103. Aan Gouverneur wordt geantwoord per Missive dezerzijds No. 333. 11-3-1846 5. Toezending door Gouverneur van Missive van Menalduma- deel omtrent de inschrijving van MARTIN KLAVER voor de lichting 1846, waarop betrekking had Missive dezerzijds 12-3-1846 No.68/333. Gesteld in handen van Secretaris voor onderzoek en bericht. 4-4-1846 1 Mededeling door Gouverneur, dat buiten gevolg is gela ten de Opgave van Menaldumadeel van de jongeling KLAVER als na latige ter inschrijving voor de lichting 1846 der Mlitie, daar de bedeling zijner ouders met soep niet gelijk wordt gesteld met werkelijke alimentatie in de zin van Art56 der Wet Militie 1817. Wordt medegedeeld aan belanghebbende. 13-6-1846 9. Informatie door Gouverneur omtrent de inlijving vij de Militie van de verzwijgel ing PIETER WARTENAen het dientengevolge buiten effect stellen van de oproeping om de loteling MAREN KLAVER die alsnu beschouwd is domicilie van inschrijving te hebben te Leeuwarden, en dus niet in Menaldumadeel. 20-6-1846 6. Verzoek van Gouverneur om een afschrift van K.B. 29-1-1846. No.46, bedoeld bij Missive dezerzijds 8-4-1846 No.68/437, Hierover is reeds aan B W van Gorinchem geschreven. 25-4-1846 1. (K.B. 29-1-1846 No.46 betreft de inschrijving voor de Militie van: MARTEN KLAVER, die volgens B W hier moet worden ingeschreven, en niet in Menaldumadeel, omdat het gezin van zijn ouders hier geen eigenlijke bedeling heeft genoten; alleen maar soepuitdeling van de soepTcommissieen dit is geen eigenlijke bedeling, ge lijk blijkt uit het K.B., houdende beslissing aangaande het geval in Gorinchem) Bericht van Gouverneur van de uitslag van het onderzoek voor de Militie van de daarbij vermelde lotelingen in de Kolo niën der Maatschappij van Weldadigheid onder Drenthe. Wordt op de Alphabe tis che lijst aangetekend. 1 1-4-1846 3. Missive van Gouverneur ter oproeping der lotelingen Militie 1846: H. KUIPERS, No121 D. DRAPER, No.159, en A.H. VAN ASSEN, No.168, om op Wo. 15-4-1846 te verschijnen op het Gouvernementshuis ter nader onderzoek, tegevolge van appel tegen de uitspraak van de Militieraad. 18-4-1846 4. Besluit van Gouverneur, houdende bepaling der dagen voor de 2e afgifte van manschappen voor lichting 1846, en toezending van de orders tot vertrek en staten en extracten in blanco. 25-4-1846 3. Toezending door de Militie-commissaris der kantons 1-8 van de Alphabe t is che lijst van lotelingen Militie lichting 1846. 13-5-1846 10. Mededeling door Gouverneur, dat de loteling Militie van 1846: CORNELIS DE WIT, na wegens twijfelachtige gebreken in de garnizoens-infirmerie te zijn onderzocht, voor de dienst geschikt bevonden is, dientengevolge in reserve gesteld en met een verlof pas naar huis heeft kunnen terugkeren. 6-6-1846 8. Informatie door Gouverneur omtrent de inlijving bij de Militie van de verzwijgel ing dezer gemeente: PIETER WARTENA, en het dientengevolge buiten effect stellen van de loteling: MARTEN KLAVER, die alsnu beschouwd is domicilie van inschrijving te Leeu warden te hebben, en dus niet in Menaldumadeel. 20-6-1846 6. Missive van Gouverneur omtrent de positie bij hun res pectieve korpsen van de miliciens dezer gemeente: MEINDERT VAN DIJK, AUKE STEKELENBURG, ELTJE DE VRIES. 20-6-1846 7. Bericht van Gouverneur, dat volgens mededeling door Gouverneur van Zeeland naar hier is vertrokken: PIETER CALANT, lichting 1846. 24-6-1846 4. Toezending door Gouverneur van K.B. 19-6-1846. No.49, met extract staat aangaande de zaak van: J.G. KüHLMANN aangaande de Militie, die uitmaakte het onderwerp van Missive dezerzijds 8-6-1846. No.68/629.

Historisch Centrum Leeuwarden

Besluiten Leeuwarden 1811-1850 (Repertorium de Roos) | 1811 | | pagina 103