't 3i(eine Sirctnto/e leeet iedereen 1906 Klaagt Jozef Krammer, koopman in fruit, wonende aan de Breed- stxaat, even bevorens te zijn uitgescholden door Roosje en Betje Cohen, wonende aan de Speelmansstraat. Klaagt Gerrit August Jacké, Turfmarkt 9, dat hij aan de Twee- baksmarkt is gebeten door den hond van den slager Geestman, wonende aan de Tuinen. Jacké was niet verwond, doch diens broek was beschadigd. Geestman is aangezegd zijn hond on schadelijk te houden. Doet aangifte Wieger N., oud 37 jaar, bootsman op de Stanfries VII, wonende aan het Panbakkerspoortje no. 13, dat zijn doch tertje Aukje, oud 11 jaar, is meegelokt door Willem Dijkstra, wonende in de Amelandsstraat, naar het ,jodenland" en daar is „gebruikt" door dien man. Door den Heer Comm. van Politie besproken met Officier van Justitie, Mr. Van Sonsbeeck. Het wettig bewijs is niet te leveren en proces verbaal wordt niet opgemaakt. Door de poldnr. Van der Veen wordt vanaf de Noorderplantage aan het bureau gebracht Albert van der Veer, zoon van Hendrik van der Veer, voddenkoopman aan de Boterhoek. De jongeman zat in een boom en trok de bladeren en takken daaraf. Proces verbaal wordt opgemaakt. Klaagt Mient Miedema aan de Stienserweg, dat de straatjeugd zijn land vernielt. Rapporteert de poldnr. Rijpstra, dat hij heeft gezien, dat voor het huis van den heer Sloterdijk aan de Willemskade een paar schapen aan het hek waren vastgebonden, die de planten, die in den tuin van den heer Sloterdijk staan, beschadigden. Tegen den persoon, die de beesten aan het hek heeft gebonden, zal proces verbaal worden opgemaakt. Klaagt Andries Kramer, wonende aan de Breedstraat, dat zijn 80 jarige moeder wordt gescholden door de dochters van Cohen, wonende aan de Speelmansstraat. Klaagt Simon Bolman, Emmakade 4, dat hij veel last ondervindt van de straatjeugd, die met steenen naar den peereboom in zijnen tuin werpen. Klaagt Jitske Kuipers, huisvrouw van Jacob Postma, strijkster, wonende aan de Steynstraat 24 te zijn uitgescholden voor „lelle bel" door Ykema, wonende aan de Harlingerstraat. Zij zal zich met getuigen te dezen bureele vervoegen tot het doen opmaken ututm van proces verbaal. Komt klaagster Jitske Kuipers hare klacht intrekken. Rapporteert de poldnr. Kruit, dat door hem te ongeveer 8 1/4 uur in de Bagijnestraat terzake het maken van muziek is bekeurd Cornelis Stienstra, geboren te Leeuwarden, den 9 Januari 1865, wonende aan de Willem Loréstraat 5. Aangezien Stienstra een kwartier later op dezelfde plaats opnieuw stond te spelen, is Stienstra door den genoemden poldnr. aan het bureau gebracht alwaar hij de harmonica, waarmede Stienstra muziek had gemaakt in beslag heeft genomen, waarna Stienstra is heengezonden. Door den inspecteur van pol. 2e kl. is terzake landlooperij aan gehouden en ter beschikking gesteld, van den heer Comm. van Pol. Cornelis Stienstra, zonder middel van bestaan en zonder onderdak. Is Cornelis Stienstra afgegeven aan de Veldwachter Visser om te worden geleid voor den Off. van Justitie. Wordt namens de ouders kennis gegeven door Renze Koolstra, koopman in metalen, wonende aan de Nieuweburen no 27,dat zijn broeder Gatze Koolstra, oud 16 jaren, hedenmiddag plm. 3 1/2 uur de ouderlijke woning heeft verlaten, zeggende 2 zakken oud ijzer te zullen verkoopen, en nog niet is teruggekeerd. Uit aanteekeningen in een gevonden, hem toebehoorend notitieboek je, blijkt, dat hij plan had „de wereld" in te trekken en vermoede lijk in de richting van Meppel is weggeloopen. Het personeel is met het signalement van den vermisten in kennis gesteld. Rapporteert de poldnr. 3e klas Ras, dat te plm 12 1/2 uur aan de Bote van Bolswertstraat door hem werd aangetroffen een schrei end klein meisje, opgevende te zijn Aaltje de Vries, oud 6 jaren, wonende in het vaartuig harer ouders aan het Zuidvliet. Het kind was, wakker wordende, tot de ontdekking gekomen, dat haar beide ouders waren uitgegaan en was uit bangheid van boord geloopen. Genoemde poldnr. heeft het kind gebracht bij hare grootmoeder, Vrouw de Vries, wonende aan de Hellingbuurt. Namens de heer Sloterdijk, wonende aan de Willemskade, wordt kennisgegeven, dat hij twee kippen vermist, die vermoedelijk uit het hok in zijnen tuin, achter zijnen woning, zijn gestolen. Klaagt Jacobus Paardekam, koffiehuishouder aan de Weaze, dat hij en zijne vrouw zijn geslagen door Jan Jasper. Rapporteert de poldnr. 2e kl. Botter, dat hij een twist heeft beëindigd op de Nieuweburen tusschen de vischkoopman Reitse Dijkstra en Jozef Dwinger, wonende Nieuweburen. Laten we deze foto beschouwen als een afscheid van de wel zeet milde winter 1970/71: een herinnering aan een hardrijderij voor school kinderen van de Schranserschool aan de Schoolstraat in Huizum. De foto moet in 1919 of in 1920 zijn gemaakt en ze werd ons toegezonden door de heer F. de Jong te Stiens, die zich in het begeleidende briefje afvroeg: Wie kent wie van vijftig jaar geleden? Welnu, het stoere muziekcorps van de Patijntjes herkent natuurlijk iedereen, maar wie zijn de jongelui?

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1971 | | pagina 9