Hossend en zinge jeugd door de st< •T KLEINE KRANTSJE Feestvreugde bij geboort merkt door g Koningin Moeder Emma, Prinses Juliana, Prins Hendrik en Koningin Wilhelmina. In de toren van de St. Bonifatiuskerk zit op de deur die toe gang geeft tot de klokkenzolder een bordje met 't opschrift: „NIET ROOKEN". Het zit er al 29 jaar, want het werd erop geschroefd toen de klokkenzolder dienst deed als bergplaats voor het vuurwerk dat zou worden afgeschoten bij de ge boorte van een prinsenkind in 1938. Bijna had het bordje op nieuw om dezelfde reden dienst kunnen doen, want de sa luutschoten bij de geboorte van het kind van prinses Beatrix zouden aanvankelijk wederom vanaf de St. Bonifatiustoren worden gelost. Het materiaal was al in de toren aanwezig, maar moest er weer worden weggehaald en naar de Oude Veemarkt worden overgebracht omdat de politie niet met het afschieten vanaf de toren akkoord kon gaan. De Bonifatiustoren was overi gens ook in 1938 al een omstre den plaats voor de vuurwerk ceremonie. Er werd toen ge vraagd: „Waarom niet van de Oldehove, het baken uit Leeu- warden's grijze verleden Waarop van de zijde van het Algemeen Oranje Comité werd meegedeeld dat de St. Bonifati ustoren gekozen was omdat de Oldehove te dicht bij de zieken huizen lag en men daar hinder van het schieten zou ondervin den. Waarschijnlijk ter vertroosting van de opposanten werd aan de mededeling het volgende toege voegd: „Wat het klokluiden be treft is het niet de bedoeling dat die van de St. Bonifatiuskerk het sein geven doch dat, dadelijk nadat de saluutschoten gelost zijn, alle klokken in Leeuwar den zullen gaan luiden". De heer P. A. de Bruin, direc teur van Schuurmans ie Neder landse Kunstvuurwerkfabriek, vindt de Bonifatiustoren voor de saluutschoten een mooie plaats. Midden in de stad. „Maar ik heb beslist wel begrip voor de argumenten van de politie", voegt hij eraan toe. Van de feestvreugde in de stad op maandag 31 januari 1938 weet de heer De Bruin zich niet zoveel te herinneren. „Ik had toen geen feest", zegt hij. „Di rect bij het bekend worden van de geboorte begon voor ons de drukte. De saluutschoten in Leeuwarden moesten worden gelost en naar allerlei plaatsen in ons land moesten mensen worden uitgezonden voor het vuurwerk dat daar lag te wach ten". Er waren meer Leeuwarders die het op slag druk kregen bij het bekend worden van de geboorte. Een van hen was de handelaar in feestartikelen C. Bakker. De heer Bakker, die binnenkort 69 jaar wordt/is zijn handel trouw gebleven. Hij is begonnen met de verloving van fuliana en Bernhard en heeft sindsdien nooit gemankeerd bij alles wat oranjefeest is, zo vertelt hij ons. Meestal is zijn standplaats op het Wilhelminaplein. „Oranjefeesten willen altijd wel in Leeuwarden", zegt de heer Bakker. „Het valt me altijd weer mee. Neem nou de Koninginne dag bijvoorbeeld. Zo goed als er dan verkocht wordt. Als ik niet oppas vreten ze mij er bij op". Over de geboortedag van prin ses Beatrix vertelt hij: „Ja, het was gemeen koud. We stonden op de markt. Twee a drie weken voor de tijd stond daar al een klein Leeuwarder kermiske op gebouwd, enkele draaimolens, 'n paar kramen enzovoorts. Enfin, het feest brak 's morgens om streeks tien uur los. Ik er direct met mijn karreke met spullen naar toe. En daar stonden we de hele dag in de kou. Naast mij stond „Lollige Hannes", met neuten en dergelijke dingen. Ik verkocht o.a. feesthoedjes, toe ters, molentjes en oranje hoge hoeden. Die hoeden had ik zelf gemaakt. Ze gingen best van de Bij ons in de buurt stond ook iemand die beschuit met muis jes verkocht. Dat was een jon gen van Nanninga. Hij verkocht ze flink. Vlak bij ons stond toen ook Klaas Hoogenberg. Die ver kocht bekers chocolademelk. Een dubbeltje per stuk, drie voor een kwartje. Was ook een beste handel die dag. Ja, die prijzen lagen toen wel wat anders als vandaag. Ik verkocht een feest- hoedje voor een dubbeltje, een toeter voor een stuiver en een balletje met elastiek voor twee cent. Spontaan Uit alles wat men nu nog horen of lezen kan over de feestvreug de in Leeuwarden bij de geboor te van prinses Beatrix blijkt duidelijk hoe groot de sponta neïteit daarbij is geweest. Ter wijl de saluutschoten nog da verden werden de straten al maar kleuriger. Het was overal oranje en rood-wit-blauw. Groe pen leerlingen van middelbare scholen jakkerden luid bellend over de Nieuwestad. Er werden hossende optochten gevormd en de Langepijp was al spoedig een centrum van feestvreugde. Open landauers en platte wa gens, volgeladen met zingende Leeuwarders reden door de stra ten. Op het Wilhelminaplein was het ook een en al drukte en plezier. Veel werkgevers had den hun personeel die dag vrijaf gegeven en ieder vierde feest. Zelfs het standbeeld van „Us Heit" deelde in de algemene vreugde. Men had hem namelijk een grote lauwerkrans om het hoofd gehangen. 's Avonds waren er overal ge- illumineerde huizen. Men had de inwoners gevraagd de gordij nen open te laten en waxine lichtjes in gekleurd papier voor de ramen te zetten. „Dat was inderdaad een mooi gezicht", vertelt ons de voorzitter van het tegenwoordige „Oranje Natio naal", de heer S. Camping. „Ik geloof dat men in die tijd wel spontaner reageerde op die din gen dan nu. In de binnenstad was het ontzettend druk. Er trokken muziekkorpsen door de straten en iedereen liep mee. Er werd door de burgerij toen veel Bengaals vuur gebruikt, op hoe ken van straten enzovoorts". hand. Grote kerels zetten ze op. Dat was die dag de gewoonste zaak van de wereld. Je maakt dan wel gekke dingen mee. Er kwam plotseling een jongen bij me en die zei: zal ik eens even klanten voor je ma ken Voordat ik hem wat terug kon zeggen begon hij al links en rechts de mensen de feesthoed jes van het hoofd te slaan. Toen hij het vlak bij mijn kraampje deed, riep ik: „dou must foor- sichtig weze. Die hewwe nog niet betaald". Werden de men sen niet boos, vragen we. „Wel nee. De feeststemming was groot en ze kochten gewoon een nieuw hoedje. Er waren die dag ook 'n paar opgeschoten knapen die wat vervelend tegen elkaar deden. Misschien was 't ook maar wat plagerij, dat kon ik zo in de drukte niet zien. De ene had een oranje hoed bij mij gekocht en de andere geeft daar een stevige klap op. En wat dacht je De hoed bleef heel en die jongen had een verstuikte pols. Mensen, mensen, wat hebben we toen gelachen. Kan je zien dat mijn hoeden wel van goede kwaliteit waren. Weet u het nog 1 Prinses Beatrix als klein kleutertje Koningin Moeder Emma en Prinses Juliana Het portret van een Koningin: Wilhelmina in de kracht van haar leven. Een gelukkig ouderpaar: Prinses B

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1967 | | pagina 8