Hier laehten opa en oma om
HOOGSLAG VERZEKERT ALLES
I
HARLINGERSTRAATWEG 6 - LEEUWARDEN
r ^^Cleiiie ^i^rantsje leest ledereei
JUNI 1906
Klaagt de Wed. Leerling, Romkeslaan 36, dat zij wordt geschol
den door Vrouw Van der Velde en de dochter van deze.
Rapporteert de poldnr. 4e kl. Wilhelm, dat een zoontje van den
apotheker Tromp Visser, wonende aan de Voorstreek, spelende
in den Prinsentuin in den vijver te water is geraakt. Hij werd
onmiddellijk door een aldaar voorbijgaande soldaat gered en
kwam er met den schrik en een nat pak af.
Door den poldnr. 3e kl. Bergema zijn bekeurd terzake het spelen
om en met geld op de openbare straat Jeen Eppinga, turfventer,
wonende in het vaartuig zijner moeder, liggende aan den Wisses-
dwinger en Izak Visser, schippersknecht, wonende in het vaartuig
zijns vaders Gerrit Visser, liggende aan den Wissesdwinger.
Door den Comm. van Pol. is overtocht per spoortrein verleend
aan Jonas Hartog, koopman te 's Gravenhage, van Leeuwarden
naar Groningen, aangezien hij niet in het bezit was van geld en
geen onderkomen had.
Door de poldnren Heeringa en Winkel aan het bureau gebracht
een 'grasmaaier, die in beschonken toestand aan de Stationsweg
lag.
Klaagt Ybeltje Ratsma, oud 18 jaar, dienstbode bij den heer
Vlaskamp, wonende aan de Nieuwestad, even bevorens aan den
Wirdumerdijk een bloedneus te zijn geslagen door een dochter
van den ijsventer Franssen, terwijl Hiltje Schaeffer, wonende aan
de Westerstraat de mouw van klaagsters mantel stuk scheurde.
Door de poldnren Wierstra en Heeringa wordt vanaf den Groene-
weg aan het bureau gebracht terzake openbare dronkenschap
onder verzet, Willem Dijkstra, arbeider, wonende aan de Ame
landsstraat. (Bezit f 2.50).
Klaagt Willem Hiemstra, handelaar in bakkerswaren, Molenpad
39, dat door onbekend gebleven jongens van de fabriek van den
heer Dorama eene ruit in zijne woning is ingegooid.
Brengt de poldnr. 3e kl. Bergema van het Stationsplein Douwe
de Vries, oud 12 jaar, scholier, wonende aan de Tuinmanssteeg,
die met lucifers liep te bedelen.
Door de poldnr. Heeringa worden vanaf de Weerklank aan het
bureau gebracht de jongens Jaring Dorenbos, oud 14 jaar, Luwe
van der Net, oud 13 jaar en Gerrit Ypema, oud 14 jaar, die in
de Weerklank lucifers brandende in een rioolput hadden gewor
pen om het zich daarin bevindende gas aan te steken.
Rapporteert de poldnr. Bouma, dat aan de Eebuurt in het vaar
water de Dokkumer Ee een praam met puin is gezonken. De
eigenaar J. Stobbe, Dokkumer Trekweg, is aangezegd de ver-
eischte veiligheidsmaatregelen te doen nemen.
Kennis gegeven door R. van der Wagen, Camstraburen, dat er
een onbekende man op de Snekertrekweg door een houtwagen
van de firma Overmeer is overreden, waardoor vermoed wordt,
dat deze man een been heeft gebroken.
Rapporteert de poldnr. 2e klas Brantsma, dat er op de Ijsbaan
aan de Bleekerstraat het 8 jarig dochtertje van den heer Nauta,
Andreae, wonende aan de Grachtswal ten ongeveer 4 uur op haar
hoofd is gevallen, waardoor zij bewusteloos was geraakt.
