Bij Keizerlijk Decreet 27-12-1812 is bepaald, dat in
gaande 1812 de opkomsten der Bank van Lening ophouden deel uit
te maken van de reserven dezer stad, maar aan de hospices zul
len komen.
Aangezien dit van belang is voor de stads financiën en voor
de crediteuren, dat voor een goede directie der Bank wordt ge
zorgd, worden de tegenwoordige Commissarissen: PIETER CATS
PETRUS GOSLIGATHIJS FEENSTRA, JACOB DE HAAN, alle leden van
de Municipale Raad, benoemd als Commissarissen der Bank om:
1. De administratie alleen uit te voeren.
2. Maandelijks een kort verslag aan de Maire te zenden.
3. Ieder kwartaal de zuivere winst uit te keren aan Voogden
Stads Weeshuis.
b. De interest der schulden der stad jaarlijks uit het Fonds
der Bank te voldoen.
5. De kapitalen te lenen en af te lossen, als zij nodig zullen
achten.
6. Evenwel 's-jaarlijks rekening te doen aan de Maire.
M. 6-6-1812.
Informatie door Prefect, waarom het bedrag der Bank
van Lening thans minder is dan vorig jaar.
Beantwoord bij Missive No.277/283.
I.M. 16-10-1812. No.335.
Toezending door Prefect, 18-9—1813» van een ampele in
structie tot de inspectie der Bank na inventarisatie van deze
borgto cht
Uitgevoerd. I.M. 1813» Fol.109r. No.3^5
Op 19-9-1813 is aan Prefect bericht aangaande de situ
atie der Bank, en diens orders verzocht.
(Missive No.223). I.M. 1813, Fol.109r. No.398
Besluit van Prefect, 19—9 1813houdende de middelen,
wanneer de borgtocht van de kassier OTTERLOO niet voldoende be
vonden wordt.
De Bank wordt verzegeld en de orders verder uitgevoerd.
I.M. 1813. Fol.109r. No.346
Aanschrijving door Prefect aan Maire om, indien nodig,
2 Adjuncten op te dragen de kas der Bank van Lening op te nemen,
en de effecten en goederen te inventariseren, met last om, indien
nodig, de nodige voorstellen tot verbetering te doen.
Verder wordt Maire aangeschreven om, indien door de kassier
geen voldoende borgtocht is gestort, deze binnen 2 x 2b uur
te vorderen.
Aan de Adjunct Maires S.SALVERDA en SCATS wordt opgedragen
dit uit te voeren. De Municipale Raden en Commissarissen der
Bank; P. CATS, P. GOSLIGA, T. FEENSTRA en J. DE HAAN worden ver
zocht de Adjunct Maires te assisteren. M. 20-9-1813.
Op het rapport der Adjunct Maires SUFFRIDUS SALVERDA
en SIBLE CATS, werden de volgende maatregelen genomen:
1. Commissaris van Politie STEURBROEK wordt gelast om op zijn
verantwoordelijkheid de kassier M.D. VAN OTTERLOO in zijn
huis provisioneel in ciciele bewaring te houden, tot nader
order.
2. De advocaat NICOLAAS FOCKEMA wordt verzocht te adresseren
bij de Rechtbank alhier ter verzekering der goederen, be
horende aan de kassier H.D. VAN OTTERLOO. M. 13-10-1813
Toezending aan Prefect van proces-verbaal der bevin
dingen bij de Bank, en het Besluit van 13-10-1813»
Verder gevraagd om aanwijzing hoe te handelen met de kassier en
zijn administratie. (Missive No.217).
I.M. 1813. Fol.109r. No.386.
Mededeling door Prefect, 17-10—1813» dat de stukken
aangaande de Bank van Lening gesteld zijn in handen van de
Keizerlijke Procureur, en verlangende een voordracht te ont
vangen hoedanig in 't vervolg te handelen met de Bank; ver
pachten of niet
Rapport bij Missive No.233» I.M. 1813Fol.109r. No.400.