikking wordt voorgesteld. 12-11-1836 3.
Antwoord van N.H. Diakonie alhier op de stukken aangaande
het onderhoud van wed. A.A. Katoen.
Wordt medegedeeld aan Gouverneur, met verzoek voor de beslissing van
Ged. Staten de stukken te mogen terugontvangen, om Diakonie in staat
te stellen haar verdediging voor te bereiden. 22-11-1836 7.
Antwoord van N.H. Diakonie alhier.
Wordt gezonden aan Gouverneur onder mededeling, dat B. en W. hier
mede accoord gaan en van oordeel zijn, dat niet een volkomen restitutie
behoort te worden gegeven. 27-12-1836 3.
Beslissing van Ged. Staten: N.H. Diakonie Leeuwarden is
niet verplicht tot restitutie aan N.H. Diakonie Harlingen.
11-3-1837 9.
Informatie door N.H. Diakonie alhier naar de in Harlingen
verleende onderstand. 7-11-1837 4.
Antwoord van N.H. Diakonie alhier op Missive van B. en W.
te Harlingen met Missive van N.H» Diakonie aldaar. 2—12—1837 22.
Toe zending door Gouverneur van Missive van B. en W. van
Harlingen aangaande de verleende onderstand.
Antwoord van N.H. Diakonie daarop. 13-1-1838 10.
Missive van N.H. Diakonie alhier.
Toegezonden aan Gouverneur onder mededeling, dat B. en W. het hier
mee eens zijn; wed. A.A. Katoen valt niet in de termen van bedeling
uit een publieke armenkas. 27-3-1838 15.
Beslissing van Ged. Staten omtrent de teruggave der
fl.41 ,—h. 8-5-1838 3.
Toezeriding door B. en W. van Harlingen van afschrift
van Missive van N.H. Diakonie aldaar, in antwoord op Missive van
N.H. Diakonie alhier aangaande: wed, van der Heg, alhier, en wed
A.A. Katoen, geb. Nagel, te Harlingen.
Gesteld in handen van N.H. Diakonie alhier. 17-9-1836 8.
Mededeling door B. en W. van Harlingen dat door N.H.
Diakonie aldaar is verpleegd; Beitske van Klinken, wed, van der Weide.
Gesteld in handen van N.H. Diakonie alhier. 11-6-1836 13.
Antwoord van N.H. Diakonie alhier.
Wordt gezonden aan Harlingen. 25-6-1836 13.
Antwoord van Harlingen. Gesteld in handen van N.H.
Diakonie. 23-7-1836 11.
Toezending der declaratie van verschoten onderstands-
gelden ad fl.6,86^. Zal naar Harlingen gezonden worden. 23-7-1836 14.
Bericht van N.H. Diakonie aangaande de onderstand van
betrokkene. 2-8-1836 10.
Missive van N.H. Diakonie alhier in antwoord op Missive
van B. en W. van Harlingen aangaande de bedeelden: Beitske van
Klinken (en Geertje Annes de Boer). Wordt gevolg aan gegeven.
31-12-1839 3.