TOEn DE OLDEHOVE DOG RECHT 5T0DD 4 t JCleinc TyrantJ/e leeat iedereen 'T KLEINE KRANTSJE LEEST IEDEREEN Lezers klommen in de pen BARTELE BULTSJE In Uw krantsje no. 133 van 12-12- '70 werd door de heer Fokke van der Meer geschreven over Bartele Faber uit Berlikum. Als kind van 5 jaar werd ik in 1906 naar Berlikum gedirigeerd, daar mijn ouders over leden waren. Ik kwam bij Jan Dus- selaar in de Boterhoek te Berlikum, was scheeps-timmerman en kwam met deze Faber in contact als kind en ik kwam dan ook bij hun in huis, bij de moeder, de dochter, Albert en Bartele. De moeder was een heel lieve vrouw, van de dochter heb ik nooit meer iets gehoord. Bij Albert heb ik nog als kind ge varen, op het schip de Zwalker; hij was een hele goede man, alleen als hij veel gedronken had werd hij vervelend, ik ben niet lang bij hem geweest. Maar nu over die Bartele, inderdaad noemde men hem Bartele Bult, maar hoe kwam dat; hij was vroeger een flinke man van ongeveer 1.85 m. lang, hij was getrouwd en volgens mijn Oom en Oom Saake Dusselaar en Oom Jetze Dusselaar, met de mooiste vrouw uit Friesland. Ze hadden een kind, een meisje waar van ik ook nooit meer iets heb vernomen. Maar deze Bartele is ongelukkig geworden door een ongeluk, dat hij op zijn rug in het water viel, maar net onder water was een paal en daar viel Bartele op. Hij werd aan boord genomen en was bewus teloos. Daarna groeide hij krom en kreeg een bult. Toen zijn vrouw was overleden werd hij visserman en de rest is zoo als de heer Van der Meer schrijft, deze gegevens heb ik nog van mijn Ooms gehoord en geef dat graag door voor het Krant sje en dank U hartelijk voor de opname, 't Krantsje is leuk en je blijft op de hoogte. Boven-Leeuwen S. Demmers Op de voorpagina van dit Kleine Krantsje een zeer bijzondere, maar be- driegelijke foto van onze stoere steenkolos: toen de Oldehove nog recht stond. Bedriegelijk, omdat het inderdaad lijkt, alsof de toren kaarsrecht de hoogte ingaat, terwijl dat toch nooit het geval is geweest. Immers, tijdens het bouwen begon de toren al te verzakken en al hangt ie nu al aardig schever dan toen, scheef was hij al, toen er nog aan werd gebouwd! Stellig zullen er lezers zijn, die niet direct zien, waar de fotograaf heeft gestaan, maar dat komt dan omdat er om de toren heen zoveel veranderd is. De man met de kiekkast stond met de rug naar de molenaarshuisjes en het boerderijachtige geval rechts stond op de plaats, waar nu, van het Olde- hoofsterkerkhof af gerekend, de eerste huizen van de Torenstraat staan. Helemaal links zien we de school, die bij het begin van de Groote Kerkstraat op het plein heeft gestaan. Vaag tussen de toren en de school in het hoek huis van die straat en het plein, dat we nu kennen als de Poort van Cleef. Wat de foto extra aardig maakt is het nieuwsgierige groepje toeschouwers, die allen graag even in de houding wilden staan in afwachting van het grote moment, waarop de plaat werd gemaakt. De ouderen zijn natuurlijk al lang niet meer onder ons, maar van de jongens en meisjes zijn er misschien wel een paar, die zich dit moment herinneren. Het mooie kereltsje in „de kroade" zouden wij graag een gratis abonnement op 't Kleine Krantsje aanbieden, maar ja, wie is die meneer? En nu nog een leuke bijzonderheid. Van deze zelfde opname is kort na het begin van deze eeuw een prentbriefkaart gemaakt, die wij hierbij afdrukken. Bekijken we de foto goed, dan zien we, dat speciaal voor deze kaart alle mensen zijn weggeretoucheerd, behalve een heer links bij de school. Ook heeft de fotograaf zonder nieer met een retoucheermes enkele bomen omgehakt. Waaruit mag blijken, dat oude prentbriefkaarten niet altijd volkomen betrouwbaar zijn! THOMAS VAN DER WAL Naar aanleiding van Uw antwoord op de brief van Siep Elsloo over Thomas van der Wal: dat is waar, want ik woonde ongeveer 200 meter van hem vandaan. Hij kwam veel dronken thuis en dan sloeg hij alles kapot in huis en dan was het zwart van de mensen. Het hele politiecorps stond er naar te kijken. Zij durfden hem niet aan te pakken, want hij was oersterk. Van Sire, dat weet ik ook nog heel goed, want als hij in de kroeg zat haalden wij zijn kar bij de kroeg weg en brachten die naar Hartelust en zetten de kisten appels op de grond. Dan gingen we terug naar het kroegje en zaten we te wachten op Koninkje of Sire en hij maar zoeken naar zijn kar. Man, wat was dat toch een mooie tied! Orry La Ville, Frankrijk P. Edens ELFSTEDENTOCHT EN NOG WAT In 't Krantsje van de 28e november las ik over de Elf Stedentocht. Nu weet ik niet of U er wat aan heeft, maar weet U dat m'n vaders neef en nicht, de heer Jan van der Weg en Janne van der Weg mee van de eersten