longes, op naar de Prinsentuun Uit de stads- en dorps kroniek van Dr. Wumke; WEDDE DAT DIE KNOL EEN HOOP VALLE LAAT 'T KLEINE KRANTSJE De Prinsentuun welke oudere Leeuwarders bewaren er geen heerlijke herinneringen aan In de goeie ouwe tijd, toen het begrip recreatie nog niet bestond en men heel een voudig van ontspanning sprak, betekende de Prinsentuin stellig veel meer voor de Leeu warders dan nu. Accoord, nóg weten veel stadgenoten dit fijne hoekje natuur naar waarde te schatten, maar eertijds heeft de Prinsentuin voor de hele stad een veel grotere betekenis gehad. Hier werden om maar een voorbeeld te noemen de concerten gehouden van de Stedelijke Muziek, evenementen, die duizenden belangstellenden trokken en die soms met een machtig vuurwerk werden bekroond. Vraag er de veteranen van nu maar eens naar ze zullen er kostelijke dingen van vertellen. De Prinsentuin is in 1652 aangelegd als een 'Lusthof voor Prins Willem Frederik, die er zelf maar een twaalf jaar heeft kunnen rond dolen, want in 1664 bracht hij zich zelf met een ongelukkig pistoolschot een dodelijke won de toe. Op deze foto zien we de voormalige ingang van de Prinsentuin aan de kant van de Wissesdwinger. Langer dan vijftig jaar geleden gaven de rederijkerskamer „Ten Kate" en de andere Leeuwarder toneelverenigingen voorstellin gen ten behoeve van de Ver eniging voor Volksbijeenkom- sten. Deze uitvoeringen werden gegeven om de mensen in win tertijd prettige avonden te be zorgen. Voorzitter van de Volks bijeenkomsten was Mr. M. E. Hepkema. Er werd gespeeld in de Stads schouwburg, nu de Friesche Club aan het Ruiterskwartier. Voor deze uitvoeringen kon men zich abonneren tegen een prijs, naar ik meen, een kwartje per voorstelling. De zaal was dan ook meestal uitverkocht. Als dan op zaterdagavond een uitvoering werd gegeven, was de grote brandtrap al vroegtijdig uitgezet. Zes uur deuren open en zeven uur aanvang. Maar al ver voor zessen stonden de be zoekers in een lange rij onder politietoezicht te wachten. En wanneer wij dan met onze kof fers bij de ingang waren aange komen, konden we niet binnen gaan, omdat de mensen voor de deur stonden. Dan kon men uit verschillende monden horen: Gaan een bitsje anne kant, dit binne de speulers". In 't bestuur van Ten Kate zat Simon Hoogterp. Hij was niet getrouwd en woonde boven de bakkerij bij de Potmargebrug. Hij zat met zijn vrienden dik wijls in 't Friesch Koffiehuis. In die tijd speelde Ten Kate het prachtige (Indische) blijspel SIMON ZAT ER IN VOOR EEN FLES WIEN „Suikerfreule". Om kosten te besparen werden vaak de eerste repetities bij de werkende leden aan huis gehouden. De gast vrouw schonk een kopje thee en er werd een koekje of wat an ders gepresenteerd. Erg gezellig. In dit toneelstuk komt een rol voor van een Amsterdamse vrouw, juffrouw Van der Kooi, die gespeeld werd door me vrouw Draaisma. Nu moest vol gens de schrijver van 't stuk, deze juffrouw op een paard ar riveren, maar dit werd niet veel gedaan. Wel op een zaterdag avond voor de Volksbijeenkom sten. Simon had al zo'n beest gehuurd van de zouthandelaar Postma in de Ciprianussteeg en hij vertelde dit natuurlijk aan zijn vrienden in 't café. Toen zei een van die vrienden: „Maar Simon, als dat beest op 't toneel komt en al dat licht ziet en de mensen, dan kon die knol wel es wat valle late". „Bestaat niet" zei Simon, ,,'t is afsproken. Wedde om een fles wien", zei de vriend. „Dat nim ik an", zei Simon. De avond van de uitvoering was aangebroken en juffrouw Van der Kooi kon opgetakeld wor den. Simon zou, om ongelukken te voorkomen, 't peerd bij de bek houden. Maar nauwelijks was 't hele geval op 't toneel verschenen, of 't peerd werd wild en begon lucht in de hoogte te happen. Juffrouw Van der Kooi bleef er gelukkig op zitten. En toen dat hele zaakje weer op de grond stond, liet me dat beest een hoop valle, dat was niet mooi meer. En de men sen in de zaal gierden en schreeuwden van plezier. Maar Simon had de weddenschap verloren M. KAASTRA 1737 16 Maart Octrooi verleend aan Bink Binkes e.a. te Staveren om alleen in deze provincie een kruitmolen te mogen hebben, en aan Jac. Bosch en Joh. Weyeringh te Am sterdam om te Leeuwarden te stichten een fabriek van fluwelen en zijden stoffen, hoezen en handschoenen, voor den tijd van tien jaar. 1737 18 Maart Aafke Gosses Heitsma, vrouw van Jacob Tjeerds mr. Brouwer te Hallum, verkoopt aan Sinne Cupe rus te Leeuwarden een def tig huis met duivematte te Menaldum voor 395 goud- gl- 1737, 19 April Ds. Joh. Jellema, man van groot verstand en op de kansel van soms te groote geestigheid, wordt beves tigd te Makkum. 1737 10 October De Staten zetten een pre mie van 150 gl. op het vangen van wolven. 1738 13 Februari De Kerkeraad van Witmar- sum besluit om grietman Aylva en Joh. v. Beucker proc. generaal, te verzoe ken het beluiden der doo- den op Zondag, wegens verstoring van den gods dienst, te beletten. 1738 25 Maart Servatius Banes, R.K. pries ter te Leeuwarden, wordt wegens excessen tot 600 car.gl. en eeuwige verban ning veroordeeld. 1738 8 April Na den eten eischten op de groote winkel acht ge vangenen, waaronder drie smokkelaars, van de guar- diaan in het Tuchthuis te Leeuwarden en de sleutels; toen hij weigerde bonden ze hem aan handen en voeten, sleepten hem in de gang en zich beneden in de Waag begevende lie pen zij met zware stukken hout tegen deuren en ko zijnen aan, doch tever geefs. Toen de guardiaan door andere gevangenen was losgemaakt en weer verscheen, sleepten zij hem andermaal in de gang en sloten hem op. Een militair commando voor kwam erger dingen. Alle acht zijn op het schavot tweemaal gegeeseld op de plaats van 's-lands tucht- en werkhuis. 1739 5 Maart Octrooi verleend aan de kleermakers te Leeuwarden tot het oprichten van een gilde voor 15 jaar. 1739 28 November Verkocht voor 2108 car. gl. aan Alle Riemerts, mole naar te Garijp, de rog- en peldegarstmolen aan den dijk te Beetgum. Op deze molen lag volgens acte van 18 Maart 1596 de verplich ting dat de kooper met zijn nakomelingen ten eeuwigen dage kosteloos moest malen en bakken de rogge, weit, garst, mout, bonen enz., voor de bewo ners van Ter Home, al daar.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1967 | | pagina 3