Geeft kennis Lodewijk Hoeben, koopman, wonende in de
Weerklank (Seringebuurt) no. 1, dat zijn buurman N.V. - wiens
echtgenoote de vorige maand is overleden, hem nalatende 6
jeugdige kinderen - zich hedenavond heeft uitgelaten, dat hij,
werkeloos zijnde, zich met zijn kinderen wilde om het leven
brengen.
Verzoekt Franz Hermann Niehüzer, reiziger der firma C en A
Brenninkmeyer, wonende aan de Nieuwestad, des nachts eenig
toezicht op het perceel dier firma, aangezien den laatsten tijd
herhaaldelijk 's nachts is gescheld door jongelieden, die een
„grapje" met de inwonende winkeljuffrouwen voor hadden.
Bekeurd door den poldnr. Bosma, de koffiehuishouder D. H.
Gude aan de Groote Hoogstraat, wegens het herhaaldelijk
blaffen van den onder zijne hoede zijnden hond.
Rapporteert de brigadier Botter: le dat hij den schoonvader van
N. V., den kleermaker Z. in de Bollemanssteeg van den toestand
van diens schoonzoon op de hoogte heeft gesteld en 2e dat hij
N.V. in diens woning heeft bezocht en dat V. toen heeft ver
klaard, dat hij door de hem gebezigde woorden niet ten uitvoer
zal brengen, doch dat hij zich morgen ten politiebureele om
raad zal vervoegen.
Bekeurd door den poldnr. 2e klasse Van der Heide, wegens het
maken van hoommuziek aan den Noordersingel: Adrianus van
Merode, geboren te Hornhuizen den 23 Maart 1875, muzikant
wonende aan de Groenweg.
Heeft de politiedienaar van der Wal kennisgegeven, dat hij wegens
ongesteldheid verhinderd is om in dienst te treden.
Rapporteert de poldnr. Terveer dat hij op verzoek van den
koffiehuishouder D. Zijlstra aan de Nieuwestad, uit diens inrich
ting vier personen heeft verwijderd die aldoor twistende waren.
IW ywWIJjEUP» II If II)) u II Iimffjirrnr7l
PROBAAT MIDDEL
„Hoe bent u er in geslaagd zoo spoedig door die dichte menschenmassa
heen te dringen. Ik heb minstens een half uur moeten wachten."
„De heb de sigaar, die jij me gisteren hebt gegeven aangestoken en toen ging
onmiddellijk iedereen op zij."
TRAGEDIES
„Mijn vrouw kan verrukkelijk koken, maar je moet niet denken, dat ze het
doen wil..."
„Nog lang niet zoo erg, als mijn geval: mijn vrouw kan helemaal niet koken
en die wil het juist met alle geweld wel doen!"
OMGEKEERDE WERELD
„Ach, bent u op uw huwelijksreis?
Maar neemt u me niet kwalijk, mag
ik vragen waar uw jonge vrouw dan
is?"
„Die zit in een rookcoupé."
OMWEG
Hij: „Hier lees ik dat een man bij
een overval gered werd doordat de
kogel afketste op een knoop van
zijn jas."
Zij: „Nou, en?"
Hij: „Nee, niets, alleen is er een
knoop van mijn jas."
BEGRIJPELIJK
„Heb je je nieuwe knecht weer
opgezegd?"
„Ja, hij floot den heelen dag treur-
marschen."
„En daarom heb jij hem...?"
„Hij werkte namelijk ook in dat
tempo."
ONVERWACHTE ONHEBBELIJKHEID
„Ja, mijn man is gisteren veertig jaar geworden; wij verschillen nu weer
precies tien jaar in leeftijd."
„Warempel? Neen, voor vijftig jaar had ik u toch heusch niet aangezien."
JUIST GEZIEN?
„De conducteur keek me den geheelen tijd aan alsof ik niet betaald had."
„En wat heb jij gedaan?"
„Ik heb hem aangekeken alsof ik wel betaald had."
HYGIENE
„Mina, je klopt lang niet hard genoeg op dat karpet. Zo krijg je het nooit
schoon..."
„Maar, mevrouw, als ik hard sla, krijgen we zoveel stof in het tuintje!"