1814 en later.
Mededeling door Commissaris Arrondissement Leeuwarden,
27-12-1813, dat de aanvang van de Openbare Godsdienst door het
luiden der klokken weer mag worden geannonceerd.
Copy toegezonden aan Predikanten bij Missive No.288.
I.M. 1813. Fol.122 No.519.
Mededeling door Kerkmeesters der Ned. Herv. Gemeente,
31-12-1813, dat de klokken der kerken weer bij de aanvang van
de godsdienst zullen luiden, te beginnen met 1-1-1814.
I.M. 1813. Fol.l22r. No.532.
Missive van Commissarissen van het Arrondissement,
waarbij bet vieren van de Dag des Heren ernstig wordt aanbevolen.
11-1-1814 2,
Rapport van Buysing en Romkes diensaangaande
In verband hiermede wordt een publicatie ontworpen. 22-1-1814 2,
Aanbieding door Secretaris van door hem ontworpen
publicatie. Deze wordt met enkele wijzigingen vastgesteld en toe
gezonden aan Commissarissen-Generaal ter goedkeuring. 1-2-1814 17.
Toezending door Commissaris Arrondissement Leeuwarden
van de betrokken publicatie.
Aan Secretaris opgedragen deze te doen drukken en te publiceren.
23-2-1814 6
Klacht Ned. Herv, Kerkeraad, dat niettegenstaande de
politieverordening van 23-2-1814 velen de Zondag openlijk storen door:
a. Meermalen wordt in de Dansschool op de hoek van de bonus Pater-
steeg tijdens de godsdienstoefening luidruchtig gespeeld.
b. Hetzelfde geschiedt in de kroegen op het Groot Kerkhof.
c. Dikwijls wordt tijdens de dienst bij de kerken veel lawaai
gemaakt door jongeren en ouderen,
d. Op alle Zondagen wordt na 4 uur gedanst en gespeeld in de
herberg De Roode Boer op de singel buiten de Wirdumer Poort.
e. Op veel plaatsen wordt in de stad tussen de kerkdiensten dissen
voor groente, fruit, koeken, etc. opgesteld.
Verzocht worden maatregelen.
Door B. en W. besloten om:
a. Commissaris van Politie en Stads Majoor aan te schrijven toe
te zien op handhaving der verordening van 23-2-1814.
b. Deze ambtenaren op te dragen speciaal toe te zien dat in dans
scholen en kroegen bij het Groot Kerkhof tijdens de godsdienst
oefeningen rust heerst.
c. Hun tevens op te dragen dat tijdens de diensten in de kerken
daar niet wordt gespeeld.
d. Verder mogen in de stad voor 2>k uur geen dissen worden opge
richt, en bij de kerken niet dan na de godsdienstoefeningen.
e. Aan Kerkeraad wordt het bovenstaande bericht. 5-11-1814 9
Missive van Z.K. H. in verband met in de kerken te houden
bidstonden voor de veeziekte in de provincie Utrecht. 1-2-1814 4
Missive van Commissarissen Generaal omtrent informatie
naar het Geestelijk kantoor alhier, 15-2-1814 3
Missive Gouverneur der provincie Friesland, verzoekende
inlichtingen aangaande Geestelijke goederen. 2-8-1814 8
Mededeling door Secretaris, dat hij nog geen tijd heeft
gehad het rapport der Geestelijke goeden op te maken. 16-8-1814 8
Rapport Secretaris met staat aangaande de Geestelijke en
Kerkelijke goederen, alhier geadministreerd geweest tot 1810 op
het Geestelijk Kantoor.
Aan Gouverneur gezonden. 15-9-1814
Verzoek van Gouverneur om enkele nadere bijzonderheden
aangaande het bij Missive 18-9-1814. No.279 toegezonden rapport
over de Geestelijke goederen.
In advies gehouden. 4—10—1814 4
Informatie door Gouverneur waarom scheiding der Geeste
lijke en Stedelijke goederen zoveel tijd vergt.
Door Commissie (Buysing en Romkes) mondeling aan Gouverneur toegelicht.