'T KLEINE KRANTSJE
In 't Kleine Krantsje
van 21 september bren
gen wij het vervolg
van het drama van
Grootegast: de wonder
baarlijke arrestatie van
Eije, de rechtzaken in
Groningen en Leeu
warden, het verrassen
de vonnis van het Hof.
een hangslot aan de buitenkant
gesloten. Hij klopt aan, maar
krijgt geen antwoord. Na een
poosje klopt hij weer. Is er
niemand thuis? Of heeft Eije het
kloppen niet gehoord Eindelijk,
na lang geduldig wachten, be
gint de chef-veldwachter op de
deur te bonsen en hij dreigt nu
de deur te zullen forceren,
wanneer er niet wordt openge
daan. Dan maakt Eije aanstal
ten om te voorschijn te komen
en door de spleet van de deur
riet hij in het schemerdonker
de uniform van een politieman.
„Wat moet je bijt hij Van
der Molen toe. „Het gaat om
vrouw Wolles", antwoordt de
chef-veldwachter, ze moet mee,
vooruit, opschieten
Na deze toelichting loopt Eije
naar de kamer terug, pakt een
karabijn en een geladen pistool,
stopt vlug nog wat patronen in
de broekzak en keert dan terug
naar de op een kier openstaande
deur. Een moment later ver
scheuren enkele schoten de stil
te van deze wintermorgen: ge
troffen in hoofd en buik zakt
de chef-veldwachter in elkaar.
Op het geluid van de schoten
rent Meyer en rennen ook Ho
ving en Werkman naar voren -
vergeten ze in hun verbouwe
reerdheid de achterdeur van het
woninkje onder schot te hou
den Eije Wijkstra ziet hun
schimmen in het vroege och
tendlicht, verlaat het huisje
door die achterdeur en sluipt als
een jager met de karabijn in de
aanslag over z'n erf. Zodra hij
Hoving en Werkman in het
vizier krijgt, laat hij zich op
een knie zakken, drukt de ka
rabijn op de schouder en met
een aantal schoten uit het auto
matische wapen worden de bei
de politiemannen geveld.
Dan komen er enkele schoten
terug uit het pistool van Meijer,
(„Mijn browning is nog goed
roept de politieman), waardoor
Wijkstra wel wordt geraakt,
maar toch niet ernstig wordt
gewond. Wanneer Eije ziet, dat
Meijer dekking zoekt in een
sloot, maakt de moordenaar een
omtrekkende beweging, laadt
onder het lopen z'n wapen op
nieuw, knielt dan weer, richt
z'n karabijn en schiet ook
Meijer in borst en buik.
Brand er in
Al z'n vijanden heeft hij nu ge
veld, maar zekerheidshalve rent
Eije Wijkstra nu naar z'n huisje
terug, haalt een vlijmscherp mes
en snijdt z'n slachtoffers de keel
uit. Dan pakt hij de petroleum-
kan, gooit de inhoud leeg over
z'n schamele huisraad en steekt
Dit is alles wat ei van het huisje van Eije Wijkstra overbleef: mannen en jongens uit de buurt (alle
maal met de handen in de zak staan op de puinhopen.
IJE WIJKSTRA'S moord
vier politiemannen
de brand er in.
En wanneer de buurtbewoners,
gealarmeerd door het geknal van
de schoten en door het loeien
van de brand, Eije Wijkstra op
de fiets zien wegvluchten in de
richting van Tolbert, vinden
ze het terrein rond de vuur
haard veranderd in een slag
veld, waarop de versgevallen
sneeuw door het bloed van de
slachtoffers rood wordt ge
kleurd. Nog maar enkele we
ken eerder had een hond ver
schrikkelijk liggen janken voor
de deur van Wijkstra's wonin
kje. „Dat betekent ongeluk",
had Eije toen nog tegen z'n oude
moeder gezegd. „Waarschijnlijk
een sterfgeval in de familie.
„Daar, ja daar sneed Eije de nog levende veldwachter Meijer de keel uit