DEZE MAAND ZEVI NOG ALTIJD OEFENT DE KERMIS OP DUIZENDEN JONGE EN OUDE MENSEN EEN GEWELDIGE AANTREKKINGSKRACHT UIT EN VORMT ZE VOOR VELEN EEN FESTIJN, WAAR MAANDEN VAN TEVOREN AL VERLANGEND NAAR WORDT UITGEZIEN. MAAR ZO ALGEMEEN, ZO SPONTAAN, ZO UITBUNDIG ALS ZEVENTIG JAAR GELEDEN VIEREN WE HET FEEST VAN DE KERMIS NIET MEER. WANT TOEN GING LETTERLIJK IEDEREEN NOG ARM IN ARM DE KERMIS OP EN LIEP LEEUWARDEN UIT, NADAT DE KLOKKEN VAN DE OLDEHOVE EN VAN HET STADHUIS OP DE VROEGE MAANDAGMORGEN DEZE FEESTWEEK-BIJ-UITSTEK HADDEN INGELUID. 3C[eine 3Crantóje leeót iedereen HEEL LEEUWARDEN AR Ze zullen niet zo jong meer zijn, de mannen en de vrouwen, die wellicht straks ter kermis gaan en zich er op kunnen beroemen de kermis van zeventig jaar geleden ook nog te hebben meegemaakt. Wie zich toen, in 1902, als tienjarige met uitbundig plezier in de met paardenkracht voortbewogen draai molen liet rondtollen, zal nu, als grijsaard van tachtig wel tevreden zijn met alleen het kijken naar dezelfde, maar nu electrisch voort gestuwde, draaimolen of met een rustig zitje in de poffertjeskraam, iets terzijde van het feestgewoel. ALLES ANDERS Maar z'n gedachten zullen dan nog wel eens teruggaan naar zijn jeugd, toen alles nog zoveel anders was. Wat was er - om nu maar te blijven bij die kermis van 1902 - in die dagen wat te doen in de stad! Wat was er een vertier, wat was er een drukte, niet alleen' op het kermis terrein zelf, maar ook in de wijde omstreken er omheen! In de Concertzaal Amicitia waren iedere avond „buitengewone voor stellingen door het gunstig bekende Variété- en Operette Gezelschap van Henri ter Hall en opvoeringen van de revue „Bamum en Baily terug in Amerika". De Harmonie gaf „schitterende voor stellingen" van het internationale specialiteiten gezelschap onder di rectie van Vleugels uit Rotterdam met o.a. Nico de Haas, „de popu laire karakterkomiek met een geheel nieuw repertoire", Mr. Kakimoto „in zijne verrassende experimenten", Cato Culp" met geheel nieuwe cou pletten", Solser en Hesse „in hunne allernieuwste duo's, waarbij: „Onze hedendaagse dienstboden" en de Flora's, „het vermaarde dames sex tet in hunne prachtvolle transfor mation". In de Stads Schouwburg, scheef tegenover de Harmonie aan het Ruiterskwartier (nu de Friesche Club) werd door het gezelschap Stoel en Spree het toneelspel uit het Hollandse matrozenleven Mot tige Janus op de planken gebracht en in het hotel café Centraal aan het Zaailand (nu Marijnen) konden de bezoekers genieten van „hoogst komische kluchtspelen afgewisseld door komieke voordrachten" met als hoogtepunten: „De twee dikke badgasten" en „Getrouwd en vrij gezel". GROOTSTE WONDER Aan de Wirdumerdijk, op het plein tje, waar nu Mercurius staat, had het circus Jacques Rudolphe en Blumenfelt z'n tent opgeslagen. Dertig artisten en vijfentwintig goed gedresseerde school-, vrijheids- en springpaarden traden er met „ele gante en talentvolle voorstellingen" qp. Een van de glansnummers van het programma was het optreden van „den waaghalzigen Boerertrijder Mr. Schalie van der Bloom", terwijl Pippino, „de kleinste clown der wereld" het grootste wonder van de kermis werd genoemd: „Als men deze ziet, dan moet man lachten, of men wil of niet! Ook de verrichtingen van de „on overtrefbare" jockeyrijder Charles Blumenfelt logen er niet om. „Nog nooit zoiets daar geweest" zei het circus er zelf van op z'n strooibil jetten. Behalve de kleinste man ter wereld lieten Rudolphe en Blumenfelt ook „de kleinste dame der wereld" zien; een meisje van zeventien, „circa vijftig centimeter hoog en- veertien pond zwaar - de grootste curiositeit der aarde". In de Schouwburgloge, die naast de Beurs z'n standplaats had, bracht de Nederlandse Toneelvereniging vrijwel elke avond een ander stuk, een prestatie van belang. Het begon op de beide eerste dagen van de kermis met „Ora et Labora - Bid en Werk" van Herman Heyermans („het spel geschiedt op een heide in Friesland"), daarna kwamen ach tereenvolgens „Getrouwde Vrijge zellen", een succesklucht in drie bedrijven van Leo Stein, „Op Hoop van Zegen" van Herman Heyermans, nogmaals „Getrouwde Vrijgezellen" en het succesblijspel „Politiezaken". Ook vele kleine cafébedrijven tracht ten in deze vrolijke dagen met bijzondere attractie's extra bezoek te trekken. Zo vroeg het Café de Nederlanden aandacht voor Friese voordrachten „met begeleiding van nette pianomuziek" en het Café K. Leeksma in de Oude Doelesteeg maakte een beste beurt met het „Concert-, Variété- en Operettege zelschap" van Jean van Laar. Verder waren er op de bovenzaal van de Stads Schouwburg nog natuurwon deren te zien als de zoon van „het opperhoofd der Sioux Indianen Mianko Karow", een knaap van twee meter vijfendertig lang en „den versteenden man Graaf Orlow - een hoogst wonderlijk natuurraad- sel". HUBERT WOLFF Op het kermisterrein zelf kwamen vooral Hubert Wolffs stoomcarousel en Gerard Wolffs hypodrome in de belangstelling te staan. Maar ook de andere attractie's trokken buiten gewoon veel publiek, zoals bijvoor beeld „Het Koninklijk Spiritisme Theater" van Professor Mullens, dat tegenover het Gerechtshof stond opgesteld en waarin een dame als medium optrad, dat „alles in haar slaap kon zien". De onbetwiste kampioene in het trekken van de publieke belang stelling werd echter „de Vlaamse Reuzin Miss Marie de Paepe", een dame, van wie gezegd werd, dat ze 435 pond woog - schoon aan de haak... Vijfenvijftig centimeter was haar armomvang, één meter tachtig de omvang van haar borst. De Leeuwarder kermis van heel, heel lang geleden, gefotografeerd op een stil moment. Op de achtergrond links het gebouw van de Spaarbank, rechts het Old Burger Weeshuis.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1972 | | pagina 6