Kanselarij door brand bedreigd Koene concierge redt het gebouw JBSlk r «lliil si - wHöi 1 I#' T"'a- 'T KLEINE KRANTSJE taaHE- --1 £f- mi ■Hni IBjBjte -- - fl fi In de barre winter van 1929 heeft het maar een haar gescheeld of de stad Leeuwarden was een van haar mooiste cultuurmonumenten kwijtgeraakt. Een felle uitslaande brand in de koperslagerij en autolakkerij van de firma J. M. Meyer aan de Turfmarkt dreigde toen over te slaan op de oude Kanselarij. Aan het kordate en doortastende optreden van Kanse- larij's concierge Sierk ter Horst is het te danken geweest, dat deze trots van de stad voor een ramp bleef bespaard: dank zij zijn snelle ingrijpen kon de ijlings gealarmeerde brand weer het vuur in de koperslagerij blussen voor het oversloeg op de Kanselarij. Alle in het fraaie gebouw geborgen schatten konden daardoor behouden blijven en nu, een kwart eeuw nadat de Kanselarij aan dit grote gevaar ontsnapte, staat dit erfstuk van het verleden er nog even glorieus als voor vierhonderd jaar, toen het pas was voltooid. Op woensdagmiddag, de der tiende maart van dat jaar 1929, sloot de heer Ter Horst even over vijven de zware, met ijzer beslagen deur van de Kanselarij achter zich. Zijn dagtaak zat erop; het overige personeel was al naar huis. De concierge woonde tegenover de Kanselarij, naast het Friesch Museum. Hij hoefde alleen maar de Turf markt over te steken om zijn huis te bereiken. Halverwege de straat zag hij plotseling zijn vrouw achter het raam driftige gebaren maken. Ze wees achter hem. Ter Horst draaide zich om en schrok enorm. In de etalage van de koperslagerij zag hij een rode gloed en op hetzelfde mo ment begreep hij alles: Meyer's zaak brandde als een fakkel. De heer Ter Horst overzag de situatie in één oogopslag. Er dreigde gevaar, zeer ernstig ge vaar zelfs voor de Kanselarij. Zonder verder te aarzelen rende de concierge de Turfmarkt op in de richting van de gevange nis en stormde even later de apotheek van Sonnega binnen. De heer Sonnega was brand meester bij de vrijwillige brand weer en had telefoon. Waar kon een hevige brand beter gemeld worden dan bij een brand meester Onmiddellijk rende Ter Horst terug naar de Kanselarij. De vlammen loeiden al door de gesprongen ruiten van het brandende pand. Hij ontsloot de deur en rende linksaf de con- cierge-lcamer binnen. Ook hier stond een telefoon. Voor zover -y- ~r" iSÖË pi m g i. j 11jijgjg liijii ijp| De koene concierge SIERK TER HORST mogelijk belde de heer Ter Horst het personeel van de bibliotheek bij elkaar. Er moest met man en macht gewerkt worden om te redden wat er te redden zou zijn. De concierge zag nog steeds de rode gloed voor zich en hij was er eigenlijk van overtuigd dat de brand zou overslaan op de Kanselarij. Na zijn telefonische waarschu wingen stormde de heer Ter Horst de trappen naar de eerste verdieping op, waar de Buma- Blibliotheek was ondergebracht. Er bevond zich daar een dunne brandslang op de waterleiding. Die werd met grote haast uitge rold en door een van de twee ramen die uitkeken op de brandende percelen, begon de concierge onverschrokken zijn blussingswerk. Het vuur knetterde als in een oven. Weldra stortten de eerste dakpannen naar beneden. De vlammen kregen een nieuwe kans door de verse zuurstof, die aangevoerd werd. De heer Ter Horst richtte het dunne water straaltje op de muren van het pand om deze zo goed mogelijk nat te houden maar met de wa terleidingslang alleen zou dit niet lukken. Na enkele minu ten kreeg