197. Aanschrijving door Gouverneur aangaande de formatie van compagnieën Artillerie uit de Mobiele Schutterijen. 26-2-1831 1. Idem aangaande de behandeling der Mobiele Schutters, die wegens gebreken voor de dienst ongeschikt worden geacht. 26-2-1831 4. Aanschrijving door Ged. Staten aangaande de niet-dienst- plichtigheid bjj de 1e Ban der Schutterijen van Schutters, gehuwd met weduwen met voorkinderen. 4-6-1831 2. Terugzending door Gouverneur van de declaratie's voor scheepsvrachten etc. voor het 2e Bat. der 2e Afd. Vriesche Mo biele Schutterij, bij vertrek op 6-4-1831 over Harlingen naar Am sterdam, aangezien deze door Dep. van Oorlog moeten worden be taald, en niet door het korps. Zullen terstond na afloop van Ie halfjaar worden ingezonden. 4-6-1831 5. Verzoek van Commandant Schutterij om van stadswege te be talen de kosten der reis van het korps muzikanten der Schutterij naar Harlingen, bij gelegenheid van het vertrek van de 5e en 6e Comp Mobiele Schutterij, behorende tot 1e Bat. 1e Afd. Eerst wordt Commandant Schutterij verzocht een gespecificeerde re kening over te leggen. 18-6-1831 7. Toezending door Commandant Schutterij van nota ad 80,80. Wordt voldaan bij ordonnantie. 13-7-1831 5. Aanschrijving door Gouverneur aangaande de indienststel- ling van de 1e Ban bij de Mobiele Schutterij. Is uitgevoerd, ook naar aanleiding van bericht van Commandant Schutterij, aangaande de vorderingen in de wapenhandel der pas in dienst gestelde schutters. 20-8-1831 2. Idem om de manschappen der dienstdoende Schutterijen, die bij het mobiel gedeelte zijn ingelijfd, zo spoedig mogelijk uit te rusten en vervolgens te doen oefenen door de bij de 2e en 3e Ban aanwezige instructeurs, om naar hun korps te worden gedetacheerd, wat een maand zal mogen duren. Commandant Schutterij wordt aangeschreven. 27-8-1831 5. Aan Gouverneur op diens informatie medegedeeld, dat het mobiel verklaren der Schutters der 1e Ban binnenkort, bezwaren zal opleveren, aangezien Schutters en Instructeurs beide in dienst en afhankelijk van anderen zijn voor hun broodwinning. Met de platte landschutterijen is dit niet zozeer het geval; deze kunnen dadelijk mobiel worden verklaard. Er zijn geen middelen om dit bezwaar op te heffen. 3-9-1831 9. Antwoord van Gouverneur op Missive dezerzijds 3-9-1831, No.99/627, houdende bezwaar omtrent de oefeningen der schutters 1e Ban, die naar de Mobiele Schutterij zullen worden gezonden. Deze maatregel moet gezien worden als een gunst, daar zij zoveel langer vrijblijven van actieve dienst buiten de gemeente, en hun betrekkingen kunnen blijven waarnemen. Verzocht wordt degenen, die bezwaar maken, op te geven, waarna deze terstond naar hun korps kunnen worden gezonden. Gesteld in handen van Commandant Schutterij. 10-9-1831 3. Aanschrijving van Gouverneur aangaande het in dienst stellen van zodanige gehuwde leden der Schutterij, die om een of andere reden niet meer bij het mobiele gedeelte zijn, voorzover namelijk die reden heeft opgehouden te bestaan. Onderzoek wordt ingesteld. 4-10-1831 1., Idem om op Vr. 7-10-1831 de voor het mobiele gedeelte der Schutterij bestemde schutters gekleed en gewapend met 2 tam boers te doen verzamelen. In overleg met Commandant Schutterij besloten ze deze morgen op het Raadhuis te doen aantreden en door Commandant met politiebedienden te doen inspecteren. 4-10-1831 9. Mededeling door Gouverneur, dat de officieren der Mobiele Schutterij de toestemming van Z.M. voor een huwelijk niet behoeven. 8-1 1-1831 2. Missive van Commandant Schutterij ter bekoming van een be loning voor de instructeurs der mobiel verklaarde, maar nog niet in dienst gestelde schutters, in sept. 1.1. bedragende voor 4 sergeanten 30,- volgens declaratie. Het bedrag zal voldaan worden. 8-11-1831 10.

Historisch Centrum Leeuwarden

Besluiten Leeuwarden 1811-1850 (Repertorium de Roos) | 1811 | | pagina 198