STADGENOOT JAN VAN DER ZWAAG VERZAMELT HONDERDJARIGEN LEEUWARDER VERZAMELAARS 8 POSTZEGELS - SUIKERZAKJES - SIGARENBANDJES - PRENTBRIEFKAARTEN - SERVETTEN - SCHELPEN - SLUITZEGELS Wie Heeft hier ooit van gehoord DOOR FENNO L. SCHOUSTRA SINAASAPPELMERKEIM - BIERVILTJES - ALBUMPLAATJES - ASBAKKEN - MEDAILLES - LUCIFERSMERKEN MUNTEN Crantóje teeót iedereen „Verzamelaar van honderdjarigen" - inderdaad ja, zo noemt zich de heer Jan van der Zwaag, die op nummer 95 in de Jacob Binckesstraat woont. Wie die aanduiding te letterlijk neemt, zal verwachten, dat deze stadgenoot in zijn woning van bescheiden afmetingen zoveel mogelijk ouden van dagen van boven de honderd herbergt, maar dat is natuurlijk niet waar: de heer Van der Zwaag verzamelt er alleen de berichten uit de krant, die betrekking hebben op alle ouwe taaien, die de respectabele leeftijd van minstens honderd hebben bereikt. Maar ook die liefhebberij is, zo dachten wij, al eigenaardig genoeg. En dan vragen we ons natuurlijk onmiddellijk af, hoe iemand, die nimmer honderdjarigen in de fa milie heeft gehad en zelf nog tien tallen jaren van die mijlpaal ver wijderd is, gekomen is tot het op zetten van zo'n wonderlijke ver zameling. Welnu, een jaar of vier geleden las de heer Van der Zwaag een stukje in de krant over zo'n hoogbejaarde dame in Groningen en hij vond het zo leuk, dat hij het heeft uitgeknipt. VANZELF GEGROEID Toen er toevallig een paar dagen later in de krant weer een bericht over een honderdjarige verscheen, kwam ook dat in de schaar en zo groeide er „vanzelf', zoals de heer Van der Zwaag het noemt een hele collectie artikeltjes over veteranen, die juist de eeuw hadden volgemaakt Natuurlijk werden ook dankbaar de berichten over ouwe krakepitten van óver de honderd aan de ver zameling toegevoegd en zo komen verschillende gelukkigen meermalen in de collectie voor. In de geijkte Jan van der Zwaag, verzamelaar van honderdjarigen termen van de verzamelaar kan de heer Van der Zwaag dan ook op merken: „Reinschkje Pruiksma he'k wel veskillende keren en Zwaantje Spaanstra oek, die komt oek ve skillende keren inne verzameling voor". Bij een beschouwing van de plak- A1 over de honderd, maar nog o zo vitaal ER ZULLEN WEINIG MENSEN ZIJN, DIE AAN HET EIND VAN HUN LEVEN MOETEN ZEGGEN, DAT ZE BEHALVE GELD NIMMER IETS VERZAMELD HEBBEN. HET VERZAMELEN, HET BIJEENBRENGEN VAN EEN COLLECTIE VAN DIT OF VAN DAT IS EEN LIEFHEBBERIJ VAN DUIZENDEN EN DUIZENDEN EN WERKELIJK IETS GEMIST HEEFT HIJ, DIE NOOIT DE GEESTDRIFT KENDE VAN DE WARE VERZAMELAAR. POSTZEGELS, SUIKERZAKJES, SIGARENBANDJES, PRENTBRIEFKAARTEN, MUNTEN, LUCIFERSMERKEN, BIERVILTJES, ASBAKKEN, SPEELKAARTEN, ALBUMPLAATJES, SINAASAPPELMERKEN, SLUITZEGELS, DOORSMEERKAARTJES, SERVETTEN, MEDAILLES, VLAGGETJES, HOOFDDEKSELS, STE NEN EN SCHELPEN, MESSEN EN DOLKEN, AUTO- EN VLIEGTUIGMODELLEN.... ACH BESTE MENSEN, EINDELOOS IS DE LIJST VAN VOORWERPEN, DIE VAAK MET EEN ONVOORSTEL BARE VERZAMELWOEDE WORDEN BIJEENGEBRACHT. 'T KLEINE KRANTSJE GAAT NU AANDACHT SCHENKEN AAN VERZAMELAARS IN LEEUWARDEN EN VELEN ZULLEN IN DE KOMENDE MAANDEN MEELOPEN IN DEZE BIJZONDERE PARADE VAN COLLECTION- NEURS, VERZAMELAARS VAN VOOR DE HAND LIGGENDE VOORWERPEN, MAAR OOK BIJEENBRENGERS VAN SPULLEN, WAARVAN WELLICHT NIEMAND HAD VERMOED, DAT ZE WAARD WAREN IN EEN COLLECTIE TE WORDEN BIJEENGEBRACHT. WIJ STARTEN DEZE NIEUWE SERIE VERHALEN MET EEN HOOGSTMERKWAARDIGE VERZAMELAAR, WANT WIE HOORDE ER OOIT VAN HET BIJEENGAREN VAN KRANTENKNIPSELS OVER HONDERDJARIGEN? schriften