201
Maaiers weigeren tijdens het schieten aldaar in de landen te
gaan. Daarom hebben B aan Garnizoens Commandant verzocht
het schijfschieten tijdens de hooioogsten te staken.
Er moet echter naar een ander terrein worden omgezien, wil men
het garnizoen hier behouden, daar meerdere plaatsen met een'
klein of geen garnizoen uitzien naar vergroting hiervan.
Een geschikt terrein daartoe is het land van P. HERINGA CATS
ten zuiden van de Groninger Straatweg, gelegen naast een per
ceel gemeenteland, samen groot 4 Bunder, 60 Roeden, 70 Ellen.
Deze wil niet ruilem, doch is bereid om, hoewel liever het land
willende behouden, dit aan de stad af te staan tegen 1000,-
per Bunder, te betalen binnen 3» 4 of 5 jaar, tegen rente h°/o
Het is gewenst hierop in te gaan, ondanks de slechte financiële
situatie, aangezien er anders gevaar bestaat dat een deel van
het garnizoen, de Cavalerie, verdwijnt.
Verder kan het tegenwoordige exercitieveld, dat tot Petri 1851
is verhuurd voor 231,-, een veel hogere prijs opbrengen.
Ter inzage der leden gelegd, tot de vergadering van Donderdag
28-6-1849. r. 16-6-1849 2.
Besloten het rapport bovenvermeld vooralsnog in advies
te houden. Verder B verzocht nogmaals na te gaan of niet
een geschikter, minder gevaarlijk terrein is te krijgen, en te
onderzoeken of de schietoefeningen niet tot enige weken in het
jaar kunnen worden beperkt, en of de grote Meenschar, die vroe
ger voor garnizoen en Schutterij werd gebruikt, thans niet weer
zou zijn te gebruiken. R. 28-6-1849 3.
De grote Meenschar is aan de commanderende officier
niet ongeschikt voorgekomen. ¥el' is er bezwaar om een bepaling
naar tijd aan het schieten te geven. 2 Gebruikers hebben nog
geen toestemming gegeven, doch B verzoeken machtiging om
daarover te onderhandelen met belanghebbenden.
Machtiging verleend. R. 7_7_i849 l4.
Missive van Luit. Kolonel, Garnizoens Commandant, in
antwoord op Missive 8—8—1849. No.67/826, houdende opgave van de
uitgestrektheid, die een exercitieterrein moet beslaan, voor
een garnizoen, van 2 Batljons Infaterie.
Gesteld in handen van Burgem. om te gebruiken bij het rapport
aan de Raad. 13-8-184-9 7.
Rapport van B aangaande de grote Meenschar.
Door B zijn 2 voorstellen gedaan aan de mede-eigenaren:
1. Tegen retributie de schietoefeningen daar toe te staan.
2. De gemeenschap te doen ophouden, en het ¥estelijk deel aan
de stad toe te wijzen. Eigenaars zijn: ALLERVAN BOELENS,
JORNA en KINGMA. Deze zijn bereid tot ruiling met de gemeente.
Alleen wed. JONGMA heeft bezwaar; haar zoon kan het land
niet missen, maar zij biedt aan ruiling van 'Ji pondemaat
tegen 10 pondemaat, met bijbetaling harerzijds van 250,-.
Dit aanbod is billijk.
Dan moet de Meenschar verdeeld worden: de stad moet dan het
W;estelijk deel hebben, dat dan moet worden ingepolderd en van
een toegangsweg voorzien; of de weg vanaf het Kalverdijkje moet
verbeterd, of er moet een nieuwe weg vanaf het voormalige Tolhuis
worden aangelegd.
Het is mogelijk, dat een reeds lang bestaand plan van inpolde
ring der landen tussen Meenschar en straatweg thans kan worden
ui tgevo erd
Deze polder zou bevatten de kad. percelen:
Gemeente Jelsum Sectie D: 261-266, 271-275» 437-440, 449-458,
460, 461, 465-475, 503, 507, 644, 645, 649-654, en:
Gemeente Leeuwarden Sectie F: 284-289 en 367 pondemaat groot z;ijn.
Alleen de O-zijde en een deel der ¥-zjjde moeten worden bedijkt:-
kosten 3600,-. Voor de stad, die 18 Bunder bezit, zou zit
486,- zijn. Hierbij komt nog voor de stad 476,- voor- opho
ging en bepuining van de weg, en kosten van onteigening van 700
ellen land van RENGERS ad 40en van 2.000 ellen land van
LOOXMA ad 4o,-. Met nog 44,- voor onvoorziene uitgaven.
Totaal 600,-»