OPGEDIEPT De gevelstenen spreken (I)
UIT HET GEHEUGEN
CITAX
Sinterklaasfeest rond de
eeuwwisseling
Bolman Juwelier
5
'T KLEINE KRANTSJE
Nieuwestad 160
Leeuwarden
Briljant, goud, zilver en horloges
Snorrewietske
Kluifje voor knutselaars
Vraag wat aan de tovenaar:
l'ij geeft het goede antwoord
In de voorgevel van het hoekhuis van Grote Kerkstraat en
Wijdesteeg zit Leeuwardens meest besproken en meest be
schreven gevelsteen: Aed Levwerd 1171 vernieut 1762.
Aed Levwerd, een ornament met vele raadselen, zal de eer
ste zijn van een reeks van gevelstenen, die onze medewer
ker, de heer J. Hoekstra, voor de lezers van 't Kleine
Krantsje met de tekenstift gaat vastleggen in de ko
mende maanden zullen we een lange speurtocht maken naar
alle andere in de stad verborgen gevelstenen.
De steen Aed Levwerd toont ons een vierkante burcht met
een spits toelopend dak en hoekstenen op de borstwering.
Aan een van de zijmuren is een wapenschild met een klim
mende leeuw opgehangen.
De juiste herkomst van de steen is niet bekend, maar ver
moed wordt, dat de burcht het kasteel voorstelt van het
adelijke geslacht de Cammingha's, dat in oude stukken het
Olde Stijns of Stenen Huis wordt genoemd. De Olde Stijns
heeft op dit punt in de Grote Kerkstraat gestaan. De edel
lieden, die deze Camminghaburcht bewoonden, moeten in
het oude Leeuwarden veel gezag hebben gehad.
De steen zelf is niet zo oeroud als het jaartal doet vermoe
den: ze moet als een herinnering aan het kasteel enkele
eeuwen later zijn gemaakt en zelfs heeft men wel eens
gedacht, dat de 11 van 1171 oorspronkelijk 16 is geweest:
1671 dus.
Mocht u een dezer dagen toevallig toch door de Grote Kerk
straat komen, richt dan eens even uw blik omhoog: de steen
Aed Levwerd is niet alleen een van de merkwaardigste,
maar ook van de bezienswaardigste van alle oude gevel
stenen in Leeuwarden.
Wordt nu het Sint-Nicolaas-
feest binnenshuis gevierd, zo
gezellig rondom de kachel in
de huiskamer, in mijn jeugd
jaren vond de herdenking, vijf
december, buitenshuis plaats.
De mensen trokken de stad
in, bezochten café's, waar
ganzen en eendvogels werden
verloot of gingen naar ban
ketzaken waar het ging om
taarten en gebak. Het hazard
spel, het dobbelen met dobbel
stenen was toen nog toege
staan. Voor de jongens begon
de pret al in de middag. Ze
bezochten met moeder de sin
terklaastafels, die de banket
bakkers in een kamer achter
de winkel hadden ingericht.
Langs de wanden wa en ta
fels aangebracht, met witte
lakens, waarop allerlei lekker
nijen van suiker of chocola.
Groot was de keuze voor
de kinderen. Het bezoek aan
de Sint Nicolaas-tafels kwam
veelal ten goede aan kinderen
uit de burgerklasse, de min
der gesitueerden, kinderen
van arme scholen, zoals men
die in die dagen noemde, kre
gen een versnapering in de za
len van Van der Wielen in de
Breedstraat.
Sint Nicolaas-tafels, die in die
dagen naam hadden waren:
Geestman (Tuinen) Geest
man en Wiegersma in 't
Naauw, Hazewinkel op de
Kelders. Vaak waren er ook
tombola's in deze zaken.
Maar vooral de tombola zon
der nieten van de heer Snij-
Snorrewietske wel
ke Leeuwarder heeft
haar niet gekend, wie
herinnert zich Snorre-
wiets niet meer? Doe
maar eens even uw
ogen dicht en u ziet ze
weer lopen met gro
te passen naast de mu
ziek of fier voor een
optocht uit. Maar wie
was Snorrewietske ei
genlijk? Hoe heette ze
precies, waar woonde
ze, wat deed ze voor de
kost? In dit Kleine
Krantsje vertellen wij
haar levensverhaal: zie
de dubbele binnenpa-
gina.
TELEFOON 2 3 434
STANDPLAATS STATION
Ook telefonisch te ontbieden
roor stads- en buitenritten
ders in de Weerd moet hier
worden vermeld.
Het was zo'n Sinterklaasavond
erg gezellig in de stad. Over
al karren en kraampjes met
lekkernijen of speelgoed. Ro
mantisch was de verlichting.
Grote petroleumlampen en de
veel walm gevende ouderwet
se tuitlampjes moesten de
duisternis verdrijven.
