130.
Missive van Gouverneur aangaande de opkomst van de
substituant. 3-6-1845 5.
Toezending door Gouverneur van verzoek van: J.L. LION,
onderwijzer alhier, om toestemming tot het stellen van een plaats
vervanger voor zijn zoon: MOZES JACOBloteling der Militie 1845,
en als zodanig ingelijfd bij het 8e Reg.Inf.
Onderzoek wordt ingesteld. 26-11-1845 4.
Mededeling door Gouverneur, dat de milicien lichting
1845: MOZES JACOB LION zich, tengevolge van ontvangen speciale
vergunning, heeft doen vervangen door: PETRUS DIJKSTRA, op bij
gaande staat D.D. nader vermeld. 21-1-1846 3.
Mededeling door Gouverneur van de goedkeuring voor
de dienst der Militie van de substituanten
J.H. VONKE, en
W. VLEESCHHOUWER. 16-5-1846 2.
Missive van Gouverneur aangaande de opkomst van de
loteling lichting 1845: HAANTJE WIGERSMA, daar diens substituant
te Groningen wegens gebreken is afgekeurd. 16-5-1846 6.
Bericht van de Militieraad voor de kantons 1-8, dat
nog 3 zittingen zullen worden gehouden op 23, 24 en 25-4-1846,
tot aannemening van plaatsvervangers en nummerverwisselaars
18-4-1846 13.
Mededeling door Gouverneur, dat PIETER WARTENA, lote
ling lichting 1844, die zich aanbood als substituant voor de
lichting 1845, een jaar te laat voor de Militie heeft geloot,
gelijk blijkt uit uit de door hem overgelegde geboorteacte van
Leeuwarderadeelwaaruit zijn geboorte in 1824 blijkt.
Verzocht wordt dit geval te onderzoeken en het resultaat binnen
8 dagen te berichten.
Op grond van het bericht van de Secretaris, dat dit inderdaad
het geval is, is besloten de gewone staat der verzuimde tijdige
inschrijving te doen opmaken, en deze aan Gouverneur te zenden.
30-5-1846 4.
Toezending door Gouverneur van een extract uit het
schuldboek van de plaatsvervanger SJOERD SIMONS VAN DIJK, bene
vens het saldo tegoed ad 0,05» met verzoek daaromtrent te wil
len mededelen overeenkomstig de voorschriften. 19-12-1846 9.
Toezending door Gouverneur van verzoek van: JACOBUS
JOHANNES OOSTERBAAN, Mr. Goud— en Zilversmid alhier, om vergun
ning tot het stellen van een plaatsvervanger voor zijn zoon:
JOHANNES JACOBUS, milicien der lichting 1847.
Gunstig advies. 17-8-1848 7.
Toezending door Gouverneur van gunstige beschikking
door Dep. van Binnenl. Zaken en Oorlog op het verzoek om ver
gunning tot het stellen van een plaatsvervanger door de milicien
OOSTERBAAN. Wordt uitgereikt. 13-9-1848 13.
Toezending door Gouverneur van extract staat van
plaatsvervangers der lichting Militie 1847, die onder de wapenen
worden geroepen. 25-10-1848 11.
Verzoek van Gouverneur om de loteling Militie van dit
jaar: M. UBBENSNo.218 van de trekking, aan te zeggen zich met
zijn substituant en de vereiste stukken te vervoegen aan het
Gouvernementshuis op Ma. 16-7—1849. 14-7—1849 3»
Toezending door Gouverneur van een staat van gerem
placeerde lotelingen der Militie, die in gebreke zijn gebleven
te voldoen aan Art.98 der Wet van 8-1-1817 (St, No.1) aangaande
de storting der gelden voor hun plaatsvervanger in de kassen
der korpsen. Verzocht wordt te bevorderen, dat hieraan wordt
voldaan voor 25-10-1849. Is reeds gevolg aan verleend.
17-10-1849 3.
Missive van Gouverneur aangaande de storting van gel
den in de kassen der korpsen door geremplaceerde lotelingen der
Militie voor hun plaatsvervangers. 3-4-1850 8.
Missive van Gouverneur aangaande de opmaking en afgifte
van het attest X. voor substituanten voor de Nat. Militie.
3-4-1850 9.