WETE JIMME HET NOG WEL DE FRISO-BIOSCOOP AN DE NIJSTAD „FRISO" Bioscoop-Theater, De laatste dagen van Pompeï. Vanaf heden tot en met 28 November. DE PRACHTIGE KUNSTFILM Kaar (Jen beroemden roman van Edward Bulwer Lytton» Speelduur ongeveer 2 uur. de cassa verkrijgbaar 10 cent. DE DIRECTIE. 9 bij de kettingbrug de friso-bioscoop geestelijk welzijn LBBCWAROBN. Van ALLE tot heden verschenen Bioscopïsche wer ken ontegenzeggelijk DE MEESTERLIJKSTE FILM. VRf afdtielingen met overweidigendepracht- tafereelen, o* a. i Paniek in dein Circus. 10,000 vluchtelingen* De zwaardvechters* De uitbarsting van den Vesuvius* Ondergang van Pompeï, enz, enorme kosten een weinig verhoogde Wegens de eniréeprifzen. LOGE ft).75, EERSTE RANG -0.50. TWEEDE RANG -0.30. Geïllustreerde tekstboekjes van heden af aan Plus stedelijke belasting. Aanvang der film „De laatste dagen van Poiupe?" avonds 8 uur. Vrijdag ll£ en 2 uur precies» Zondag 4 uur, 6 uur en 8 uur. Plaatsbespreking eiken morgen aan de casSa van 10—12 uur f O.fO. t T^-leine -■C/ïJ)ito/i> leeet iedereen Tc Weet niet of jimme dit oek nog wete; ik bedoel de filmvoorstellin gen in de bioscopen, die Leewadden in de loop der tieden had het. De alleroudste bioscoop, as we hem soa noeme magge temeensen, die was vestigd op 't Heerewaltsje, je wete wel, tussen 't Raadhuusplein (Oranje-Bierhuis) en stille kant Nije- stad. Op 't hoekje woonde vroeger Joosten, een manufacture-winkel. De exploitant van onze eerste eigen Luwadder bioscoop, was de toen o su bekende Anne Jeltema (1727- 1803) Jeltema was letterzetter, boekdrukker en volksdichter en pu bliceerde sien letterkundige produo- ten nogal ris in het echte onvevalste Luwadders. Oek genoot hij een sekere faam as Commentator. Net as teugenwoordig Henk Neuman en Hilierman op radio en t.v. Bij op zienbarende gebeurtenissen seiden de Luwadders van toen: „...en wat su Jeltema hiervan segge?" Gewoonlijk volgde dan oek sien sienswieze in een uutgebreid com mentaar. Maar late we terug komme op ons onderwerp en es kennis nimme van sien advertentie in de Luwadder krant van 27 januari 1762. Hij maakte bekend dat hij sien late su ten hüze van H. Wiersma op 't Aaidenwaltje bij de kettingbrug (je kanne dus niet misse) „cierlijke afbeeldingen uit het leven van Jozef* „waarbij rijmen zijn geschreven". De voorstellingen wudden geven iedere maandag, woensdag en zater dag, 's avonds om 6 uur en 9 uur. De „cierlijke afbeeldingen" waren vermoedelijk teekend deur de be kende Luwadder tekenaar en vriend van Jeltema, Rienk Jelgerhuis. Een driehoofdige directie dus, Anne, Rienk en Wiersma. Anne verzorgde de riemelarij, Rienk de tekeningen en Wiersma kon een mooie bioscoopzaal ter beschikking geve. Hoe su disse „bioscoop" werkt hewwe? 'n Soort dia's misschien, of met sun „tooverlanteern" die wy as kienders wel op Sinterklaas- kregen of op onze verjaardag? We kanne het de heren seis niet meer vrage - ze binne al lang doad. In 't begin van onze eeuw, plm. 1900 dus, kwamen dan de „echte bioscopen. Tiedens de Luwadder kermis van 1906, gaf het variaté-theater, „vleu gels" onder directie van Nap de la Mar, in de „Harmonie" een voor stelling met als extra-nummer: „de nieuwe bioscoop, met uitgebreide, interessante en komische beelden". Denkelijk werkte het projectie-appa raat niet zo heel onberispelijk de eerste dagen, want later schreef de redacteur van de Luwadder krant: „het toestel werkte nu veel beter en er wordt nu wat nieuws gegeven. O.m. het bezoek van H.M. de Ko ningin in Luwadden. De bioscoopliefhebbers waren de eérste jaren van 1900 feitelijk an- wezen op de „reizende bioscopen" en musten praktisch wachtte tot de Luwadder kermis kwam. In die jaren was het Alex Benner vooral, die geregeld terug kwam. Steeds aan kondigend: „het nieuwe revue-pro gramma, begeleid door toepasselijke muziek met piano en viool met zéér goede explicatie. Prijzen: 60, 50, 30 en 20 ct". Vansels „minzaam aanbe velend". Maar in 1912 pakken sich donkere wolken samen boven de reizende bioscoop-gezelschappen als: Albert Frères, Alex Benner en Wim Lo goffs „levende portretten-theater" e-a. Want we leze in de Luwadder Krant, dat onse stad nou een eigen, een vaste bioscoop kregen het, n.l. „de Friso-bioscoop". Stille kant Nijestad. Praktisch elke plaats van enige betekenis kreeg sien eigen vaste bioscoop en Luwadden bleef vansels niet achter. In de kermis- week in 1912 gaf de „Friso" een „boeiend amusements-programma" ston der in de advertentie van die dagen. As opslopen jonge (Tc bin van 1903) bin ik vaak inne „Friso" bioscoop weest. Het getal bekende film-ac teurs was nog gering. Daar had je: Nick Winter, als detective, Max Linder, een gentleman, die altied een glanzende hoge hoed droeg, Rigadin, hoofdrol in humoristische films, een niet al te snuggere heer; de man van de kroeme ongelukjes. Kwam b.v. ongelukkig te vallen op een keurig gedekte tafel, vlak voor 't diné, botste teugen een dikke deftige dame op, ging per abuis zitten op een grote roomtaart e.d. Maar, Rigadin in de hoofdrol, trok publiek. Tja, anne „Friso" hew ik pracht jeugdherinneringen. De pries (jongeskaatsje 3e rang) was 10 cents, zegge en schrijve één dubbelsje. De penningmeester vanne stad Luwadden, was bliekbaar goed tuus inne „Vaderlandsche Geschie denis" want 't duurde niet zo heel lang of hij eiste „de tiende penning" 't kaartsje wudde dus elf cent; één cent .vermakelijkheidsbelasting' heette dat, loof ik. Maar dat mocht de lol niet drukke. Die cent kwam der oek wel. Het waren toendestied „stomme films" en ze wudden op- lusterd met piano-muziek. Je kaartsje kreeg een nummer op drukt an de kassa. Bestond het programma b.v. uut 8 delen dan kregen je direct om 2 uur, bij de anvang, het nummer 8 gestempeld. Was 't hele programma afwerkt, dan kwam der op het doek te staan: „biljet nr. 8 is vervallen", 'n Teken datje 'thele programma sien hadden en dat je beleefd verzocht wudden op te hoepelen om plak te maken voor de nieuw-kommers. Maar wij as jonges hadden hier lak an. We bleven sitten. Totdat de controleur naar je kaartsje vroeg en constateer de „fr... uit, dou hast er allang uut mutten, hoepel op... avesere". Die lui waren oek su wantrouwend; want as je seiden „ik hew 't kaartsje ver loren" dan loofden ze dat niet en musten je der toch uut". In de „Friso" was oek een expli cateur; één die toelichting gaf ge durende de vertoning. Vermoedelijk hierom. De beelden wudden vaak afwisseld deur een tamelijk lange tekst op het doek. Vooral toen en voor de oudere generatie die niet zo vlug die tekst lezen kon, was zo'n mondelinge toelichting vaak niet overbodig. Die explicateur in de „Friso" was een meneer, die aTc mie meen te herinneren, Visser hiette. De man, ik sien hem nog voor mie, had een enigszins bedroefd üteriijk en liep tiedens sien