Toezending door Departement voor de Zaken van de
Hervormde etc. Eredienst van een exemplaar der Verordeningen
van het Israëlitisch Kerkgenootschap in het Koninkrijk der Neder
landen. 20-4-1822 6
Mededeling door Gouverneur, dat de aanhoudende onenig
heden en geschillen binnen de Israëlitische Hoofdsynagoge alhier
de Directeur Generaal der Zaken voor de Hervormde Kerk etc. heb
ben gebracht tot ingrijpen. 17-5-1823 4
Toezending door Gouverneur van beschikking van de Direc
teur Generaal der Zaken voor de Hervormde Eredienst, waarbij zijn
goedgekeurd de voorgedragen veranderingen in het Reglement der
Ned. Israël. Hoofdsynagoge alhier..
Toegezonden aan Kerkvoogden der Hoofdsynagoge11-3-1828 3
Mededeling door Kerkvoogden der Ned. Israël. Hoofdsyna
goge, in antwoord op Missive dezerzijds van 12-3 en 30-5-1828, dat
binnenkort 2 gedrukte exemplaren van het Reglement zullen worden
toegezonden. 3-6-1828 2
Toezending der beide exemplaren. 30-8-1828 9
Gedurende september, wanneer het aantal kerkgangers te
groot is voor de Synagoge, wordt de Israël, school gebruikt als
hulpkerk. 1-8-1846 10
Idem in 1848. 6-9-1848 15
Opperrabbijnen.
Verzoek van Ned. Israël. Kerkbestuur om uitstel tot in
de loop der volgende week tot beantwoording der in hun handen ge
stelde vragen van de Gouverneur aangaande het belang van het be
roepen van een Opperrabbijn.
Toegestaan. 5-3-1839 13
Missive Parnassijns en Grote Kerkeraad der Ned. Israël.
Hoofdsynagoge alhier, houdende bericht op Missive van Gouverneur
in verband met de aanstelling van een Opperrabbijn in de vacature
voor het ressortLeeuwarden
In advies gehouden.
Circuleren bij de leden. 19-3-1839 9
Aan Gouverneur wordt bericht, dat het Kerkbestuur van
Sneek wel, maar die van Hindelopen en Noordwolde niet instemmen
met de voorgestelde vragen aangaande het Opperrabbinaat. 26-3-1839 11
Missive Gouverneur, houdende antwoord op Missive dezer
zijds 29-3-1839. No.467, aangaande dé benoeming van een Opper
rabbijn bij de Israëlitische Gemeente in Friesland.
Medegedeeld wordt, dat bericht is ontvangen dat de Minister thans
met de zienswijze van deze zaken is bekend geworden, en dienaan
gaande de vereiste beschikking zal stellen.
Verzocht wordt dat mede te delen aan Parnassijns der Hoofdsynagoge
alhier, deze tevens verzoekende zich voortaan te onthouden van on
gepaste beschuldigingen jegens de Hoofdcommissie van de zaken der
Israëlieten. 17-8-1839 5
Toezending door Gouverneur van beschikking van Directeur
der Zaken van de Hervormde Kerk, aangaande de zaken der Israëli
tische Gemeente alhier. (Zie Missive dezerzijds 8-6-1839. No.75/480).
28-9-1839 14
Toezending door Gouverneur van verzoek van Wed. LÖwestam,
(C.A. Golstein) alhier aan Z.M. om een jaarlijks pensioen op grond
der vroegere betrekking van haar man als Opperrabbijn der Ned.
Israël. Hoofdsynagoge alhier.
Onderzoek ingesteld.
Zie Missive dezerzijds 10-9-1842. No.26/768. 3-9-1842 4
Toegekend gratificatie van Fl.100,- per jaar, voorlopig
voor 2 jaar, ingaande 1842. 14-10-1842 4
Ere-»dienst etc.
Verzoek door Parnassijns der Ned. Israël. Hoofdsynagoge
om Isaac Meyer de Groot en Marcus Meyer de Groot, die zich hier heb
ben gevestigd, het verblijf alhier te ontzeggen, aangezien zij niet
in staat zijn getuigenis van voorgaan en goed gedrag te produceren