waren die mee reden? Tante Janne was één van de eerste vrou wen, zo niet de eerste, 'k weet 't jaartal niet meer. Wijlen oom Jan reed de tocht 6 of 7 keer. Hij kreeg een gouden medaille. Nog een vraag, veertig jaar terug kwamen wij, de familie Halbesma, in „Hotel De Bleek" wonen. Tegen over ons was toen de „Oude Bleek" daar stalden destijds rijtuigen en de eerste vrachtauto's. Foto's heb ik daar nooit meer van gezien. Daar achter was de gasfabriek en daar achter liep een straatje van de Bleeklaan naar de Oostersingel. Ik meende dat daar toen destijds Ja- jemke woonde, ook zo'n straattype. Ze dronk altijd spiritus, en liep vaak met Ouwe Tietsje, Brande- wientsje, zeiden ze dan. De laatste werd ook nog in 't Krantsje be schreven. 'k Wou best graag eens weten hoe het nou met Jajemke gegaan was. En ik weet nog, eens was er een hele opschudding voor ons op de Bleeklaan, de politie zat een oude muzikant achterna. Die muzikant had altijd een hoed met bellen op en een trom op de rug met van alles er op en er aan en dat alles zat vast aan een touw om zijn been. Vader z'n chauffeur heeft met de auto die politie de weg versperd en 't mantsje ontkwam, wie was dat ook al weer? Ja Leeuwarden was toen een fijne stad en nu nog, kijk je bent Leeu warder of je bent het niet, he. Al leen toen die oorlog kwam, wat is er toen een hoop veranderd. De aller eerste uren, dat de moffen kwamen, bezetten ze toen vaders zaak, men sen kinderen wat een toestand. De eerste brandbom viel in 't Mariahof. Fosfor was het; er is ook nog een man door verbrand. Maar och, daar zal ik maar niet ever uitweiden, 't interesseert U misschien niet eens. Maar ja, dat van de Elfstedentochten wilde ik toch zeggen. Met vriendelijke groeten en veel dank voor de Krantsjes, ze zijn enorm. Hilversum. E. Zuiderveld-Halbesma Inderdaad was Janne van der Weg de eerste vrouw, die een georganiseerde Elfstedentocht volbracht. Dat was in 1917. Vijf jaar eerder was Jikke Gaastra al als een grote Elfstedenheldin toegejuicht, maar zij was niet verder gekomen dan Sneek en volbracht de tocht dus niet. Zoals we in het pas verschenen Op deze plaatjes de herberg De Bleek van de Weduwe Klopma aan de Gro ningerstraatweg en het wagenplein er vlak naast, waarover mevrouw Zuider- veld in haar ingezonden stukje schrijft. Op deze plaats staat nu het gebouw van de Energiebedrijven. standaardwerk over de Friese Elfstedentochten, „De schaatsen scherp" kunnen lezen, hadden twee zusters, Lysbeth en Akke Sipkes Swierstra in 1890 al een individuele, dus een niet georga niseerde Elfstedentocht gereden - zij waren de eerste vertegen woordigers van het zwakke ge slacht, die de vermaarde mara thon volbrachten. Van het stadstype Jajemke heb ben wij nog nooit gehoord, de bijnaam komt ook niet in onze zeer uitgebreide collectie Leeu warder scheld- en spotnamen voor. Verder waren Ouwe Tietsje en Brandewientsje twee verschil lende figuren - door veel Leeu warders werd Tietsje ook wel Brandewientsje genoemd. De enige echte en onvervalste Bran dewientsje evenwel was met een Kiestra getrouwd en woonde in de Duvelshoek aan het Noord- vliet. Tietsje is met een Stapers- ma getrouwd geweesthaar eigen naam was Winkler. De schilderachtige muzikant met de hoed met bellen en een enor me trom op de rug heette De Merode en werd Hoempa ge noemd. Hoempa, al overleden, net als Tietsje en Brandewientsje heeft een elders in 't land wonen de opvolger gekregen, die de kermissen afreist en zo nu en dan ook in Leeuwarden komt. In een interview voor de radio vertelde hij onlangs, dat hij over al waar hij kwam weer een an dere bijnaam had. „In Leeuwar den noemen ze me Hoempa" zei hij. Tenslotte: typerend is uw op merking in de laatste alinea: „het interesseert u misschien met eens". Dat horen we wel eens vaker van Leeuwarders en oud Leeuwarders, die wat op hun hart hebben. Maar voor 't Krantsje zijn we juist wel hevig geïnteresseerd in alles wat maar met Leeuwarden en Leeuwarders te maken heeft. Red. 't KI. Kr. sexblerumerstraat 41 leeuwarden telefoon 05100-22800 EEN WEDDENSCHAP Eenige houthandelaren te Amster dam, leden van de Industrieele Club, hadden voor de aardigheid een wed denschap gesloten, welke natuurlijk het hout betrof. Het ging om de breedste plank uit één stuk. Ten slotte is een bekende houtfirma er in geslaagd een stuk hout te be machtigen, dat 156 cm. breed was, 10 cm. dik en 3 m. lang. Dit ge weldige brok, afkomstig uit Oregon, waarmede de weddenschap gewon nen werd, bevond zich gisteren in de hall van de „Industrieele Club" en trok zeer de aandacht van de leden. (1925) herensalon/nan bulthuis

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1971 | | pagina 4