4 t X.leine 3^rantoje Leeót iedereen Lezers klommen in de pen OUDE LUISTER Net zit ik weer eens alle oude Kleine Krantsjes van wijlen m'n zwa ger Klaas Bultjes door te lezen en zodoende schrijf ik U maar eens. Als je toch al dat moois in onze stad ziet, wat er eens was... dan draait je hart een slag om. En dan vraag je je af, waar hadden de heren stedenbouwers en architecten hun hersens, toen ze de boel gingen slopen? Hadden de molens bij 't spoor en Westerplantage, de brugjes over de Tuinen en Nieuwestad niet bewaard kunnen blijven? Overal slaat men schuren neer om van de gemeente de boel op te bergen. Daar hadden ook de molens voor gebruikt kunnen worden, ze hadden het aanzien en vooral de schoon heid van de stad behouden, niet waar? En dan de Sint Jacobstoren, waar nota bene al wat geld voor was, moest dat nu zo, ja, en nu zal U denken „mens houd op, ik weet het wel, maar wat heb ik er aan". Nou ik denk zo, als nu ieder die denkt als U en ik, ieder jaar f 2.50 extra gaven en er werd dan eens gepraat met mensen als bijvoor beeld architect Baart, zou er dan niet wat kunnen gebeuren? 'k Weet wel, wat is een knaak, maar ja een begin is een begin enne, Rome is ook niet in één dag gebouwd wel. Zeg, wat zou dat wat zijn hè! De Jacobstoren en de molens er weer. 't Is maar een idee en wellicht een dom idee. Maar Leeuwarden zou de mooiste stad uit het land weer zijn. 'k Weet wel, dat ik een lucht fietser ben, maar 't is te proberen. En straks moet men toch 't auto verkeer uit de binnenstad zien te krijgen, 't wordt te druk en waarom de binnenstad niet in haar oude luister herstellen. Eef Zuiderveld- Hilversum Halbesma DE VIJVERSCHOOL Als abonnee van Het Kleine Krantsje zou ik U willen vragen, heeft U in Uw verzameling ook een foto van de Vijversbuurtschool van omstreeks 1918-1919. Ik heb in de klas geze ten bij meneer Riemersma en heb helaas zelf geen klassefoto meer in mijn bezit. Ik zou het reuze fijn UNIEKE FOTO'S TWEEBAKSMARKT Op de voorpagina van 't Kleine Krantsje van vandaag twee zeer zeldzame foto's van de Tweebaks- markt, zoals die vroeger was, ver voor onze tijd. De platen zijn ge maakt in de jaren 1893 en 1894; in het eerste jaar bestond het grachtje nog, in het tweede jaar werd de gracht gedempt. Er bestaan bij ons weten maar heel weinig foto's van deze gracht, die eens de hele Turf markt, Tweebaksmarkt en Druif streek doorsneed en die eeuwenlang het water van de Tuinen met dat langs het Zwitserswaltje verbond. Maar van het dempen van de gracht, in 1894, is misschien maar één foto gemaakt en dat zal dan deze zijn, een unieke opname dus. Rechts op de hoek van het Nieuwstraatje het koepeltje van Gratama's Kantoor, links het Provinciehuis en vaag op de achtergrond de Sint Bonifatius Kerk, die toen nog niet zo lang bestond: was de bovenste foto tien jaar eerder gemaakt, dan zou er nog geen toren te zien zijn geweest. vinden, indien U er één bezit, hem eens in* het Kleine Krantsje te zet ten. Eerst heb ik in de klas gezeten van Juffr. Algra, dat was in 1915. Wij zijn tot onze spijt nog niet zo lang geabonneerd; we hadden het al veel eerder willen zijn, maar wis ten van het bestaan niets af, tot een oude buur, die nu in Den Haag woont en ons een bezoek bracht er ons attent op maakte. Wij, mijn man en ik zijn geboren Leeuwarders, dus zeer geïnteresseerd, het is dan ook geweldig leuk, echt iets naar mijn hart. Mijn meisjesnaam is Klaske Boersma. Misschien heeft er al eens een foto uit die klas in ge staan. Hopelijk wil U het eens voor mij proberen, misschien door een vraag in het Krantsje. Laatst stond er van diezelfde school een foto in van meneer v.d. Horst, waarop ik ook wel veel kinderen herkende. Nu staat er een foto in van de Dans school van M. v.d. Boom, waarop ik een neef herkende met zijn verloofde, enig! En dat stukje over Van Dellen uit het groentewinkel tje. Ik ben er duizenden keren langs gekomen en herinner me die man nog heel goed en zijn vrouw en kinderen. Wij scholden ook wel eens, maar dan, „Hé van Dellen, je hebt je broek vol vellen!" Ja, mooi was het niet maar wat hadden wij vroeger een plezier. Ik heb zelf nog met de broodmand gelopen voor Van den Berg op de Voorstreek, ook mijn grootmoeder en mijn moeder nog. Ik nam de mand mee naar school, ja, ja, dat was anders wat dan tegenwoordig. Toch was Het een fijne tijd, die helaas nooit weer komt. Almelo K. v.d. Meulen-Boersma DE BLIKKEN DOMINEE Ik las in 't Kleine Krantsje over De Blikken Dominee, maar wat me vrouw Stuurhaan-Bruinsma schreef is mis, want De Blikken Dominee woonde niet, waar