toelichting gedurig de zaal op en neer. Enigszins gebogen, met de hannen oppe rug. Mar vaak ston ik verbaasd, dat ie de handelingen oppe film op 't juste moment wist weer te geven. Wanneer hij nou van achter in de zaal naar voren wandelde en dus 't gezicht had oppe film, was 't een betrekke lijk eenvoudige zaak, maar üep ie terug en dus met de rug naar de film dan wist hij toch precies wat er achter sien rug op de film gebeurde. Je kregen dan ongeveer dit: „John Dore weet, dat zijn aartsvij and in de kamer aanwezig is. Hij ziet het aan de schoenen achter 't gordijn, maar hij laat toch niets blijken... Maar plotseling stort de bandiet zich op John Dore. Maar deze is hierop voorbereid. Na een hevig gevecht ontwringt hij de schurk de vlijmscherpe dolk... en werpt het moordwapen uit het raam... ver de tuin in". Op dit moment keerde Visser zich om en constateerde zelf dat dit „moordwapen'.' in een grote boog in de tuun verdween. Gien seconde te laat, gien seconde te vroeg. As Visser misschien één keer eerder de film sien had, dan mut disse man een „fotografisch geheugen" had hewwe. Hij kon oek, gewild of onge wild, humoristisch weze in sien ex plicatie. B.v. zo: Een deftige dame zit rustig in haar boudoir en is bezig met een naai- of borduurwerkje. Laten we Visser an 't woord: „De jaloerse echtgenoot stormt on verwacht binnen... hij wijst beschul digend naar de tafel en brult tegen de onthutste vrouw... twee kopjes thee! zie ik daar??? dat is geen zuivere koffie! Het is ons natuurlijk bekend, dat de Luwadder vroede-vaderen van ouds her zeer bezorgd binne voor 't wel zijn van hun burgers. Speciaal 't geestelijk welzijn. En dat nieuwer wetse gedoe, 't bleek alras en over- düdelijk, was voor de jeugd zeden bedervend. Verwekte zedenverwil dering. En op grond hiervan: kien ders beneden 16 jaar gien toegang. Nou, wij as jonges hadden oek hier lak an. En we bevonden ons in goed gezelschap, want de man achter de kassa docht er zeker krek su over. Lei ons nooit een stro-breed inne weg. Maar wel was 't as je inne zaal zaten, „uitkijke". Want af en toe kwam der sun „stille pliesje" naar binnen, speurende naar jonge wets overtreders. Zag je hém 't eerst dan... weg duke onder de stoelen. Zag hij jou 't eerst, dan was „der uut..". Bij- *t minste gerucht achter je, vlug omkieke en dan, „floep" onder de stoelen. Soms waarschouwde die pianist ons oek wel. Want we zaten voor an, derde rang. 't Nadeel was, een stieve nek van dat altied omhoog kieken, 't voordeel was dat disse kiendervriend ons vaak een tip gaf. Persoonlijk hew ik nogal boft. Want ik kon die „stille pliesjes" van aan- sien en... floep... dan was ik gauw onder de stoel verdwenen. „Psst" sei die pianist dan en gaf mie het teken dat de lucht weer suver was. Maar 't nadeel was dat ik dus jaren lang voor 100 pet. blootsteld was an die zedenverwildering van dat zeden bederf. En eerlijk, niet verder over prate, maar nog heden ten dage, ruum 60 jaar later, wud ik nog steeds kweld deur de nadelige gevolgen, waarteugen van Overheidswege toch zozeer waarschouwd was! LIWADDER Mpn laze het oordeel der pers over deze film, die zelfs QUO VADXS verre overtreft in sohoonheid van uitvoering, meesterlijke regie en historische getrouwheid. Een advertentie uit 1913, toen het Friso Bioscoop Theater nog maar net bestond.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1972 | | pagina 9