hij echter assistentie van de heer Dr. Heerma van Voss, rijksarchivaris, die er een tweede slang bijtrok en de con cierge vanuit het tweede raam bijsprong bij het nathouden van de muren om overslaan van de brand te voorkomen. Er volgden nu vijf minuten van grote spanning. Het vuur had zich uitgebreid naar de autolak kerij achter het voorste pand en laaide in alle hevigheid op. De lakken en verdunningsmateria len vormden een brandstof voor de vlammen die hun vernieti gingswerk nu met verdubbelde kracht konden uitvoeren. Na enkele minuten werd het blussingswerk van de Rijksar- I ïllJÏPj 1(11 fi." - IP?,! - l'Jm» ,E ür.',igt-3 J-t? - Bip*sjSSSBÏBI 8 .SP S) =-,jr- - j- - - "X - e.dfï«B w-'-vü- *- ctJ: -V'-- -p - - i 'A&h c u 0) *0 fi fi c« O fi fi u 0) wmm WfÊÉMBM o B 2 O O K *g, •o 'S 1- w O u O pit U O fi 0J 03 fi a oSu De Kanselarij kon behouden blijven chivaris en de concierge overge nomen door de brandweer. Maar de spanning week niet. Met een rode gloed over hun bleke ge zichten volgden de beide man nen het bestrijden van de vuur zee. Het zou een ramp beteke nen wanneer het vuur zou overslaan naar hun prachtige gebouw, waar grote schatten, band aan band, in de hoge boekenkasten stonden. De brandweer die uit vrijwilli gers bestond was verrassend snel op de plaats van de ramp aan wezig. Met twee motorspuiten, die op de Tuinen werden opge steld en water uit de gracht op zogen, werd het blussingswerk begonnen. Een ladderwagen stond voor de brandende hui zen. Een brandweerman was in een boom geklommen om van hoger af te kunnen inspuiten. De heer Th. van der Mey, die een karpetten- en meubelzaak aan de Tuinen dreef, stelde voor slangen door zijn huis naar ach teren uit te rollen om vanaf zijn plaats, die aansloot op de brandende panden, het vuur te bestrijden. Even voor half zes was het blus singswerk in volle gang. Dat van de brandende percelen niets meer te redden viel, werd al gauw duidelijk. De brandweer concentreerde zich dan ook vol ledig op het redden van de be lendende percelen, waarvan de Provinciale Bibliotheek het voornaamste was. Intussen was het publiek in drommen toegestroomd. Op de Tuinen en de Tweebaksmarkt was het zwart van de mensen. Velen hadden in de nieuwsuit zending voor de radio gehoord dat de linkervleugel van de Kanselarij in brand stond en zij wilden zich met eigen ogen overtuigen van de waarheid van dat alarmerende bericht. Onder het publiek bevond zich ook de commissaris van de Koningin de heer Mr. P. A. V. Baron van Ha- rinxma thoe Slooten en de com missaris van politie. De zaadhandel van de heer Schoppen, die links naast de twee ramphuizen lag, werd ont ruimd. Journalisten namen een kijkje op het dak, maar ze hiel den het er niet lang uit door de hitte. Toen kwam eindelijk tegen zes sen het verlossende bericht. Het gevaar voor uitbreiding van de brand was geweken. Van de twee verbrande panden stonden alleen de gevels nog overeind. Het blussingswerk duurde tot ver in de avond. Ter Horst en zijn vrouw konden toen voor een hartversterking zorgen. De dappere vrijwilligers, die op de ze toch nog zeer koude maart avond gestreden hadden voor het behoud van de waardevolle Kanselarij, hadden dat zeker verdiend. Vooral aan de snelreagerende concierge Ter Horst is het te danken geweest, dat de eeuwen oude Kanselarij geen prooi der vlammen werd. Als een van de oudste monumenten is ze nog altijd een sieraad voor de stad.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1965 | | pagina 3