DE NIEUWE BUR I '^Lieine ^rantsjc (coot iedereen sen o.a. ook de freule Van Eysinga, zo ook de oude dokter Schreuder en de schoolarts "dr. Coster." Ook was hier het gebouw van de 'Orde der goede Tempelieren' een vereniging van personen die drankbestrijding ten doel had. De vergaarderzaal Irene, de go din van de vrede, vond men er ook en nu nog. Als winkel daar herinner ik mij, de schoenwinkel van Potgieter waar men niet alleen schoenen kon kopen maar ook kon laten lappen. Toen was een lap op een schoen iets heel gewoons. Een schoenmaker werd dan ook veel schoenlapper genoemd. Naast Potgieter was de brood- en koek- bakkerij van Wijngaarden die bekend was om zijn lekkere stroopboltsjes - acht voor een dubbeltje. Tussen Breedstraat en Monnike- muurstraat vertoonde de Nieu- weburen een soort inham, een klein pleintje, waar een rijtje eenvoudige huizen stonden. In êen hiervan woonde een oude da me, Mevrouw Van Heerewaarden die haar honderdste verjaardag al was gepasseerd. Bij een konin klijk bezoek aan Leeuwarden kwam Koningin Wilhelmina, ver gezeld door haar kleine dochter Juliana, het oude vrouwtje de handdrukken. Een tapijtloper van haar woning naar het konin klijk rijtuig was aangelegd daar men in de veronderstelling ver keerde dat Hare Majesteit even haar koets zou verlaten om de oude vrouw, die op de stoep voor haar huis zat, te feliciteren. Dit was echter niet het geval, de koningin bleef in haar rijtuig en het oude vrouwtje, gesteund door haar twee dochters, die ook al op jaren waren, begaven zich naar het rijtuigje. Deze begroeting vonden de Leeuwarders niet erg hartelijk, ja onsympathiek. Men had graag gezien dat de toen nog betrekkelijke jonge vorstin even uit haar rijtuig was gestapt en zo het oude vrouwtje, dat op een versierde stoel voor haar huis zat, te begroeten. De midden-Nieuweburen tussen Monnikenmuurstraat en Breede- plaats was wel het eenvoudigste deel van deze straai. Hier waren een paar tweedehandszaakjes waarin ook wat antiek verkocht werd. Ook een paar snoepwinkel tjes ontbraken hier niet, daar kon je voor ëen cent o.a. twee spinne- koppen of een lange veterdrop kopen. Ijverig schenen tal van bewoners hier, want hier en daar prijkte een bord aan de gevel van "Hier gladmangelt men". De water en vuurvrouw woonde hier ook. Van haar kon men voor 1 cent een emmer heet water kopen of een kooltje vuurtest. Kerkgan gers waren vaste klanten. In de stoof de test met vuur en warme voeten in de kerk waren verzekerd. Wat ons jongens van De Put en omliggende straten wel het meest trok, was ongetwijfeld hetgeen zich afspeelde op de Pottenbak kersplaats, een buurt ook in het middendeel van de Nieuweburen Leerden we op school van de slag bij Nieuwpoort en die bij Waterloo, hier speelde zich af, 'de slag op de Pottebakkers- plaats'. Enig in zijn soort was, volgens ons opgeschoten jongens, die burenruzie die hier plaats vond en die wel enige weken duurde. Wat al het gekijf om de hakken had wisten we niet en kon ons ook niets schelen, maar het ging er wanneer de bewoners een borreltje op hadden, levendig toe. Zo tegen de avond begon de pret. Dan trok menigeen, vooral de veelbelovende jeugd, naar dit toernooiveld. Zowel mannen als vrouwen namen aan dit spel deel. De hoofdrolspelers waren, zo ik mij niet vergis, Omer Jansen,'scherenslieper' en de ge broeders Jonkman, viskooplui. Tot handgemeen of messentrek kerij kwam het zover ik weet gelukkig niet, hoewel de wang van vrouw Jansen een litteken vertoonde, door een aai met een mes, dat gezien mocht worden Er sneuvelde weieens een ruit en bloempotten in de vensterbank moesten het soms ontgelden maar overigens ging het best De politie moest natuurlijk wel eens optreden. Gewapend met zijn wapenstok sommeerde hij dan de ruziemakers naar binnen te gaan en de bek te houden. De strijd werd dan met woorden beslist. En over welk een woor den keus beschikten hier de be woners, die we niet zullen vinden in Van Dale's woordenboek. Als jongens vermaakten wij ons in de ruzie die daar op de Potte- bakkersplaats plaats vond. KIEPEMERK Het laatste gedeelte van de Nieu weburen van Breedeplaats tot het Schoenmakersperk was vrij rus tig, behalve dan op vrijdag wan neer hier "kiepemerk" was. Ont vluchtte een kip, dan wij jongens er achter aan. Luilekkerland, toen nog niet gerestaureerd, was altijd, voor de oudjes die er woon den, een rustig oord. Daar de levensavond door te brengen was voor velen een ideaal. De Nieuwe buren is in de loop der jaren veel veranderd. Op de zaterdag is het een marktterrein, dat gezien mag worden. Het "op de markt is een gulden een daalder waard" is ook hier het parool. Ik heb getracht iets te vertellen van de Nieuweburen zoals die in mijn jeugd zich vertoonde. In die omgeving bracht ik mijn jeugd door. Herinneringen hieraan zijn een kostbaar bezit, waarvan nie mand je kan beroven.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1973 | | pagina 7