nu het café van De Bruin is. Daar woonde vroeger De Ruiter en die had een kruide nierswinkel. Wat De Bruin is, dat was vroeger een grote bleek en daar waren de ramen van De Ruiter en die zagen op de Bote van Bolswert- straat uit. En om de hoek was de kruidenierswinkel. De Blikken Dominee woonde op de andere hoek. Daarnaast woonde Houkes en dan Van der Laan, die deed in groente, daarnaast woonde Kooistra, die werkte bij Koopinans en dan de bleek van De Ruiter en om de hoek de winkel van de Ruiter. Ik ben geboren in de Willem Loré- straat 7 en heb er goed negentien jaar gewoond. Na het overlijden van mijn stiefmoeder heb ik er weer vijf jaar gewoond. De kinderen mochten de Blikken Dominee graag plagen en dan zon gen ze van „Ta ra ra boempiee - de Blikken Dominee - Met zijn pijpje in z'n smoel - zo zat hij in z'n stoel". De Blikken Dominee had lange turf te koop. Dan zei ik tegen mijn broertje haal even voor een dubbel tje lange turf. Dat durfde hij niet, omdat hij zelf ook altijd plaagde. Toen hebben ze z'n hekje vernield en moesten ze op het politiebureau komen. Daar was mijn broertje ook bij en ik weet nog van Kees Zoet hout, die kon niet omdat hij zo'n pijn in de buik had, maar dat was het niet - hij durfde niet! Mijn broertje kreeg straf van mijn vader. Hij mocht een week na schooltijd niet spelen op straat. Ja, en dan nog „Een twee hupsee" - dat was een rare man. Hij woonde op het Zuidvliet in de Kételsteeg en hij tipte met de ene voet. Als de kinderen dan zongen van „Een twee hupsee - negen en negentig honderd" dan suisde de stok door de lucht. Ze waren erg bang voor die man. En toch: wat was het een veel gezelliger tijd dan nu. De men sen stonden altijd voor elkaar klaar om te helpen, dat heb je nu niet meer. Mevr. R. v.d. Wal- Leeuwarden Hommes Ach ja, dat is ook zo: dat liedje Ta ra ra boempiee! We hebben er in geen tientallen jaren meer aan gedacht, maar nu u het zegt. Ta ra ra boempiee - de Blikken Dominee. Maar dan verder. Was de tekst niet een beetje anders, dan u schrijft Wie weet er meer van? Graag een berichtje naar 't Kleine Krantsje. Red. 't Kl.Kr. STRAATLIED In verband met het artikel in Uw blad over de sigarenmakerij van de heer De Boer te Uwent kom ik tot U met de volgende vraag: Omstreeks 1888 klonk van jongens soms een straatlied op, waarvan het begin mij „De segaremakersjongens siene alle gaar su bleek. Se leve, se leve, Se leve van de stad Schiedam, fiolie". Hoe luidde(n) de eerste regel(s) van dit lied? V. W. DE BAIJERT OF BEIJER In Uw Kleine Krantsje van 30 janu ari, nummer 136, staat op pagina 3 in de rubriek Uit de Stads- en Dorpskroniek van 1780 het woord Baijert: „Te huur de zgn baijert aan het St. Anthony Gasthuis te Leeu warden". Kan U mij ook zeggen wat dit woord betekent. Exloo, Dr. S.K. van D. De baijert, later beijer genoemd, was een in het begin van de zestiende eeuw gebouwd pand aan de oostkant van de kapel van het Sint Anthony Gasthuis. Het gebouw diende om arme burgers, burgerkinderen, dienst boden en andere hulpbehoevende en door ziekte gekwelde perso nen te verzorgen. Ook door trekkende bedelaars kregen er onderdak, maar dan niet langer dan drie nachten - dan moesten ze maar verder zwerven. In deze beijer werden eveneens krank zinnigen in zogenaamde dore- kasten opgesloten. Het woord beijer yinden we nu nog altijd terug in de naam van de straat, die van de Pijlsteeg naar het Hofplein loopt, de Beijerstraat. Ook in Bolsward, Hantum, Har- degarijp en Holwerd zijn heel vroeger beijers geweest. Red. 't Kl.Kr. HET SNOEPDISKE VAN VROUW SLOF Als abonnee lezen wij Uw Kleine Krantsje en nu zouden wij het interessant vinden als U eens een vraag aan de Leeuwarders wilt plaat sen, of iemand zich nog wat kan herinneren van de Snoepdis van Vrouw Slof aan de Boterhoek. Zelf weet ik nog, dat we ook losse sigaretten verkochten aan de school jeugd; dan wachtten ze op elkaar tot ze een doosje konden delen. Mijn moeder had altijd zuurtjes in een stopfles, losse pinda's en voor delige koekjes, waarvoor ik zelf van kranten zakjes maakte - die ver kochten we dan voor een cent. Weet U ook wel wie bij ons in het winkeltje kwam? Boere Tjits, die kocht bier en dronk net zo lang tot ze van dronkenschap niet meer lopen kon. Ze molk vrijdags op de veemarkt de koeien. U schreef ook over Pang, die heb ben we heel goed gekend. Twee zoons van Aaltje Pang wonen hier in Groningen en een dochter, Rins- ke, is pas overleden: die sprak ik veel. Groningen Johanna Kruse-Slof

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1971 | | pagina 4