Voor de rechter
DE ZADELMAKERIJ
VAN GOSSE WESTRA
TY~ \k T
KLEIN
INCIDENT IN
'T VOLKS
LOGEMENT
t Vileine I^Crant^je leeót iedereen
1782 17 Juni
Vuurwerk te Franeker op de
vrijheidsverklaring van Amerika,
en een gedicht van Jan. B. Brou
wer verschenen: Der Friesen
Vreugde.
1782 24 Juni
Te koop een beste stjermolen die
door een hond wordt gedreven,
bij Jan de Gorret te Bolsward.
1782 31 Aug.
Monsieur des Communes is voor
nemens lessen te geven op de
viool, bas, alt, en in de zangkunst,
logeert ten huize van den kamer
behanger H. Hesseüng op de
breede zijde der Nieuwestad.
1782 4 Sept.
De aannemers van het slatwerk
van de zuiderhaven te Harlingen
verkoopen 150 aardkarren, 100
paarden en eenige honderden
kruiwagens.
1782 23 Nov.
Anne Pieters, wed. van wijlen
Klaas Nauta te Harlingen, biedt
aan te koop een veertig jaar
gedreven jeneverstokerij, en een
huizinge, een weinig oostelijk,
genaamd het huis van civilen,
met vermaarde graanzolders er
boven aan de voorstraat omtrent
tegen over het stadhuis.
1782 21 Dec.
Verschenen bij J.C. Tophuizen
te Leeuwarden Alamanachen
met het Sneeker jaagschuitpraat
je, zijnde eene samenstraak van
Sneek tot Leeuwarden en van
Leeuwarden tot Sneek.
Dit is een plusminus vijftig jaar oude foto van de zadelmakerij van
Gosse Westra aan de Schrans in het pand, waarin nu alweer sinds
lange tijd de firma De Boer, in huishoudelijke artikelen, gevestigd
is. De heer Gosse Westra, die zijn vader Bauke als zadelmaker was
opgevolgd, is in 1921 overleden, waardoor een einde kwam aan
dit bedrijf in de Schrans. Toch bleef het pand eerst nog wat in de
agrarische sfeer, doordat de klompenhandelaar Bote Huizenga
zich er vestigde. In de deuropening de heer Gosse Westra, op het
trottoir de kinderen Everdien, geboren in 1905 en Bauke, geboren
in 1906. Ook Bauke is al overleden, Everdien woont nu, als me
vrouw Van der Zwaan-Westra op Texel.
1783 1 Jan.
Alle degeene die lust heeft om
als onderofficier, matroos of sol
daat te dienen op een van 's-
lands schepen van oorlog onder
't resort van het Ed. Mog. Col-
legie ter admiraliteit in Friesland
kan zig vervoege bij Dirk Wytsma,
geweldige provoost en generaale
werver te Harlingen.
1783 8 Jan.
Te verkrijgen bij P. Riewiersma
te Leeuwarden op den hoek van
de Kleine Hoogstraat tusschen
het hof en de Eewal binnen
Leeuwarden, Zoutkamper Oes
ters.
1783 24 Jan.
De Staten van Friesland looven
200 gouden rijders uit voor de
ontdekking van de auteur en
drukker van het libel, brief over
de waare oorzaak van 's land
ongeval, gevonden tusschen U-
trecht en Amersvoort.
1783 30 Jan.
Bij boelgoed verkocht 30 schip-
pondbeste grauwe kaas, een par
tij zoetmelks kazen, benevens
een jacht met zeil en treil ten
huize van T. van Esta, school
meester te Franeker.
1783 1 Febr.
Schuldeischers opgeroepen van
Sybrand Teakes, instrumentma
ker te Franeker die zijn boedel
heeft verlaten.
NA DE DOOD
VAN ALDE FREARK
Naar aanleiding van ons verhaal
over Aide Freark Siekmans in ons
vorige Kleine Krantsje ontvingen
wij van een van onze abonnees een
gedichtje, indertijd aan Aide Freark
gewijd door de dichter H. van der
Mei. Het heeft jaren geleden, in de
Heerenveense Koerier gestaan. Hier
komt dat gedicht.
Hjïr op dit lege stikje groun,
Hat Freark syn libbenswille foun,
Der leit syn skip, stiet 't hokkeguod,
Der leit syn fiskboat (faek is 't fuort)
Hy hat der Onder 't beammegrien
Stees ré foar guoz' en einen stien.
Hy fynt syn nju by kat en fé
Op 't aide wyld begroeide sté.
D'ald fisker is in fügelman,
Hy hald der tige folie fan, -
Se fiele hun by him bitroud
As ht har toasje iten jowt.
Hy fuorret, jouwt har briedersplak
En ek in goedlik Onderdak,
It liket, dat Freark iensum is,
Fan bistefreonskip is er wis.
Jowt men oan bisten 't hiele hert,
In röfdier seis forjit dat net,
De katten binn' hjir trou en gol
En Freark leart harren hwat en wol.
Hy kommandeart en poeke springt
As hy mei 't 'n stikje fleis mar winkt,
Dy katten dogg' gjin pykje kwea
En sliepe yn itselde hea.
Sa libbet hjir op d' iensumheid
In kluzner efter wylde en reid,
Hy fisket of hat hwat gepiel
En breidet net foar fisk en iel.
Ne, wielde is yn 't arkje net.
Hy hat fan nimmen gau forlet
Op dit forgetten stikje groun
Hat hy in greate rykdom foun.
IN HET VOLKSLOGEMENT
Dag in dag uit zag men hem langs 's heeren wegen zwerven, de oude man
met zijn gebogen rug, zijn wit haar en zijn grijze stoppels, zijn onafscheide
lijke metgezel, het galanterieënkistje bij zich. lederen dag had hij zijn vaste
klanten, waar hij iets verkocht, althans iets opdeed, 's Nachts strekte hij
zijn moede leden uit op een legerstede in een volkslogement te Leeuwarden.
Zijn trouwe vriend stond dan achter de deur.
In den morgen van 29 Juli was de plek, waar het kistje moest staan leeg.
De oude man zat in zak en asch, want het was Zaterdag, een dag, waarop
tal van menschen hem verwachtten. En nu kon hij zijn dagelijksche route
niet nemen.
't Duurde niet zoo heel lang of hij had zijn kistje terug. De politie had een
onderzoek ingesteld en het spoor leidde naar J.T., 51 jaar, zonder beroep te
Leeuwarden en mede-logé in het volkslogement.
Deze had het verkocht aan iemand, die zoo barmhartig was het den ouden
zwerver terug te geven. Echter enkele galanterieën waren verdwenen.
Thans moet T. terecht staan wegens diefstal. Hij is niet verschenen,
't Is een gemeene streek van T. geweest, meent de rechter, om zijn mede-
pensionair te bestelen. F.n de officier eischt 14 dagen gevangenisstraf.
Vonnis dienovereenkomstig. „Hier", zegt de rechter en houdt den ouden
man een papiertje voor: „Hier zit nog vijftien cents in, van spul, dat T. heeft
verkocht". Eenigszins beduusd kijkt de zwerver naar het papiertje, ,,'k Zou
het maar aannemen", zegt de rechter. Thans klaart het oude verweerde
gezicht op, de oude neemt het papiertje aan, tikt met zijn vinger even tegen
den slaap en glunder lachend vertrekt hij.
(1933)