DEZE EEUW n k J^/eioe ^^Lrant^ie Uett iedereen DE DADER ONBEKEND 7 door het bericht, dat een man z'n vrouw had vermoord in een huis aan het Pieterseliewaltje. De man die gescheiden leefde van z'n vrouw, was met een geladen browning uit Amsterdam gekomen, om te vragen of de vrouw weer bij hem zou wil len wonen. Toen de vrouw antwoordde, dat ze liever met een andere man een ge- noegelijke dag in Amsterdam door bracht, haalde de man de revolver uit z'n jas en loste zes schoten op de vrouw. Twee dagen later over leed het slachtoffer in het Stads ziekenhuis. DRAMA IN KEETBUURT Nog geen drie maanden later leidde een echtelijke twist in Leeuwarden alweer tot een drama met dodelijke afloop. Nu werd de omgeving van de Romkeslaan opgeschrikt door het geroep van moord: in een huisje aan de Keetbuurt had een negen en twintig jaar oude venter z'n vrouw met een knipmes in de borst gesto ken. Op de zaterdagavond voor deze aanslag waren de echtelieden nog naar de bioscoop geweest. Terwijl de man na afloop naar huis ging. zou de vrouw nog een boodschap doen. Ze kwam evenwel niet thuis en bleef ook de gehele zondag weg. Op de maandag vervoegde de man zich bij de politie met het verzoek de vrouw op te sporen. Misschien, dacht hij, kon dat wel met behulp van een bericht door de radio ge beuren. Pas op de dinsdagmorgen om zes uur kwam de vrouw in de Keetbuurt terug - om half elf klonk het alame- rende moordgeroep, maar voor het verlenen van hulp was het toen al te laat: door een steek in het hart was de vrouw op slag dood. De geruchtmakende drievoudige moord in de Gymnasiumstraat in 1937 hebben we onlangs nog eens uitvoerig beschreven - daar werd op de Tweede Pinksterdag een wan delend echtpaar door de eerste man van de vrouw met revolverschoten gewond, waarna de dader het wapen op zich zelf richtte. Alle drie over leden aan de gevolgen van deze verschrikkelijke aanslag. POLITIEKE MOORDEN In de vijf oorlogsjaren zijn er in Leeuwarden meer mensen vermoord dan in alle voorgaande veertig jaren van deze eeuw, maar voor zover wij weten zijn dit alle politieke moor den geweest, of althans moorden, waarbij Duitsers, Nederlandse S.S.ers of Landwachters als daders (en/of slachtoffers? betrokken waren. De droeve reeks van niet-politieke moorden en doodslagen werd na de bevrijding voortgezet met het zo juist vermelde en nimmer opgehel derde geval van Tjisse Knust in z'n woonarkje bij Snakkerburen. Wel snel bekend werd de dader van de doodslag, kort na de bevrijding, in het Jodenland, waarbij een jonge vrouw uit Leeuwarden door haar (afgewezen? minnaar in een sloot werd verdronken. IN ELKAAR GETRAPT Letterlijk in elkaar getrapt werd in juli 1950 de ober-kelner van de dancing Lido aan de Tweebaksmarkt door een jonge collega, die zich op een zondag in beschonken toestand bij de zaak aandiende. De ober zei de jongeman, dat hij zo onmogelijk in de zaak kon staan en ried hem aan om maandagmorgen om tien uur maar terug te komen. Enkele uren later, na het gebruik van nog meer drank, kwam de jonge kelner echter terug, waarna hem door de portier de toegang tot de dancing geweigerd werd. De kelner die nu dacht, dat hij ontslagen was, verscheen na het sluitingsuur ander maal in de Tweebaksmarkt, nu om de oberkelner op te wachten en zo af te tuigen, dat deze vrijwel onmid dellijk overleed. Uitermate tragisch was het geval, dat zich enkele jaren geleden af speelde in een gezin aan de Cornelis Frederikstraat, waar een vader zijn vrouw en debiele zoon doodde om zich vervolgens voor de trein te werpen. Met nog een dergelijk, elders in de stad gebeurd drama, komen we dus op een totaal van dertien gevallen van moord en doodslag in de zeven tig jaren van deze eeuw. Dat zijn er natuurlijk precies dertien te veel, maar het kon best eens zo zijn, dat Leeuwarden met dit aantal van der tien tot de minst criminele steden van Nederland hoort. Hoewel wij niet over statische gegevens beschik ken, lijkt het ons toe, dat veel an dere steden in de grootte van Leeu warden in deze periode door meer gevallen van moord werden opge schrikt dat onze goede stad.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1970 | | pagina 9