110. En de 2e Luitenant: Mr. JOHANNES SCHIK, tijdens de wapenoefening op 21-5-1827. Gesteld in handen van Commandant Schutterij. 2-6-1827 18. Antwoord van Commandant Schutterij. In advies gehouden door B 9-6-1827 8. Verzoek van Commandant Schutterij om de uitslag te mogen vernemen van de klacht door de officieren: MULIER, WIJNDELSZEPER EN SCHIK tegen hem, teneinde de zaak voor de Krijgsraad te kunnen brengen om te voorkomen, dat het niet voortzetten bij anderen verflauwing in de dienst veroorzaakt. 13-7-1827 14. Door B W wordt geantwoord, dat deze zaak behoort onder de Krijgsraad. B W hebben slechts het algemeen toezicht. 28-8-1827 9. Mededeling door Gouverneur, dat het opperbevel over de Schutterij is opgedragen aan Z.K.H. de Prins van Oranje. Wordt medegedeeld aan Commandant Schutterij. 20-6-1829 3. Toezending door Gouverneur van beklagschrift van: E.R. VAN WELDEREN RENGERS2e Luitenant Schutterij, tegen Commandant Schutterij Kapitein D. ZEPER, omdat deze hem heeft aangewezen om op 2-9-1832 het detachement schutters te bege leiden naar het Militair Depot te Zwolle. Gesteld in handen van Commandant Schutterij. 29-9-1832 9. Antwoord van Commandant Schutterij, waarin deze ver klaart niet te hebben gehandeld in strijd met de aanwijzingen van de beide geneeskundigen M. SIMON en H. MEURSINGE, Offi cier van Gezondheid 2e klasse. RENGERS is eerder tot genoegdoening aan ZEPER verplicht we gens verkeerde aanklacht, dan omgekeerd. 9-10-1832 3. Door Gouverneur wordt verklaard, dat Commandant Schut terij door aan RENGERS, die ongesteld was, en in een gesloten rijtuig moest reizen, bevel te geven het detachement naar Zwolle te geleiden, verkeerd heeft gehandeld. 20-10-1832 3. Mededeling door Majoor Commandant 1e Afd. Mobiele Vriesche Schutterij, dat hij volgens ontvangen aanschrijving op 3-5-1837 het bevel heeft overgegeven aan Majoor LICH, Commandant 2e Afd. Mobiele Vriesche Schutterij. 6-5-1837 12. Toezending door Gouverneur van circulaire van Dep. van Oorlog ter opheffing van de ontstane twijfel omtrent het voeren van het bevel wanneer Schutterij en troepen va het staande leger, tot het garnizoen behorende, zich gezamenlijk onder de wapenen bevinden. Wordt medegedeeld aan Commandant Schutterij. 23-1-18^1 3. KRIJGSRAAD SCHUTTERIJ, sedert 1829: SCHUTTERSRAAD. Missive van S. S ALVER DALuit.Kolonel Schutterij, hou dende voordracht voor Krijgsraad: DE WAL, J.D. WIERDSMA. BUYSING, I. EEKMA. C. BORGRINK, P. PLANTENGA VAN SCHELLEN. DVAN DER PLAATS 13-8-1 Sik- als leden van de en NAUTA. lid van de - Kapiteins - Luitenants - Sergeanten: - Korporaal - Schutter: Aldus benoemd. Benoemd Sergeanten M. WALLER Ontslagen als H, G, J G, J Sergeant M. WALLER. Voorgedragen inplaats van deze: C. WALKER en J. VAN DER PLOEG. Benoemd: C. WALKER, sergeant 2e Krijgsraad Schutterij: 8-9-1 Krijgsraad Schutterij: 1 k 3 b Comp 21-3-1815 2) M. 21-3-1815) Commandant Schutterij wordt 'verzocht leden voor de Krijgs raad Schutterij voor te dragen. (Art. 63 van Reglement van 27-2-1815). 7-8-1815 2. Inzending der voordracht. Goedgekeurd door Burgem. (Missive dezerzijds No.204). 8-8-1815 2.

Historisch Centrum Leeuwarden

Besluiten Leeuwarden 1811-1850 (Repertorium de Roos) | 1811 | | pagina 111