Het hart van alle levendig
heid was wel onder en om de
„Oude Waag". In dubbele rij
en stonden hier de tentjes
waarin men zijn geluk kon be
proeven. Het geschreeuw van
„Lotten, Lotten!" was hier
oorverdovend, ,,'t Is hier een
gekkespul hoor ik nog oude
Liwadders zeggen: je moest
met drie dobbelstenen de
hoogste ogen gooien. Het ging
hier hoofdzakelijk om taaipop
pen, sommige gegarneerd met
suikerbiezen. „Heden onder
de Waag, morgen in de
maag", stond er wel op.
Ook de Put, mijn onvergete
lijke Put, vormde een echt
centrum van gokvermaak.
Taarten winnen was hier het
parool. De Joodsebanketbak-
kers De Jong (later God
schalk), Niekerk (later Velle-
man). beiden op de Put en
van Leer in de Slotmakers
straat hadden een goede
naam. De Leeuwarders wis
ten dit en ook wisten ze, dat
ze geen echt Sint Nicolaas-
feest hadden gevierd als ze
de Put op hun zwerftocht door
In een vergeeld tijdschrift
van wel tachtig jaar oud
vonden wij een tekening van
een tovenaar, die feilloos het
juiste antwoord geeft op vra
gen, die hem worden gesteld.
In vroeger jaren zal deze to
venaar een grote indruk heb
ben gemaakt op de kinde
ren: hoe was het mogelijk,
dat de tovenaar zich nim
mer vergiste en z'n grote
naam altijd eer aandeed?
Wie wat handig is en een
beetje kan knutselen, zal het
spel van de tovenaar kunnen
namaken en wij stellen ons
voor, dat er onder de lezers
wel knutselgrage huisvaders
zijn, die eens willen proberen
de tovenaar te copiëren.
Men moet beginnen een aan
tal vragen te maken en een
daarbij passende ist met
ant /oorden. De vragen wor
den op stukjes carton ge
schreven, die precies passen
in het voetstuk, waarop de
tovenaar staat.
In een cirkel om de tove
naar heen worden een aan
tal cijfers geplaatst, die over
eenkomen met de nummers
de stad niet met een bezoek
hadden vereerd. Daar was le
ven in de brouwerij. De Jood
se jongens veroorzaakten een
hels lawaai met zwaar belge
lui en luidkeels schreeuwen,
huizen ver te horen: „lotten!
lotten! Vanaf de Wortelhaven
kon men al horen dat men de
Put naderde. Ging het op
straat buitengewoon luidruch
tig toe, niet minder was dit
het geval in de vele café's in
de binnenstad. Vooral in de
koffiehuizen aan de veemarkt
was het dobbelspel in zwang
Hier werd gedobbeld om een
paar ganzen of eendvogels te
winnen, maar men vergat ook
niet de lippen vochtig te hou
den. De tapkasten van Over-
dijk, Elders en Hoogkamp, al
le op 't Ruiterskwartier, wer
den op een zware rroef ge
steld. Menigeen, vaak een
weinig aangeschoten, zag men
laat op de avond huiswaarts
keren met een paar eendvo
gels, hun gewonnen prijs, op
de rug. Met een stuk touw
over de schouder voerden ze
dan het lekkere Inpje mee.
Soms had deze of gene „goeie
vriend" het touw doorgesne
den, zodat men de gelukkige
prijswinnaar dan voorbij zag
trekken met alleen maar
een paar bebloede koppen
een schouwspel, dat wel de
lachlust van de voorbijgangers
opwekte! De dag van de
„goeie Sint" in die ouwe tijd,
werd in losbandige vrolijkheid
gevierd, maar het feest zelf
heeft zich gehandhaafd, tot de
dag van vandaag als een echt
Nederlands feest!
J. C. van Dam
van de lijst met de antwoor
den. Zodra een bepaalde vraag
in het voetstuk is gelegd,
draait de tovenaar zich om
en wijst na enige schomme
lingen met zijn toverstaf op
het cijfer, dat op de lijst met
het juiste antwoord corres
pondeert!
Wat is nu het geheim van dit
verschijnsel? Wel, in de stuk
jes carton zijn magneetstaaf
jes verborgen en in elk stuk
je carton wijst dit staafje in
een andere richting, zodat
wanneer men achtereenvol
gens alle stukjes carton in net
voetstuk heeft gelegd de
tovenaar alle juiste antwoor
den zal hebben aangewezen.
De beide benen van de to
venaar zijn de polen van een
hoefvormige magneet, die
verborgen is onder de man
tel van de tovenaar en die
om een verticale spil kan
draaien. Staat de tovenaar
dus op z'n voetstuk en legt
men daar een van de staaf
jes in, dan draait hij zich
tot de ongelijknamige polen
boven elkaar staan en dan
blijft hij na enige schomme
lingen in deze stand in rust.
Het spel is niet nieuw zo
werd tachtig jaar geleden ge
constateerd „maar daar
om toch niet minder belang
wekkend". Vergissen wij ons
niet, dan is het spel nu weer
in een moderne versie in de
handel alle oude kinder
spelen blijken dus nog niet
helemaal uit de tijd te zijn.
Mochten sommige lezers er
in slagen het spel na te ma
ken, dan zal de redactie van
't Kleine Krantsje dit te zij
ner tijd graag willen verne
men.