816. Missive van Ned. Israël. Armvoogdij in antwoord op Missive dezerzijds 17-8-1843. No.19/705» aangaande het geven van werk aan behoeftigen in het Stads Weefehuis alhier. 2-1-1844 13 Missive van Commissie van Toezicht op het Stads Werk huis, herinnerende aan het Art.28 van het Reglement voor hun en aan Art.34 van het Reglement voor het gesticht, (Raadsbe sluit R. 2-3-1843. 7) waarhij is bepaald, dat zij in Oct. 1844 een Reglement aan de Raad moeten voordragen. Verzocht wordt uitstel tot 2 jaar later; Oct. 1846, en zolang het provisorische Reglement te laten gelden. Toegestaan. R. 10-10-1844 3 Missive van Ned. Herv. Diakonie alhier in antwoord op Missive 14-3-1845. No.70/322, waarbij wordt verklaard, dat het moeilijk is om, gelijk wordt verlangd, diegenen, die op het Werkhuis geplaatst kunnen worden en hiervan geen gebruik maken, van steun uit te sluiten. Verwezen wordt naar het geval met STOK, een uitmuntend wever, die, verwezen naar het Werkhuis, daar werd afgewezen omdat de weefgetouwen bezet waren, en men nog slechts enige jongens kon gebruiken. Wordt bericht aan Gecommitteerden Werkhuis, met verzoek om deze zaak toe te lichten. 18-3-1845 8 (inhoud Missive 14-3-1845. No.70/322: Beschikbaarstelling door Raad van een extra bijdrage voor Armen zorg, onder voorwaarde van uitsluiting van hen, die weigeren op het Werkhuis e.d. te werken). Antwoord van Ged. Staten op Missive dezerzijds 19-12-1845. No.119/1324, om in bezit te komen van de in de tuin van het Oude Landshuis, alhier aanwezige populieren, ten dienste der klompenmakerij in het Stads Werkhuis. Wordt medegedeeld aan Commissie Werkhuis. 31-1-1846 6 Missive van Commissie van Toezicht op het Stads Werk huis in antwoord op Missive dezerzijds 7-1-1844.' No.199/197» aangaande de aankoop der thans verkocht wordende lindebomen voor de klompenmakerij. Aangezien er geen dadelijke behoefte bestaat in de aankoop dezer bomen voor dit doel, wordt aan deze zaak geen verder ge volg gegeven. 11-2-1846 6 Mededeling door Commissie van Toezicht op het Stads Werkhuis, dat over 1847 vermoedelijk een tekort zal ontstaan van fl.700,- a fl.800,-, wegens de buitengewone uitdelingen van premiën, of verhoogde arbeidslonen, reeds geschied in het 1e kwartaal van 1847 door het grote aantal arbeiders, dat daar deze winter zich heeft aangemeld, terwijl het subsidie dit jaar slechts tot fl400- is toegestaan. In advies gehouden. R. 4-3-1847 11 Door Raad wordt medegedeeld aan de Commissie van Toe zicht, dat, aangezien het contract met JAN DE VRIES, de werk baas, eindigt per 1-1-1850, bijtijds moet worden nagegaan welke verbeteringen in het beheer moeten worden aangebracht, evenals ook van het gebruik dat kan worden gemaakt van de aangekochte woningen in de Kogelschans. R. 2—9—1847 7 Mededeling door Commissie van Toezicht over het Stads Werkhuis alhier, ter voldoening aan Raadsbesluit R. 2-9-1847.7» van die verbeteringen, die in de administratie van het Werkhuis zijn aan te brengen, zoals: de herziening van de tarieven der lonen en prmiën; het ontwerpen van een classificatie tussen de werkenden; het gebruik te maken van de aangekochte woningen in de Kogelschans; etc. Ter inzage der leden gelegd, om in de volgende vergadering te worden behandeld. R. 5-4-1849 7 Aangezien de tijd te kort is om voor 1850, wanneer het contract met de aannemer eindigt, een voldoende reorgani satie tot stand te brengen in dezen, wordt besloten: a. In de stand van zaken van thans geen verandering te brengen, behoudens enkele kleine wijzigingen, en het contract met de aannemer 1 jaar te verlengen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Besluiten Leeuwarden 1811-1850 (Repertorium de Roos) | 1811 | | pagina 78