blijkt ons, dat deze dou bletten konden ontstaan doordat de dames in kwestie na het halen van de honderd gewoon doorgingen met ademhalen: bij het bereiken van de leeftijd van 101 en daarna van 102 kwamen er natuurlijk weer berichten in de krant en dus ook in de verzameling van de heer Van der Zwaag - jammer genoeg telkens wel met dezelfde foto: de collectie brengt aan het licht, dat de krant de ouwetjes bij het bereiken van de leeftijd van 101, 102 enzovoort niet opnieuw lastig valt voor het maken van het portret, maar vol staat met het uit het archief halen van een oude foto. Staan we dus versteld bij het bewonderen van krantenfoto's van zulke uiterst krasse superbejaarden van honderd en zoveel jaar, dan dienen we te bedenken, dat het portretje in wer kelijkheid wellicht jaren eerder werd gemaakt. De heer Van der Zwaag heeft z'n curieuze verzameling (nog) niet erg degelijk opgezet. De berichten zijn, wat slordig uitgeknipt, in een cahier geplakt of tussen de bladzijden ge legd en slechts zeer gedeeltelijk gedateerd. BOEKHOUDING BIJHOUWE Maar het is wel de bedoeling, dat de opzet wat beter wordt. „Je moet er eigenlijk een boekhouding van bijhouwe" zegt deze verzame laar. „Ik ga ze nu allemaal wat bijmekaar zoeken, de honderdjarigen bijmekaar, de honderd eenjarigen bijmekaar, enzovoort." Bladerend in zo'n schrift komen we alle leeftijdskampioenen van de laatste jaren tegen: Rients van der Zee, „Neerlands oudste heilsoldaat", de 105 jarige Henri van Dooren uit Maastricht, „had graag de reis naar de maan meegemaakt," Binse Bu- walda, „de oudste Leeuwarder en ook de oudste kermisexploitant", Kornelis Hendrik Bilder, „al zeven tig jaar met pensioen", Zuster Bas- sisissa uit Den Bosch, „106 en nog flink", Freerk Oldenburger, „100 en sa soun as in fisk", mevrouw E. van der Burg-Lemsveldt uit Nieuw Balinga, die al 107 en Neder lands oudste is. Er zitten ook enkele buitenlanders in de verzameling, maar daar heeft de heer Van der Zwaag het niet op staan. „Kiek" zegt hij, „hier he'k een man, die vertrouw ik niet. Een uit Chicago in Amerika. Mut 115 wudden weze. Ja, 't kan wel waar weze hoor, maar ik vertrouw het niet. Ik loof nooit, dat dit de suvere waarheid is". GIEN SUVERE KOFFIE Ook het bericht over het overlijden van 's werelds oudste, een Rus van 154, heeft de heer Van der Zwaag met een kennelijke tegenzin in de collectie bijgezet. Nu schuift hij het in ieder geval met een min achtende glimlach aan de kant. „Dat is so ja, ik he't er wel bij daan, mar ik loof het niet, ik loof het niet, daar rekene ze de jaren dubbeld". Nee, liever houdt de heer Van der Zwaag zich bij de Nederlandse top- bejaarden, van wie de bekende Groningse Chrissemeuje het oudst geworden is: 110, op de kop af. „Maar Wieger Bok" zegt onze ver zamelaar met kennis van zaken, „die is nog maar 102, maar kan oek best 110 wudde, die is oek nog zo hecht as wat". Het zou wel kras wezen, wanneer de heer Van der Zwaag nu zelf ook de honderd haalde, dachten wij, en dat idee deed hem" even geluk zalig glimlachen. „Tsjonge, dan zou ik de verzameling nog es mooi uutbreide kanne!" Enfin, met z'n zes en vijftig is de heer Van der Zwaag - magazijn bediende bij Vermeulen Bouwma terialen - nu nog niet meer dan een broekje, maar wie weet komt hij ooit nog eens als zo'n ouwe taaie bij Willem op de stoel. „Ik hew nou al bericht had, da'k het naar Willem Duys sture kon, mar dat he'k nog niet daan..."

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1971 | | pagina 8